Van maandag tot en met vrijdag sleep je jezelf naar kantoor. In de avonduren zet je de opgebouwde frustratie om in pr’s en het winnen van een bordjessprint. Met het weekend voor de deur drink je een biertje op de vrimibo om op zaterdagochtend na het wegbrengen van de kids naar hockey of voetbal snel een rondje tegen de wind in te beuken.

Zon, heuvels en lekker eten. Sleutelwoorden voor een goede fietsvakantie. Met gemiddeld zo’n 25 vakantiedagen per jaar ben je kieskeurig met het inzetten van de joker. Bij de meeste fietsers is het wensenlijstje met reisbestemmingen daarom rond de jaarwisseling vaak eerder toegenomen dan afgenomen. Stel, je neemt één snipperdag op, skipt de vrimibo en sleurt jezelf voor dag en dauw op vrijdag je bed uit. Je vliegt in de ochtend richting de zon om drie dagen te genieten van alles wat hoort bij een geslaagde fietsvakantie om vervolgens de meeting op maandagochtend 9 uur keurig mee te pikken. Zij blij, jij vrij.

Foto’s: Javi Echevarria Ruiz & Rob Meeuwessen

Goed plan

Barcelona is de plaats van bestemming en het plan is als volgt: we nemen op vrijdag de eerste vlucht van Amsterdam naar El Prat, de luchthaven van Barcelona, om vervolgens in een kleine drie dagen naar Girona te fietsen. Off-road, met de gravelbike. Op zoek naar de mooiste plekjes, weg uit de drukte. Transavia vliegt dagelijks om 06.30 uur richting het zuiden waardoor je rond 08.45 uur al op de plaats van bestemming bent. Na twee en een halve dag fietsen arriveren we wanneer alles volgens plan loopt in Girona om vervolgens met de trein terug richting Barcelona airport te keren. Met een late vlucht van net voor 21.30 uur zijn we rond middernacht terug in ons koude kikkerland. Klinkt als een goed plan, niet?

We pakken onze fietskoffer erbij, schroeven het werktuig uit elkaar en nemen enkel strikt noodzakelijke items mee. Boek je op tijd, dan vlieg je voor zo’n 150 euro op en neer. Daar komt nog zo’n 120 euro bij voor de fiets. Een koffer is niet nodig, die kan toch niet mee achterop.

De wekker wekt ons rond 03.00 uur. Op naar Schiphol, flanerend door de douane en vooral zonder koffie wachten tot de deur van onze Boeing 737 sluit. Nog voor het taxiën zak ik weg in een diepe slaap die me helemaal tot in Spanje brengt. We ontbijten op het vliegveld, zetten de fiets in elkaar. Klikken er een aantal kleine tasjes op met daarin een setje schone kleding, tandenborstel en wat voedsel. Meer hebben we niet nodig. Voor zo’n 10 euro per dag kun je de fietstas/koffer veilig opslaan op het vliegveld. Handig!

Gravel vanuit het vertrek

De Wahoo knippert, de route is geladen en we kunnen vertrekken. Uniek aan El Prat is dat het aan zee ligt en dat je direct in de stad zit, maar bovenal dat je na minder dan 2 kilometer al een eerste sectie gravel voor de kiezen krijgt. Vrijwel direct rijden we onverhard tussen de percelen landbouwgrond. Prachtige gravelpaden zoals we ze maar wat graag thuis zouden hebben. Na een kleine omzwerving door de industriële zone zeggen we de stad vaarwel en schakelen we terug voor een eerste beklimming. En danseuse ga ik omhoog richting de kapel van Ermita de San Ramón. Onverhard natuurlijk. Ik ben in Spanje, en dus voel ik me vandaag even Alberto Contador. Ondanks de 25 kilo verschil in gewicht neem ik de meeste hellende stroken uit het zadel, het stuur sierlijk van links naar rechts zwiepend.

Vanaf hier tot aan Girona is het nagenoeg volledig onverhard. Een ongekende luxe zo dicht bij de beschaving van een grote stad. Mooi die kapelletjes op de top van een klim, maar mogen we alstublieft even wakker worden! Fietsen aan de Costa-niet-zo-Brava betekent de ene stevige bult na de andere. Neem vooral een flink verzet mee, want we tikken direct al de 20 procent aan. Even verderop mogen we direct al het eerste hoogtepunt van deze korte trip noteren. Na een korte beklimming richting de zendmast van Sant Pere Màrtir rijden we over een onverhard pad op hoogte rondom geheel Barcelona. De La Carretera de les Aigües, zoals het prachtige gravelpad heet, is aangelegd om ooit als uitvalsbasis voor de waterhuishouding van Barcelona te dienen en geeft een prachtig uitzicht over de gehele stad. We spotten Camp Nou, het stadion van Barcelona, zien de Sagrada Familia boven de dunne laag smog uitsteken en genieten aan de andere kant van de bergkam van het nationale park Serra de Collserola. We houden kort halt bij het Tibidabo, een attractiepark op de top van een heuvel. Een reuzenrad met uitzicht over de stad, mooi!

Zwieren en zwaaien

Hierna zetten we de afdaling in en suizen bocht na bocht verder het binnenland in. De wegen zijn allemaal strak en glad maar continue onverhard. Deze regio is bij uitstek geschikt om met een gravelbike te verkennen. De beklimming van een oude steengroeve doet ons even denken dat we aan het mountainbiken zijn. Van 15 procent schieten de percentages richting de 20 en zelf ver daar voorbij. Met 42×36 is het beuken, zwieren en zwaaien om de 462 meter hoge top van de El pi Candeler überhaupt fietsend te halen.

We vervolgen onze weg richting het noorden en slingeren in sneltreinvaart over de glooiende witte wegen. De ene keer met uitzicht op zee, dan weer over smalle singletracks door een donkere trechter. Echt technisch wordt het nooit. Ideaal voor de racer. Na een laatste stevige beklimming over de Puig Aguilar en een korte stop bij de 17e-eeuwse kapel op de top dalen we richting ons eerste onderkomen. Een bijna 10 kilometer lange, snelle afdaling over brede, strakke grindwegen. Haarspeldbochten slippen we door, druk op het voorwiel en schuiven maar! Het buikschuivergevoel van Van der Poel. Na zo’n dag smaakt het wijntje bij aankomst in ons vooraf geboekte hotel bijzonder lekker!

Onze fietsen zijn minimaal beladen, we zijn dan ook blij dat de zon nog kracht heeft en de gehele dag schijnt. Enkel een setje kleding voor in de avonduren en een schone fietsbroek heb ik bij. We slapen in een eenvoudig maar degelijk hotel. Eten in Spanje gebeurt bij voorkeur ver nadat de gemiddelde fietser zijn bed al heeft opgezocht. Nog maar een wijntje dan, het is tenslotte vakantie!

Schepje bovenop

Zaterdagochtend rinkelt de wekker alsof het een normale werkdag is. De ruim 2700 hoogtemeters van de eerste dag hebben er toch wel ingehakt. Vandaag doen we er met dik 2900 én een slotklim nog een schepje bovenop. Onze dag start met een stevige klim over het GR92 wandelpad. Ook de afdaling voert over deze oude wandelroute, die van Girona tot diep in Catalonië voert. Nagenoeg evenwijdig loopt de GR5 die je kunt kiezen wanneer je houdt van wat meer technische paden. We kiezen dit keer voor de meest geplaveide optie en zetten koers richting Can Fornaca. Voor de verandering krijgen we zelfs een deel asfalt voor de kiezen. Links en rechts zien we weinig bos, vooral veel lage vegetatie. Het gevolg van een gigantische bosbrand die hier in 1994 heeft huisgehouden. Vandaag rijden we vooral de binnenlanden in, en daarmee loopt ook de temperatuur op. Want hoewel in Nederland de bladeren inmiddels en masse van de bomen vallen is er hier nog geen enkele sprake van herfst, laat staan winter. Standplaats Girona lijkt perfect om het jaar rond een weekendtrip als deze te verwezenlijken. Binnen no-time rijd je rond op de mooiste paadjes en heb je werkelijk geen idee dat er een stad met ruim 5 miljoen inwoners binnen handbereik ligt.

‘Ik dacht dat we er al waren’

Een flinke salade en bijbehorende uitsmijter op Spaanse wijze in Santa Colomba de Farners moet ons in staat stellen de overige kilometers van de dag te voltooien. We zijn halfweg, echter is het vanaf nu haast enkel nog klimmen. Over een prachtig gravelpad klimmen we tot aan het kasteel van Farners uit omstreeks 1050. Een kasteel zoals je als kind tekende, vierkant, met een toren in het midden. En kantelen, blokje voor blokje. Om en om. Het hoogste punt van de route bereiken we op de top van de Turó de l’Ocell, een onbekende gravelpukkel in het binnenland van Catalonië. Een klim waar menigeen zich op stuk zal bijten door zijn grillige karakter. Eentje uit de categorie ‘ik dacht dat we er al waren’. Ik val terug op mijn ervaring in het hooggebergte waar ik heb geleerd dat je de top pas hebt bereikt wanneer je 360 graden rondom je heen kunt kijken. Een theorie die tot nu toe altijd is opgegaan.

Nog even doorhalen voor we een verfrissende duik in het zwembad van ons hostel mogen nemen. We dalen af tot in Osor, een prachtig oud dorpje met bijbehorende kenmerkende brug. Het is tijd voor een kleine pauze en flinke snack. Misschien wel het enige nadeel aan het rijden van onbeperkt gravel is dat je tactisch alle restaurants, tankstations en winkelcentra omzeilt. De beperkte voorraad gels en overig astronautenvoedsel slinkt dan ook snel. Waar we gisteren eindigden met een afdaling moet er vandaag stevig geklommen. De Alto del Santuari del Coll staat op het program alvorens we de fiets in de hoek kunnen zetten en mogen proosten op een geslaagde dag. De Alto del dinges is een verharde weg van ongeveer 7 kilometer met een gemiddelde stijgingspercentage van 7,4 procent. Lekkere loper! Niet dus, continue schommelt het asfalt van 5 tot bijna 15 procent. Na een hele dag in het zadel een perfect klapstuk.

We logeren in een hostel op bijna 900 meter. Gratis hoogtestage in het weekend! Na 220 kilometer in het zadel beginnen we het wel te voelen. Kies je de meest directe weg, dan sta je na een kleine 200 kilometer al in Girona. Wij kozen ervoor om er het uiterste uit te halen, maar wel zonder belachelijk lange dagen of overnachtingen in de greppel. Een lekkere douche, een aai over de plaatselijke Beagle en een fris wit wijntje doen tenslotte wonderen in het herstelproces. Morgen wacht de finale, nagenoeg één lange afdaling richting de finish.

Zonder haast naar huis

De koffie pruttelt al vroeg en dat ene vuile fietsshirt is ook zo ingepakt. De laatste etappe van ons driedaagse weekendavontuur is kort en krachtig. 45 kilometer, en bijna alleen bergaf. Slechts enkele korte klimmetjes waar we ons even Alaphilippe wanen halen de snelheid eruit. De rit gaat verder waar we hem de dag ervoor onderbroken hebben, het dicht beboste gebied van Guilleries-Savassona. Onze wielen rollen over de weg die de rand van het Susqueda Reservoir volgt. Een stuwmeer van dik 230 hectare. Voor de show pakken we de 135 meter hoge dam nog even mee waarna we afdalen en het imposante ding van onder nog eens bekijken. Dit alles zonder moeite. Zwaartekracht is onze vriend vandaag.

We kunnen Girona al ruiken en over de weg tellen de kilometers lekker op. Vlak voor we de stad bereiken mogen we nog eenmaal off-road. De laatste 10 kilometer leggen we, net zoals we zijn begonnen, volledig onverhard af. Een passage door het stadspark doet dienst als onze eigen Noord-Spaanse Champs-Élysées om vervolgens halt te houden in het oude centrum van Girona. De Wahoo piept weer. Het zit erop. Voldaan plaatsen we de inmiddels volledig grijs gekleurde fietsen tegen de gevel van een van de vele koffiebars en slurpen met een voldaan gevoel een straffe espresso weg.

Per trein zetten we koers richting Barcelona, online boek je een ticket. Dat scheelt een hoop Spaanse frustratie aan de kaartautomaat. Fietsen mogen mee in de trein, maar enkel in een beperkt aantal cabines. Op Barcelona Sants, zeg maar het centraal, stap je uit. Vanaf daar is het nog een kleine 15 kilometer fietsen tot aan de terminal. Een taxi nemen kan ook. Dit duurt ongeveer even lang. Na het ophalen en inpakken van de fietskoffer is het enkel nog wachten tot we met de luchttaxi worden terug gebracht richting de kou. Terug naar kantoor, terug naar de orde van de dag.

Zin om zelf dit reisje te doen? We hebben hier de gps-files voor je: gps_barcelona.zip

Zoekcode: 200231