Het verrast Lance Armstrong niet dat veel van zijn voormalige concurrenten, onder wie Jan Ullrich en Marco Pantani, epo gebruikten in de Tour de France van 1998.

Woensdag kwam de Franse senaatscommissie met een lijvig rapport over doping. De aandacht ging vooral uit naar de hertests van urinestalen die in de Ronde van Frankrijk van 1998 werden afgenomen.

Veel etappewinnaars, onder wie ook Jeroen Blijlevens, en klassementsrenners liepen alsnog tegen de lamp.

“Ik ben niet verbaasd. Het was een moeilijk tijdperk voor iedereen, bijna allemaal hielden we ons niet aan de regels”, vertelt de Amerikaan aan Cyclingnews.

“Of ik denk dat dit rapport goed is voor de sport? Dat zou ik graag denken, maar voorlopig ben ik van mening dat het wielrennen vooral schade wordt berokkend.”

Zondebok

Waar Armstrong zijn zeven Tourzeges moest inleveren toen zijn dopinggebruik onherroepelijk kwam vast te staan, wordt Pantani (die in 2004 overleed) niet geschrapt als eindwinnaar.

“Andere mensen mogen beoordelen of de straffen die uitgedeeld zijn aan individuen passen bij hun daden”, aldus de Texaan.

“Het is wel in de mode om mij als zondebok te beschouwen. Ik begrijp dat wel en ik zal ermee moeten leven. Tenslotte heb ik dat aan mezelf te danken, al is het wel een beetje hypocriet.”

Armstrong zelf nam niet deel aan de Tour van 1998. Zijn eerste grote ronde nadat hij was hersteld van kanker was de Ronde van Spanje van 1998.

© NUsport