Het was niet zomaar een demarrage waarmee Mathieu van der Poel zaterdag Julian Alaphilippe en Egan Bernal achterliet. Het was een demarrage waar alles in zat: met een verschroeiend tempo reed hij een klim van 16 procent stijgingspercentage op en liet hij de wereldkampioen en oud-Tourwinnaar achter alsof het renners uit de sportklasse waren.De televisiekijker was zaterdag de grote winnaar. Na een prachtige koers waarin letterlijk alle favorieten tot het einde meededen om de winst, was het Van der Poel niet op het Piazza del Campo als eerste Nederlander ooit het zegegebaar mocht maken in Strade Bianche. Hij deed dat enkele uren nadat Chantal van den Broek-Blaak bij de vrouwen als eerste de meet passeerde. De wielerwereld reageerde vol bewondering op de kunsten van de Nederlands kampioen.Te beginnen met José De Cauwer, die ditmaal niet als analist werkzaam was voor Sporza maar gewoon thuis op de bank zat. “Hier komt vooral de wielrennerij als winnaar uit”, zei hij tegen Sporza. “Op mijn 71 jaar had ik zelfs tranen in de ogen. Het was absoluut een van de mooiste klassiekers ooit. Pure bibbermomenten. En het was hetzelfde verhaal geweest bij een zege van Wout van Aert, bijvoorbeeld”, aldus De Cauwer, om even later toe te voegen: “Het gaat vooral om de manier van koersen. De manier waarop Alaphilippe ter plaatse wordt gelaten op de slotklim: fenomenaal.”De Cauwer’s landgenoot was met een knipoog iets minder enthousiast. “Als wielerfan voor de tv liggen er mooie jaren voor me, als wielrenner niet: mijn zwaarste jaren liggen nog in het verschiet als ik moet racen tegen al die jonge
‘wattbombs’.” Profrenner Connor Dunne: “Ik denk eerlijk gezegd dat ik richting Piazza del Campo niet eens zo hard kan afdalen zoals Van der Poel omhoog reed.”Ook Mathieu’s collega’s in de frontlinie waren vol lof over de Nederlander. “Ik heb simpelweg niets fout gedaan, Mathieu was gewoon te sterk”, zei Alaphilippe, die als tweede eindigde. Bernal, knap derde, zei hetzelfde: “Van der Poel was indrukwekkend.” Wout van Aert (4de): “Op de laatste strook zag ik al hoe indrukwekkend hij was. De sterkste wint hier altijd.”