De Nederlandse wielerploeg Argos-Shimano vertrekt met twee Duitse topsprinters naar de Tour de France. Voor Marcel Kittel is het een kans op eerherstel na zijn dramatische ronde van vorig jaar.
Door Anne Joldersma“Afgelopen Tour was een ontzettende tegenvaller”, blikt de rappe Duitser terug op de ronde waarin hij al na een paar etappes vanwege maagproblemen moest opgeven.
“Nu ben ik op zoek naar revanche. Ik heb nog altijd dezelfde doelen: het winnen van een etappe en het uitrijden van de Tour.”Omdat de ronde dit jaar niet van start gaat met een proloog, maar waarschijnlijk een massasprint zal kennen in de eerste etappe, maakt Kittel samen met concurrenten Mark Cavendish, Andre Greipel en Peter Sagan een reĆ«le kans op het geel.“Het is inderdaad goed mogelijk dat dit mijn enige kans op het geel ooit wordt”, blikt hij vooruit op de Tourstart. “Natuurlijk ben ik nog jong, maar je weet nooit of en wanneer de ronde weer op zo’n manier begint.”Niet bang
De eerste etappe staat daarom ook met hoofdletters in de agenda van Kittel en van de ploeg als geheel geschreven. “Het zou geweldig zijn als we daar kunnen winnen, maar het betekent ook weer niet het einde van de wereld, mochten we niet succesvol zijn. We hebben ook andere doelen in de Tour, we zullen echt niet de handdoek in de ring gooien.”Samen met landgenoot, ploeggenoot en collega-sprinter John Degenkolb heeft Kittel de etappes in de Tour verdeeld. Kittel zelf is aangesteld voor de sprint in de vlakke etappes, Degenkolb in de ritten met een ‘klassiekere’ aankomst. Dat betekent dat Kittel zich vooral zal focussen op Cavendish en Degenkolb op Sagan.“Ik verwacht dat ‘Cav’ sterk aan de start zal verschijnen, zoals altijd”, kijkt de Duitser uit naar de krachtmeting met de meest succesvolle sprinter van het peloton. “Hij zal er klaar voor zijn en het wordt een pittige opgave om hem te verslaan.” In de ZLM Toer was Kittel al succesvol tegen de Brit. “Dat was een enorme opsteker, zowel voor mij als voor het team. Het geeft ons het gevoel dat wij in de Tour voor niemand bang hoeven te zijn. Nee, ik ben niet bang voor Cavendish.”“Maar, Cavendish zal ook niet bang zijn voor mij. Dat heeft ook met zelfvertrouwen te maken. Dat moet je als sprinter hebben, anders ga je nooit winnen.”© NUsport/Anne Joldersma