Al in de Romeinse tijd was Imst een belangrijk verkeersknooppunt. Daar is niets aan veranderd. Imst ligt zo’n 850 km vanaf Utrecht en is goed bereikbaar met zowel de trein als de auto. Bovendien zeer geschikt als uitvalsbasis vanuit een van de gemoedelijke hotels, een appartement of de camping. De stad ligt mooi centraal waardoor je veel kanten op kan. Oetztal, Pitztal, Kaunertal, Zugspitze Arena, Silvretta Hohestrasse zijn allemaal vlot bereikbaar.
Door: Erik Overbeek
Eindeloze mogelijkheden
Voor wielrenners ligt er zeshonderd kilometer aan fietspaden en routes in de regio. Steile en/of lange beklimmingen zoals de Haimingerberg, Hahntennjoch, Kuhtai, Pillarhohe, Kaunentaler Gletscherstrasse, Silvretta Hochalptrasse om er maar een aantal te noemen. Maar ook de vlakke ritten zoals over de Innradweg en Via Claudia Augusta in het dal zijn erg mooi om te rijden. Buiten het fietsen is er veel te doen: (berg)wandelen, huttentochten, via ferrata, sportklimmen (hal en rots), een zomerrodelbaan (langste afdaling ter wereld), raften en canyoning. Maar ook de rust opzoeken of een lekkere Jausenplatte (hartige broodmaaltijd) eten op een terrasje behoort tot de mogelijkheden.
De directe aanleiding voor mijn bezoek aan Imst is de Imster Radmarathon. In de dagen voorafgaand aan deze cyclo verkennen we de omgeving onder leiding van onze lokale gids Martin. Het grote voordeel van een lokale gids is dat we de eerste dag een aantal mooie plekjes en klimmetjes opzoeken die je anders nooit zou vinden. Eerst gaan we naar de Fernpass waar we Burg Fernstein bezoeken, de burcht aan de Fernsteinsee. Op de terugweg rijden we via Tarrenz over een steil weggetje (0,3 kilometer, gemiddeld 16%) naar brouwerij Starkenburg. We houden het bij koffie, want we willen nog door naar de markante ruïne Kronburg.
Om daar te komen rollen we eerst door het plaatsje Imsterberg (een klim van 1,5 kilometer, gemiddeld 10%), vervolgens via een mooie afdaling door het bos en dan omhoog naar Kronburg (1,6 kilometer, gemiddeld 11%). De ruïne van Kronburg ligt op de plek waar vroeger de zieken verpleegd werden door de nonnen. Nu kun je er een terrasje pakken of je bidon vullen bij het kraantje boven de waterbak. Retour naar Imst gaat over het fietspad langs de rivier. Heerlijk rustig en voornamelijk vlak. In de route vandaag zit een korte gravelstrook, waarvan de natuurbescherming het asfalteren tegenhield. Voor de gravelaars zijn er trouwens veel mogelijkheden. Onze gids vertelt dat er mooie en lange ritten te maken zijn waarbij je nauwelijks tot geen asfalt ziet, alleen bospaden en gravel.
Area 47
Area 47 is een groot outdoorpark waar van alles te doen is voor groot en (niet al te) klein: een klimtuin op hoogte, een klimtoren, canyoning, raften, een waterpark met glijbanen, wakeboarden, blobbing of lekker aan het water liggen. Leuk voor als je een dagje niet wil fietsen, of de familie iets anders wil doen. Je kan ook een (e-)mountainbikerit doen. Of je duikt het indoorbikepark in waar je je kan uitleven op een pumptrack, schansen, sprongen oefenen met landing op een luchtkussen of wat behendigheidsoefeningen. Als je denkt dat je niets meer te leren hebt op de mountainbike, kun je hier bedrogen uitkomen.
Kleine broertje van de ORM
En toen ging het gebeuren, de grote dag is aangebroken. De Imster Radmarathon is niet lang en kleinschaliger in vergelijking met zijn grote broer, de Ötztaler Radmarathon (ORM). Maar vergis je
niet. Het is zeker geen makkelijke rit. Dit geldt dan met name voor de granfondo van 110 kilometer waarin je 2300 hoogtemeters overbrugt. Scherprechter is de Haimingerberg, 10 kilometer klimmen
waarvan er zeven niet onder de dubbele cijfers komen, met een max van 17%. Op voorhand begon
ik de benen al te voelen.
Zowel de mediofondo (90 kilometer met 1350 hoogtemeters) als de 70 kilometer lange ‘panoramaroute’ met 700 hoogtemeters laten deze muur letterlijk links liggen. Door de matige weervoorspellingen besloten vierhonderd van de dertienhonderd aanmelders niet te starten.
De avond voor de rit halen we bij het sportcomplex in Imst startnummer en goodiebag op en kijken we even rond bij de diverse stands. Eenmaal terug in hotel Eggerbrau begint zoals gewoonlijk de twijfel: wat zal ik morgen aantrekken? Het weerbericht geeft aan dat het waarschijnlijk droog blijft tot de middag bij 10 tot 13 graden. Ik kies voor kort-kort met armstukken en windstopper.
Vals plat
De massastart is om 7.30. Het hotel geeft ons de mogelijkheid om vanaf 6 uur te ontbijten. Om 7.10 sluiten we aan in het startvak. Om mij heen veel nationaliteiten uit de omliggende landen, maar ook uit Noorwegen, de Verenigde Staten en zelfs Nieuw-Zeeland. Het toeleven naar de start door de spreekstalmeester van dienst zorgt zowaar voor enige spanning terwijl ik gewoon middenmoot rij. Grappig hoe dat werkt. Na het startschot is het eerste stuk vals plat op en af waar je door de grote groep flink kan doorrijden. De twintig minuten tot aan de eerste klim gaat aan 37 gemiddeld. De klim is ongeveer 6,5 kilometer aan 5%. In de afdaling begint het te regenen. Na de afdaling kom ik even alleen te zitten maar gelukkig sluit er een groep aan waarmee ik de komende ‘vlakke’ 25 kilometer kan overbruggen tot de volgende klim.
Helaas had het in het dal al even flink geregend (en zelfs gehageld) zodat iedereen doorweekt raakt, met name door het sproeiwater van voorgangers. Bij de tweede klim is de weg weer droger, het uitzicht mooier en wordt ook de temperatuur wat beter. Die tweede klim naar Jerzens is ongeveer 12 kilometer aan 6%. Het eerste stuk is erg onregelmatig, daarna meer stabiel met flinke stukken rond de 10%. Dan volgt een fijne afdaling over een brede weg en de laatste 2 kilometer nog even klimmen aan 3% tot aan de finish.
Bij de finish kan ik onder het genot van een bord heerlijke pasta de prijsuitreiking van de verschillende categorieën bekijken. Een mooie afsluiting van drie aangename dagen in Tirol, ik kom er zeker terug om de omgeving meer te ontdekken op racefiets, gravel- of mountainbike.
Informatie en overzicht
Nuttige links:
Imst
Martinsbikeschule
Cycloworld
Area47
Eggerbraeu
Gravelroutes: klik hier.