In de aanloop naar de Vuelta a España van 2008, zijn debuut in een grote ronde, sierde Robert Gesink (38) als een van de eerste Nederlandse renners de cover van Procycling. Tien jaar later werd hij columnist van dit blad en deelde hij openhartig zijn ervaringen binnen en buiten de koers. Na achttien seizoenen met diepe dalen, hoge pieken en een grenzeloze passie voor de fiets, kwam zijn carrière na de afgelopen Ronde van Spanje ten einde. In deze monoloog uit de jubileumeditie van Procycling blikt Gesink terug op zijn wielerleven. “Voor het succes van een ander heb ik net zo hard afgezien als voor mijn eigen succes.”

Door: Thomas Olsthoorn

Robert Gesink

Ik was zes jaar, misschien al zeven, toen mijn ouders tegen me zeiden: ‘Nu moet je echt eens leren fietsen.’ We woonden op de boerderij achteraf en mijn zus en ik werden altijd met de auto naar school gebracht. Het duurde even voordat ik het onder de knie had, maar toen ik eenmaal kon fietsen had ik er meteen plezier in. Ik maakte paadjes en crossbaantjes op het erf en was vertrokken. Zat ik niet op de fiets, dan was ik mijn vader aan het helpen. Gaten graven, strobalen stapelen; dat vond ik het mooiste dat er was. Ik ging liever werken op de boerderij dan spelletjes doen of voetballen.

 

“In de winter werd er in het oosten van het land elke week door een ander dorp een toertocht georganiseerd. Samen met mijn vader ging ik die tochten af, fanatiek als wat. Op mijn elfde sloot ik aan bij de wielerclub in Aalten en kreeg ik mijn eerste wegfiets: een rood-grijs glimmende racer van Red Bull. Op diezelfde fiets reed ik mijn eerste echte klim op. Mijn vader was steeds fanatieker geworden en ging de toerversie van Luik-Bastenaken-Luik rijden.

Robert Gesink

Bij zijn tweede deelname gingen we met het hele gezin mee. In een huisje op de camping in Vielsalm vertelde hij over de Redoute; dat het een vreselijke klim was waar hij een jaar eerder amper boven kon komen. Zijn verhalen waren zo sterk dat ik ook de Redoute op wilde fietsen. Vooraf was ik zo zenuwachtig dat ik mijn raceschoenen vergat en op mijn gympies naar boven moest. Mijn ouders reden in de auto achter me aan. Op het steilste stuk dachten ze dat ik het niet ging redden, maar ik bereikte zonder afstappen de top. In een shirt van Rabobank, dat bij onze vereniging als clubtenue werd gebruikt.”

 

“Ik was een textbook wielergroupie. Thuis op mijn kamer hingen posters van Marco Pantani en net als hij droeg ik een bandana onder mijn helm. Ik was ook fan van Erik Dekker, Michael Boogerd en Jan Ullrich. Lance Armstrong was voor mij iets te perfect. Ullrich was de underdog, dat vond ik wel wat hebben. Tijdens de Tour hield ik plakboeken bij. Alles wat ik aan artikelen en foto’s kon vinden, knipte ik uit en plakte ik in. Ik ging zelfs naar de buren om kranten op te halen.

‘Ik was zo zenuwachtig voor de Redoute dat ik mijn raceschoenen vergat en op mijn gympies naar boven moest’

“Naast een passie voor de fiets ontwikkelde ik ook een passie voor de sport. Op de club fietste ik met een leuke groep jonge gasten. Allemaal strebers die onderling erg competitief waren. Ik was niet meteen heel goed – dat kwam pas op latere leeftijd – maar had er veel plezier in. Al was dat met wedstrijden iets minder omdat ik altijd mega zenuwachtig was.

 

“Als tiener werd ik een lange, dunne slungel en ging het bergop steeds beter. Er was voor mij niets mooier dan lange klimmen oprijden. Proberen de anderen te lossen. Ook in mijn eerste jaren als amateur en later als jonge prof vond ik dat het mooiste om te doen.”

 

“Lange tijd was ik er niet mee bezig om beroepsrenner te worden. Ik ging ervan uit dat ik het melkveebedrijf van mijn ouders zou overnemen. Hetzelfde werk doen als mijn opa en ooms ook hadden gedaan. Ik was alleen niet op de hoogte van de boerenproblematiek die destijds al begon te spelen in ons kleine landje. Mijn vader begreep dat je een groot bedrijf moest hebben om levensvatbaar te zijn en besloot dat het voor mij geen goed idee was om het over te nemen.

Het eerste deel van het interview met Robert Gesink is afkomstig uit de jubileumeditie van Procycling. Wat kun je in deze editie verwachten?

 

Een jubileum mag niet ongemerkt voorbijgaan. Daarom heeft Procycling volop aandacht besteed aan de afgelopen zeventien jaar waarin het magazine is verschenen. Dit omvat een selectie van de mooiste covers en exclusieve interviews met ook de afscheidnemende sprintlegende Mark Cavendish. Afgelopen zomer kroonde hij zijn carrière met zijn 35e ritzege in de Tour, waarmee hij het record van Eddy Merckx verbrak.

 

Daarnaast bevat dit nummer interviews met Charlotte Kool en Frank van den Broek van Team DSM-Firmenich PostNL, die beiden een memorabele eerste dag in de Tour de France beleefden. Ook spreekt Procycling met Bart Lemmen van Visma | Lease a Bike en ploegleider Frans Maassen, die openhartig vertelt over de dramatische val en bewonderenswaardige comeback van kopman Jonas Vingegaard. Verder worden traditiegetrouw de prestaties van alle World Tour-teams grondig geanalyseerd in De Afrekening.