Het was lang wachten op een opvolger van de oude vertrouwde Lux, maar na vier jaar is er dan de nieuwe telg in de Canyon-familie. En de nieuwe versie lijkt in geen enkel opzicht meer op zijn voorganger. Oké, de flex stays zijn gebleven, maar verder is de fiets volledig anders geworden. Opnieuw ontwikkeld, met andere inzichten.

Op het eerste gezicht zou het je bijna ontgaan dat het hier om een fully gaat. Canyon heeft het ontwerp zó slim en compact in elkaar gestoken dat de ‘stealth’ link nog amper opvalt. Alleen de enorme metrische demper verraadt dat je met 100 millimeter extra comfort onderweg bent. De Lux, natuurlijk van carbon, is weer helemaal up-to-date. Een steile zitbuis (74,5 graden) lekkere reach (550 millimeter, maat L) en een 69,5 graden balhoofdhoek. De meer betaalbare versies worden uitgerust met een 110 millimeter vork, waardoor de balhoofdhoek met nog bijna een graad zakt.

Een bijna volledige SRAM-set-up op alle fietsen – de versie met nieuwe XTR-groep is een uitzondering – maakt het logisch dat de fiets 1x specifiek is en dat een voorderailleur niet meer mogelijk is. De kabels lopen zeer slim volledig intern. Ook vanuit het hoofdframe de achtervork in is er geen kabel te bespeuren, net als de lock-out kabel voor de demper.

Intern lopen plastic hulzen in het frame om klapperende kabels te voorkomen en onderhoud te vereenvoudigen.

Die demper is fors groter dan gebruikelijk bij crosscountry fietsen met een lengte van 210 millimeter. Het voordeel hiervan is onder andere dat de fiets (met in de praktijk zelfs 107 millimeter achter) aanvoelt als zoveel meer dan gewoon een crosscountry fiets. De demperdruk is wat lager dan gebruikelijk en dat komt de responsiviteit op de kleine oneffenheden ten goede. De demper zal dus veel beter zijn werk doen aan het begin van de veerweg. Door de progressieve veercurve wordt het moeilijker om de gehele veerweg te gebruiken naarmate de demper verder inveert.

De nieuwe Lux voelt beduidend minder lineair. Vooral het einde van de veerweg is merkbaar progressiever en daardoor meer ’trail-orientated’.

Tijdens de testrit, met in mijn kielzog gedurende de afdalingen wereldkampioen marathon Alban Lakata, proberen we zo hard mogelijk over de rotsige singletracks rondom Girona te rijden. Alban bouwt de druk op bij mij terwijl ik die van de achterdemper juist af laat. 140 psi zit er in (rijdergewicht 72 kilo), ruim 20 procent sag en de rebound op 70 procent traag. Wat we ook doen, en dat ging voor een crosscountry fiets behoorlijk ver. De demper kregen we amper ‘gebottomed’.

De veercurve is zo ontwikkeld dat kleine oneffenheden snel worden uitgefilterd. Naarmate de demper verder inveert wordt hij  steeds progressiever.

Anti-squad
Voor wat kitscherige marketingtermen kun je altijd wel terecht bij de Duitsers uit Koblenz. Wij noemen het deinen of ‘pompen’. In het slechtste geval halen we er als voorbeeld een ritje op een kameel bij, maar anti-squad houdt zoiets in als; de vering van deze fiets is nauwelijks nog door de trapbeweging te beïnvloeden. Dit is vooral toe te schrijven aan de heel kleine link die behoorlijk verdraaid is en zeer hoog vlak onder de bovenbuis is geplaatst. Hierdoor kan de fiets inderdaad nog maar amper deinen. We gebruiken de lock-out nauwelijks, dat is ook niet nodig. Maar ook omdat door de kleine, misschien iets te compacte ruimte waar de lock-out van de demper is gesitueerd ervoor zorgt dat de lock-out knop (zelfs nagelnieuw) behoorlijk stroef werkt. Het hele anti-squad principe is geoptimaliseerd voor gebruik met een 34 tands kettingwiel. Monteer je een 30, of juist 38 tands kettingwiel, dan zal de fiets voelbaar meer gaan deinen.

Innoveren kun je leren
De nieuwe Lux zit vol met onopvallende slimme oplossingen voor soms kleine maar ook grote ergernissen. Zo passen er in alle maten frames twee 750 milliliter bidons. De eigen bidonhouders maken het makkelijk om je bidon eruit te halen en weet terug te plaatsen, maar worden niet bij de fiets meegeleverd. Omdat een hendel aan je steekas vastmaken wel erg eenvoudig klinkt, bestaat er nu de Quixle. Een steekas die er uitziet als een ‘bolt-on’ variant, maar waar je een hendeltje gewoon uit kunt toveren en zo je wiel kan demonteren zonder gereedschap, iets wat we wel zo prettig vinden. De ieniemienie kettinggeleider, vastgeschroefd in een bout van het draaipunt, is verstelbaar voor verschillende maten voortandwielen en zit eigenlijk niemand in de weg. Coole gadget!

Bergop voelt de Lux een heel stuk rapper dan de oude variant. De stijfheid is fors hoger en het gewicht is met 9,98 kilogram gewoon laag. Op lage snelheid zijn de verschillen tussen de diverse fietsen echter klein. In het bochtenwerk merken we dat deze Pro Race wel houdt van wat geslinger. Waar je hem ook heen stuurt, afwijken van de perfecte lijn doet hij niet. En als je zelf te slordig bent om hem daar te houden dan is de vorkhoek lui genoeg om foutjes uit te filteren.

Spelen op de technische trails rondom Girona. En wie zit daar in het wiel?

Leuk en aardig, maar het meest verraste de Lux ons wanneer we langere echt serieuze afdalingen voor de kiezen kregen. Rotsen, krijtsteen, jumps, hoge wallrides. Allemaal natuurlijk in een serieuze geul. Uitgesleten door jaren van regenval en andere natuurverschijnselen. We beginnen solide, gaan over op de vol gas modus om later in standje ‘Strava prijzenkast’ te belanden. Als er in de beschrijving niet zou staan dat dit de ideale marathonfiets is dan zou je denken dat je op een trailbike zit.

 

 Mathieu’s afstelling
De introductie van de Lux was al tijden een publiek geheim. Nederlands snelste mountainbiker Mathieu van der Poel werkte alle wereldbekers dit jaar af op het nieuwe model. Gevraagd naar de specifieke set-up van zijn vork en dempers luidt het antwoord: ‘Eerlijk gezegd maakt het mij niet zoveel uit. Ik moet toch van die rotspartijen af en doe dat gewoon zo snel mogelijk.’
Mathieu rijdt met vier tokens in zijn vork, 90 psi en de rebound behoorlijk traag. De achterdemper is dan weer hard opgepompt. Waarschijnlijk werkt een lagere luchtdruk beter, maar niet tussen de oren van de kampioen. Op de vraag waarom er geen dropper post op zijn fiets zit zegt hij: ‘Te veel knoppen en gedoe op mijn stuur. Dat kan ik er niet bij hebben.’

De nieuwe Canyon past qua rijders DNA perfect in het plaatje van een speelse ’trail-orientated’ racefully. Rap bergop, maar met de grote winstmarge in de afdalingen. Epic, Scalpel en Spark zijn de bekendste racefully’s op de markt, maar deze fiets heeft samen met de Santa Cruz Blur momenteel absoluut betere daalcapaciteiten.

Een speelse racebak. Dankzij de standaard dropper lijken de mogelijkheden bergaf eindeloos.

De nieuwe Lux is verkrijgbaar in zes complete uitvoeringen en een frameset. De CF-versie is te koop vanaf €2599,- met een SRAM NX Eagle groepset en 110 millimeter Reba-voorvork.

 

Canyon Lux CF 6.0 Pro Race

Het topmodel, slechts 9,8 kilo inclusief dropper post, brengt Canyon bij je thuis voor €5999,-. Geen astronomische bedragen bij Canyon dus. Hiervoor krijg je wel Fox Factory Kashima-dempers, een volledige XTR 12-speed groep en DT Swiss carbon wielen. Bijna te mooi om waar te zijn dus.

De fiets van Mathieu van der Poel, ook te koop voor de consument.

Voor meer informatie en het gehele assortiment, zie www.canyon.com