Korte bocht, lange bocht, tv-bocht, S-bocht. In een cyclocross wordt er heel wat gestuurd. Het is dan ook wel zo prettig wanneer je goed de bocht doorkomt. Een korte cursus bochten wurmen.

Rijd je door een lange bocht of moet je haaks om. Dit maakt nogal een verschil. Het belangrijkste is om zoveel mogelijk door te blijven fietsen. Houd je de benen stil dan heb je instant minder grip en ook heeft de ketting meer tijd om te ‘klapperen’. Met kans op een aflopende ketting tot gevolg.

Stap 1

Kijk door de bocht waar je naartoe wil. Draai je schouder licht in en druk je binnenste elleboog naar beneden. Deze gaat niet zoals een mountainbiker naar buiten maar blijft kort langs het lichaam.

Stap 2


Trap zo lang mogelijk door. Is de snelheid te hoog of de bocht te krap dan druk je het buitenste been naar beneden. Door deze stevig omlaag te drukken behoud je druk.

Stap 3


Kom licht uit het zadel. Zo is het mogelijk de fiets iets platter te houden, waardoor je meer grip houdt.

Kort door de bocht


De basis is hetzelfde als wanneer je een bocht met grotere radius aanvangt. Om de cross goed in beeld te brengen worden er in veldrit parcoursen veel 180 graden bochten aangebracht. Deze lusjes bevatten meerdere korte haakse bochten als een soort uit de hand gelopen slalom.

Stap 1


Kijk goed door de bocht. Je gaat tenslotte daar heen waar je naar kijkt. Probeer ver vooruit te kijken.

Stap 2


Schakel voor de bocht 2 versnellingen terug zodat je snel weer op gang komt wanneer je terug begint te trappen.

Stap 3


Laat de banden het werk doen. Door de fiets licht onder je vandaan te laten schuiven verklein je de draaicirkel en ben je eerder in staat om weer aan te zetten. Hoe sneller je op de pedalen kan gaan staan hoe beter.