Afgelopen zondag was ik te gast bij het ABloc Cycling Team en Ramses Bekkenk om een strandrace clinic te volgen. Met als verzamelpunt het gezellige ‘stamcafe’ van Beach Bastards, de fietsenwinkel gespecialiseerd in beachracen. Het werd een leerzaam dagje, kan ik iedereen aanraden.Ramses is een oude rot in het vak. Misschien mag je hem wel de nestor van het strandracen noemen. Bekend van talloze overwinningen, niet alleen in strandraces, maar ook mtb-races en natuurlijk ook de meest tot de verbeelding sprekende…..winst in
The Munga, in recordtijd! Hij werkt bij Beach Bastards en geeft wekelijks ‘strandraceles’.Ik ging op pad met het ABloc team met daarin onder andere Europees kampioen Ivar Slik en met Rick van Breda die 3e werd bij het afgelopen kampioenschap. Je zou denken dat deze mannen niet meer op tips zitten te wachten, maar het was leuk om te zien dat ook zij heel veel lol hadden in het doen van de oefeningen.
Strandracen moeilijk?
Als je de foto’s van de races ziet lijkt het niet al te ingewikkeld. Volle bak gas geven op een vlak strand, hoe moeilijk kan het zijn. Dat blijkt in de praktijk toch tegen te vallen. Het begint met je fiets. De juiste bandenspanning is van essentieel belang. Ik heb zelf Egmond-Pier-Egmond al een paar keer gereden en nog wat andere strandevenementjes. Maar toch begon ik, volgens Ramses, met te harde banden. De ervaren rotten rijden met 0,7 tot 0,9 bar, afhankelijk van het parcours. Allemaal met dikke 60mm banden zonder (of met minimaal) profiel en zonder binnenbanden. Latex is onmisbaar op het strand. Op de weg voelen die zachte banden echt heel vreemd aan, vooral als je de bocht omgaat. Eenmaal in het zand wordt duidelijk dat Mr.Strandrace altijd gelijk heeft. Ook met mijn 100 kilo is 1 bar meer dan genoeg.
Als je bandenspanning op orde is ga je rijden. Tenminste, als je hebt gecheckt of het eb is. Met vloed is er nauwelijks hard zand en da’s niet handig. Vanaf de boulevard van Egmond gaan we het strand op. Dan moet je eerst even door het mulle zand. In de achterhoede bij de E-P-E tocht zie je dan talloze fietsers omkukelen. Als je echter vaart blijft houden, ver voor je uit kijkt en niet teveel op je voorwiel leunt kom je eigenlijk prima door het zand heen. Je gaat pas de bocht inzetten als je op het hardere deel van het strand komt. Zodra je in het mulle zand scherp stuurt graaft je voorwiel zich in en komt je tot stilstand, zo min mogelijk sturen dus.We rijden richting de pier van Wijk aan Zee, zoals bijna altijd heb je dan wind tegen. De eerste oefening is dus waaierrijden en je plek daarin veroveren en verdedigen. Vanaf de laatste plek moet ik naar voren rijden en dan op de 2e plek invoegen. Met een beetje ellebogenwerk nestel ik me achter de man die het EK-shirt draagt. Best gaaf, in het wiel van een Europees kampioen rijden, dat overkomt me niet zo vaak. Er wordt wat gedold en geduwd, maar uiteindelijk kom je er altijd wel tussen.Als iedereen een paar keer geoefend heeft wordt het tijd voor de volgende oefening. Rijden over zandheuvels. Ramses legt het mooi uit.
Go with the flow is het devies. Je natuurlijke reactie is tegensturen als je wegglijdt op een schuine helling met zacht zand. Als je dat echter doet, graaf je jezelf in en kom je nergens. De juiste aanpak is meegaan met de vorm van het landschap. Glijd je naar beneden, dan laat je dat toe en gebruik je het zelfs om extra snelheid te maken zodat je bij een volgende zandbult weer omhoog kunt gaan. In het begin is het moeilijk, maar als ik de tips opvolg gaat het steeds beter.Op naar de volgende strandpaal. Ivar rijdt samen met Rick op kop. Ze kletsen nog wat en ik moet gewoon lossen terwijl zij waarschijnlijk op halve kracht rijden. Ook iets dat op het strand anders werkt dan op de weg. Op het asfalt heb je nauwelijks rolweerstand en kun je, als je lekker uit de wind zit, meestal makkelijk volgen. Op het strand zit je weliswaar ook uit de wind, maar die rolweerstand op dat zand hakt er toch flink in. Met een zetje van Ramses sluit ik weer aan en ik ben blij als de volgende stop er aan komt. Tijd voor een oefening in af- en opstappen.
Pedaalstand en zonder hupje
Ik rijd nooit mee voor de prijzen, dus heb me nooit zo druk gemaakt over hoe ik af- en opstap. Maar voor de mannen die op het podium willen eindigen kan dit het verschil maken tussen wel of geen medaille. De truc is op tijd afstappen. Niet pas als je helemaal geen snelheid meer hebt. Eigenlijk net als in de cross, onze Rob legde het al eens
duidelijk uit, stap je af terwijl je nog vooruit rolt. Dan loop je het stukje dat je niet kunt rijden, bijvoorbeeld omdat je over een obstakel moet. Je zorgt dat het pedaal aan de andere kant van de fiets (de kant waar jij niet loopt) aan de voorkant zit. Je zet je fiets neer en springt er in één beweging op. Zonder tussenhupje. Als je je fiets niet te schuin houdt gaat dat het best. Direct inklikken en gas er op. Zo kom je ook in mul zand gewoon weer op gang, zelfs ik. Om deze oefening af te sluiten doen we een wedstrijdje wie het snelst 5x op- en afgestapt is, inclusief inklikken. Hoewel ik best trots ben op mijn vorderingen, is Ramses al klaar als ik afstap voor de 4e van de 5.
Rond trappen
We gaan terug richting Egmond, op naar de steilste duin. De mannen van het team worden even losgelaten. Ik doe niet eens moeite ze bij te houden, verloren zaak.Veel wielrenners zijn gewend om alleen tijdens de neergaande beweging kracht te zetten met een hoge cadans. Op de racefiets werkt dat prima, maar op een beachbike is dat anders. Ramses legt aan een andere deelnemer die nogal hobbelig fietst uit dat je op het strand ‘rond’ moet trappen. Door die dikke banden met zo weinig druk ga je bij hoge snelheden op het harde deel van het strand een beetje wippen als je te licht trapt. De banden gaan als het ware veren en dat fietst heel irritant. Een tandje zwaarder en proberen ronde trapbewegingen te maken zorgt dat het gehobbel snel stopt. Je moet het maar weten.Ondertussen klets ik wat met Max, de 18-jarige mechanieker van het team. Hij heeft zijn droombaan te pakken. Weg uit de fietsenwinkel waar hij eerst werkte, reist hij nu de hele wereld over met het team. Je gooit er een kwartje in en er komt voor 2 euro aan verhalen uit. Vooral de races in China hebben diepe indruk op hem gemaakt. Samen komen we aan bij de duin, waar de andere mannen al klaar staan voor de laatste oefening.
Niet remmen, voor je uit kijken
Ramses maakt het spannend. Vanaf de hoge duin moeten we zonder vallen beneden zien te komen. Het kan, volgens Ramses, fout gaan op duizend verschillende manieren. Dus mag je niet te hard remmen met je voorrem, niet naar beneden kijken, niet abrupt sturen, niet te veel voorop leunen, niet afstappen met je voeten te ver vooruit. Ik word er bijna bang van. Maar als je de tips opvolgt blijkt het allemaal reuze mee te vallen. Het is dat het zo’n vermoeiende klim omhoog is, anders zou ik het nog wel een paar keer willen doen.We gaan terug naar de Beach Bastards. Twee uur zijn omgevlogen, de mannen van het ABLOC CT hadden ’s ochtends al getraind en zijn helemaal klaar voor de race van aanstaande zondag. Zij starten helemaal vooraan en zien fietsers zoals ik pas als ze al dik op de terugweg zijn. Maar dankzij de tips zal het verschil minder groot zijn dan voorgaande jaren 😉In de winkel nemen we plaats aan de stamtafel. De mooie verhalen vliegen over tafel. Ik proef een ABLOC Session Blonde met slechts 2% alcohol, prima ‘herstelbiertje’. Lekker fris en zeker in combinatie met wat bitterballen een mooie afsluiter. Prima manier om je zondag door te brengen.Als je ook een keer een clinic wilt volgen, je kunt er een strandfiets bij huren, neem dan zeker even contact op met Ramses. Je kunt woensdags met hem meefietsen, of op zondag een clinic volgen in groepsverband. De groepen vertrekken vanaf de winkel aan het Pompplein 5. Terugkomst is altijd weer bij de winkel. Stuur even een mail naar
shop@beachbastards.nl als je meer info wilt of bel naar
072 711 28 04