Je herstelt sneller als je voor het sporten al begint met het drinken van een hersteldrank. Dat blijkt uit een publicatie van professor Luc van Loon van de Universiteit Maastricht. Veel sporters nemen pas na een wedstrijd een drankje om sneller te herstellen.

Als je sneller herstelt na een training, ben je eerder klaar om een nieuwe inspanning te verrichten. Je kunt dan meer trainingsarbeid aan, en daarmee in een wedstrijd of cyclo mogelijk beter presteren. Van Loon bestudeerde voor zijn publicatie meerdere onderzoeken op het gebied van eiwit inname en herstel. Hoeveel je sneller herstelt door al tijdens een training eiwitten tot je te nemen, is volgens Van Loon moeilijk te zeggen. Uit één onderzoek blijkt dat sporters 10 tot 30 procent meer arbeid aan konden in vervolgtrainingen.

De Maastrichtse professor geeft een voedingsadvies: 1. Eet voldoende eiwitten (20-25 g) bij elke hoofdmaaltijd 2. Neem ook voor en een training al eiwitten in. 3. Neem 20-25 g eiwit tot je, onmiddellijk na het sporten. 4. Neem eitwitten in voordat je gaat slapen. Vertaald naar de praktijk dan staat 20 tot 25 eiwitten gelijk aan het eten van een tartaartje, 75 gram kipfilet, een halve liter magere melk of 2 eieren. Fiets voedingsadviseur Yneke Vocking: ” De gemiddelde Nederlander krijgt ongeveer 0,8 tot 1 g eiwit per kg lichaamsgewicht binnen per dag. Wat de tips vooral laten zien is dat wanneer je goed verdeeld over de dag eet en zorgt voor voedingsmiddelen met grote voedingswaarde, je beter herstelt. Goed eten heeft dus zin! Belangrijkste tip: onderschat geen enkele maaltijd voor of na de training. En de beker melk voor het slapen gaan mogen we in ere herstellen!”

Volgens Van Loon zorgt het vroegtijdig innemen van eiwitten er niet voor dat je al tijdens het sporten beter gaat presteren.