Als je houdt van wielrennen, moet je de Atlantische weg in Noorwegen een keer gefietst hebben!

“Het lijkt op Schotland… alleen dan beter”, zegt fietsmaatje Sean, terwijl hij achterover leunt met een kop koffie in de hand. Het zijn harde woorden aan het adres van een Schot, een belediging zou je kunnen zeggen. In normale omstandigheden hadden ze ongetwijfeld tot een scherpe reactie geleid, of misschien zelfs tot een vechtpartijtje. Nu niet, want de woorden zijn, merkwaardig genoeg, afkomstig uit de mond van een andere Schot.

Wielrennen in Noorwegen, in de wielerhemel

We zitten buiten ons hotel, pal aan de noordwestkust van Noorwegen. We genieten van een laatste kop dampende koffie voor we op de fiets stappen voor een rit over de beroemde Atlantische weg. De zon is present, de wegen die we tot nu toe hebben gezien – slingerend langs de kustlijn, over rotsige eilanden en boven diepblauw water – zijn van uitstekende kwaliteit. De weinige automobilisten gedragen zich hoffelijk en relaxed. Voeg daar een achtergronddecor van bergen en felgekleurde gevels aan toe en het beeld is compleet. Als er al een wielerhemel is, dan zal die er ongeveer uitzien zoals hier. De Atlantische weg werd in 1989 geopend om het eiland Averøy met het vasteland te verbinden en dat gebeurde – per slot van rekening ging het om Noren – met een dosis stijl die in die tijd zeldzaam was.

In 2005 werd de Atlanterhavsveien verkozen tot ‘Noors bouwwerk van de eeuw’ en had de weg zich ontwikkeld tot top-toeristentrekker op zich. Het had een saai en troosteloos project kunnen worden, maar de Noren maakten er iets van waarvoor mensen duizenden kilometers reizen om het te zien. Een meer dan 8 kilometer lange aaneenschakeling van golvende bruggen en bochtig asfalt die een massa eilandjes overspant. Het grootste gedeelte ervan bevindt zich slechts een paar meter boven de kolkende zee, maar af en toe piekt de weg op spectaculaire wijze boven het water uit. Alsof iemand destijds de elleboog van de ontwerper heeft aangestoten terwijl die aan zijn bureau de lijnen uittekende – om vervolgens weer in een prachtig vloeiende lijn omlaag te duiken. De Atlantische weg hoort absoluut op iedere fietsbucketlist thuis.

Bruggensectie

De officiële toeristenroute loopt van Bud in het zuidwesten tot Kristiansund in het noordoosten, maar wij zijn hier vooral naartoe gelokt door de spectaculaire beelden van de bruggensectie precies in het midden. We doen wat online research en dokteren een alternatieve route uit. Die loopt van ons hotel in Hustadvika via de bruggen naar het eiland Averøy, volgt daar de kustweg en keert vervolgens via de bruggen weer terug. Dat geeft ons een tweede kans op wat zout in onze neusgaten – en in de gaten van onze helmen, als het onstuimig weer is. Op het vasteland zullen we ten slotte nog een rondje rijden voor we weer bij ons hotel in Hustadvika aankomen.

Zo gezegd, zo gedaan. We springen op onze gehuurde Look 675’s en gaan op pad. Het is leuk om even over de hoofdweg (Fylkesvei 64) te rijden, maar de kleine parallelweg is veel rustiger. De bevolkingsdichtheid van Noorwegen is slechts 13 inwoners per vierkante kilometer, ongeveer 20 keer zo weinig als in het Verenigd Koninkrijk. We verbeelden het ons dus niet dat de wegen totaal verlaten zijn zodra we buiten de stads- en dorpskernen komen.

Hebriden

De route meandert vriendelijk langs huizen die her en der verspreid langs de kust staan. We rijden momenteel op enige afstand van de waterlijn, maar af en toe vangen we een glimp op van afgelegen huisjes die zich vastklampen aan de rotsen vlakbij het kabbelende water. Naast de huisjes liggen boten aangemeerd en netten te drogen. Als we naar de andere kant kijken, zien we gekartelde bergen de lucht in prikken. Ik kan het niet helpen, maar ik heb het idee dat ik in de Schotse Hebriden ben, met dat nagenoeg identieke landschap en dat ruige, verwaaide gevoel.

De zee is vandaag echter niet ruig maar kalm, en daar zijn we niet rouwig om nu de weg bijna naar zeeniveau daalt. Zelfs in deze milde omstandigheden beukt de zee dreigend tegen de damwand, en kolkt en deint ze onder de lage bruggen wanneer we richting de eerste eilandjes rijden. “Ik moet er niet aan denken om hier te zijn als het stormt”, roept mijn fietsmaatje over zijn schouder. Ik zie het al voor me, de muren wit water die huizenhoog over de weg heen slaan. Eigenlijk zou ik het wel willen zien, los van het feit dat al dat zout niet zo goed is voor mijn fiets. Met die gapende leegte van hier tot de Canadese kust stel ik me zo voor dat de wind hier zonder problemen de haren van je hoofd kan blazen.

Wielrennen in Noorwegen, op de Atlantische weg

ALS ER AL EEN WIELERHEMEL IS, DAN ZAL DIE ER ONGEVEER UITZIEN ZOALS HIER

Storseisundet

Aan de zijkanten van de eerste brug die we passeren zitten vissers, waarvan er eentje net een spartelende makreel uit het water trekt. De man slaakt een kreet, die ervoor zorgt dat de andere vissers hun plekken verlaten en op een drafje naar hem toe komen. Wij rijden verder en stuiten al snel op de verrassend steile helling van de grootste brug, de Storseisundet. Terwijl we zwoegend omhoog gaan, genieten we van het schitterende uitzicht. Boven op de brug stoppen we even – er is nergens ruimte om lang stil te staan – om het perfecte decor van zee en rotsen in ons op te nemen, met vlakbij een waterskiër die door het blauwe water zigzagt. Daarna laten we ons, diep over onze sturen gebogen, over het perfecte asfalt omlaag zakken tot aan het café onder aan de brug bij Eldhuset.

Acht bruggen verbinden de verschillende eilanden en eilandjes met het vasteland.

Wielrennen in Noorwegen, eindeloos boerenland

Blijkbaar hadden de passagiers van een armada van witte campers die er geparkeerd staan hetzelfde idee, dus nadat we door een alleraardigste dame uit Aberdeen van een caffè latte zijn voorzien, blazen we snel de aftocht uit de drukke tent en vervolgen onze tocht. Als we de bruggen en dammen eenmaal achter ons hebben gelaten voert de route naar het wat meer alledaagse, landelijke Averøy. De wegen en gescheiden fietspaden zijn ook hier schitterend en goed onderhouden, en de omgeving is ongerept. Terwijl we door het eindeloze boerenland peddelen, komen we nauwelijks auto’s tegen. De weg stijgt en daalt en geeft na iedere bocht een ander uitzicht, met steeds op zijn minst een glimp van de bruisende zee.

Tegen de tijd dat we terugrijden over de Atlantische weg is de zon verdwenen en de lucht veranderd in een saai grijs doek. We zijn blij dat we deze bijzondere weg op z’n mooist hebben gezien en draaien met een voldaan gevoel het finalerondje over het vasteland, om bij het hotel eindelijk van de fiets te stappen om ons te goed te doen aan een rijke maaltijd.

De Storseisundet-brug is een knap staaltje bouwkunst.

BOVEN OP DE BRUG STOPPEN WE EVEN OM HET PERFECTE DECOR VAN ZEE EN ROTSEN IN ONS OP TE NEMEN

Noorse Achilleshiel

Is het hier inderdaad mooier dan in Schotland? Dat zal je me nooit horen zeggen, van geen enkele plaats. Maar als ik die avond met een welverdiend biertje in de hand vanuit het hotel toekijk hoe de maan boven de zee opkomt, heb ik verdacht veel moeite om een plausibel tegenargument te bedenken. Misschien zit de Noorse achilleshiel ‘m in de prijs van negen pond voor een biertje, maar terwijl ik nog een slok neem laat ik die gedachte varen. Het is het waard. Heel erg waard.

Reisinfo

DE REIS

Wij vlogen naar Molde en terug vanaf Kristiansund. De vluchten van en naar beide vliegvelden maken een tussenstop op Oslo Airport. Om bij ons hotel te komen, huurden we een auto via Hertz.

VERBLIJF

Hustadvika Gjestegård is een mooi, traditioneel, met grasdak uitgerust hotel pal aan de kust (classicnorway.no/hotell/hustadvika-gjestegard/). Naast een normale kamer kun je er een bungalow met 4­5 bedden en een keuken boeken. Dat laatste is een goede optie als je met een groep reist.

ACTIVITEITEN

Romsdal Adventure (romsdal­adventure.com), waar we onze Look 675’s huurden, organiseert naast begeleide fietstochten ook mountainbike­, skitour­ en wan­ deltochten. Dus mocht je nog wat tijd overhebben, dan zijn er opties genoeg. Andere leuke alternatieven zijn een grottentocht vanuit het hotel en een tripje met de speedboot.

TOERISTENINFO

visitnorthwest.no, visitnorway.no

ROUTE DOWNLOADEN

De gps-bestanden van de routes uit dit verhaal vind je hier.