Afgelopen weekend werd in het Franse Pontchâteau het EK veldrijden georganiseerd. Op een razendsnelle omloop pakte Thalita de Jong de overwinning bij de vrouwen en was Toon Aerts verrassend de beste (en de slimste) bij de mannen. Maar heeft een EK voor profs, dat dit jaar bij de mannen voor de tweede keer werd georganiseerd, wel toegevoegde waarde?
Top of flop?
België en Nederland heersen in de cross-wereld, maar vooral de suprematie van de Belgen is zorgwekkend voor de sport. Een blik op de huidige UCI-ranking leert ons dat er negen Belgen staan bij de beste twaalf veldrijders. De andere drie zijn Mathieu van der Poel, Lars van der Haar en de Fransman Clément Venturini. Na twee wereldbekermanches in de Verenigde Staten bestond zelfs de hele top tien in het klassement uit Belgen. Moeten we daar wel blij mee zijn?
Zondag werd opnieuw duidelijk dat veldrijden niet interessant genoeg is voor niet-Belgen en niet-Nederlanders. Bij de vrouwen haalden maar 19 rensters de finish. Slechts 23 mannen stonden in Pontchâteau aan het vertrek, terwijl er toch echt een Europese titel te verdienen was. De sport is té afhankelijk van Wout Van Aert en Mathieu van der Poel, want na het stoppen van Sven Nys en Niels Albert lijken ook de twee kemphanen binnen afzienbare tijd te gaan kiezen voor de weg. Wat blijft dan over?
Het EK was dus verre van spectaculair op een evenmin spectaculaire omloop. Maar wat vinden jullie van de huidige staat van de veldritsport? Moet er dringend iets veranderen of is het wel goed zo en geniet je van de mooie duels tussen Van der Poel en Van Aert?
Loading ...