Een toegift...
(Ontmoetingen op de Mont Ventoux)
Vicenza schreef:Prachtige verhalen Le Grimpeur! Hopelijk kan je ons nog verblijden met minimaal één tochtje.
jossie16 schreef:Aub nog een tocht op de fiets.
Nu, vooruit dan maar...
. De 'tijd dringt' als ik nog iets 'leuks' zou willen doen op de fiets, want ook hier gaat de herfst zich doen voelen. Eergisteren was het nog schitterend echt 'korte broeken weer'. 's Ochtends vroeg lag de
Mont Ventoux er fraai bij, geen wolkje te zien. Volgens het weerbericht zou er echter wat bewolking komen en ja hoor, in de loop van de ochtend trok het dicht rond de top. Geen echt goede dag om omhoog te gaan.
Gisteren zou daarvoor een iets meer geschikte dag zijn, want met ongeveer dezelfde temperaturen en wat meer wind, zou de kans op een 'vrije top' groter zijn. In de dalen werden temperaturen van rond de 22 graden verwacht, doch op de top van de
Ventoux zou het slechts een graad of 10 worden (dat valt vaak mee als je daar boven staat). Dus heb ik eergisteren nog maar even snel bij Decathlon in Orange een setje armstukken aangeschaft
. Mijn jack met lange mouwen leek mij net wat te warm om in te gaan klimmen en een shirt met lange mouwen heb ik niet meegenomen.
Na een stevig 'ontbijt' en met nog de nodige ravitaillering op zak, ben ik
gisteren om kwart over negen op de fiets gestapt. Armstukken en kniebroek aan en voor de veiligheid had ik ook maar vast mijn gele windjackje aangedaan. Dat jackje kon in Malaucène dan wel weer uit... De D938 naar Malaucène - ik wilde vanuit dat stadje omhoog - is vrij smal en erg druk, dus opvallen als fietser kan dan geen kwaad. Op de rotonde in de D938/D55 ligt een boel glas, zo te zien van een verbrijzelde autoruit. Ik zie het te laat, want ik moet natuurlijk ook op het verkeer letten en rijd er dus dwars door heen. Dat betekent voor mij altijd afstappen en de banden controleren. Dat liever dan doorrijden en wat verderop met een lekke band staan. Ik kan inderdaad een paar minuscule scherfjes van de banden vegen. In de verte ligt de
Ventoux er wat 'nevelig' bij, maar wel vrij van wolken. Op de kant rijdend bedwing ik het vals plat richting Le Barroux. De kant van het wegdek is hier slecht, alsof een klein kind aan het boetseren is geweest, maar dan met asfalt. Slecht gerepareerde scheuren en gaten. Ondertussen raast het verkeer (vlak) langs de 'ploeterende fietser'. Alhoewel de omgeving schitterend is, heb ik een ontzettende hekel aan dit parcours vanwege de drukte en de staat van de weg. Doch het alternatief is om via de
Dentelles de Montmirail naar Malaucène te fietsen en dat kost veel meer energie (en tijd).
Een aangenaam zonnetje maakt dat het warm aanvoelt, eigenlijk te warm voor mijn outfit en door het windjackje is het zelfs benauwd. Ter hoogte van Le Barroux stop ik even, want dat (licht) klimmen in zo'n benauwd jack is geen doen. Het jack gaat uit, de eerste banaan wordt verorberd, gevolgd door een fruitreep en wat drinken. Ik neem ook nog even de tijd om een foto van het kasteel te maken. En de voor Malaucène geplande sanitaire stop houd ik hier ook al vast.
Het Château de Barroux:
(Sorry voor de blauwe lucht )
Na Le Barroux is het wegdek over het algemeen een stuk beter en vanaf de bocht waar je rechtsaf naar Bédoin kunt, heb je grotendeels mooi, vrij nieuw asfalt onder je wielen. Vanaf genoemde bocht is het nog een klein stukje klimmen en daarna suis je in volle vaart richting het 'Ventoux-stadje'. Als je naar links kijkt, zie je de route naar de
Col de la Chaine in de
Dentelles ook liggen. Als ik Malaucène binnenrijd, springt in de verte het 'vertragingsstoplicht' op rood. Ik sjees gewoon door en precies als ik bij het stoplicht ben, springt het op groen. Mazzel? Het is woensdag en dat betekent dus dat het marktdag is in Malaucène. Toch is de weg, waarschijnlijk vanwege het gevorderde seizoen, niet afgesloten. Dan kan ik in het centrum mooi nog even wat eten en een tweede sanitaire stop houden. De tweede banaan, twee fruitrepen (à 130 kcal) en een 'fruit jelly' (97 kcal) gaan op. Plus een paar flinke slokken energiedrank. Na het toiletbezoek en het schieten van een foto van één van de volle terrasjes, begeef ik mij naar de 'start'.
Marktdag in Malaucène betekent (over)volle terrasjes:
Als ik de starttijd genoteerd heb, kan 'het feest beginnen'
. Ruim voor elf uur klik ik in de pedalen en ben ik op weg voor mijn 48e klim naar de top van de gevreesde
Mont Ventoux. Met 34x23 zoek ik een ritme en lees ondertussen dat ik een kilometer met gemiddeld 5% stijging kan verwachten. Het is aan het begint van zo'n klim altijd even aftasten hoe het gaat. Vlak voor
Le Groseau is het min of meer vlak en schakel ik even terug naar het buitenblad. Ik zie dat de
Aire Naturelle bij
Le Groseau nog open is en dat de grote circustent er dit jaar ook weer opgesteld staat. In volle vaart neem ik de bocht en bij het bordje dat aangeeft dat je
Le Groseau verlaat schakel ik vliegensvlug terug naar het kleine blad, want nu wordt het menens. Op het kilometerpaaltje staat dat er een kilometer van 8% volgt (34x26). Een oude bestelwagen passeert mij. De auto is
immatriculé en Haute-Savoie (rijdt met een kenteken uit de Haute-Savoie, wat eindigt op 74). Even verderop stop hij en gaat in de berm staan. Wat zoekt iemand daar nu? Als ik hem passeer en naar binnen kijk, meen ik de bestuurder vaag te herkennen. Ondertussen wordt de motor weer gestart en als ik voorbij ben, rijdt hij verder. Wacht eens even, natuurlijk, het is de 'snoepjesverkoper' die altijd op de top staat. Laatst viel mijn oog toevallig op zijn '74-kenteken'.
Ik win vrij snel hoogte en kijk nu tussen de bomen door op de grillige toppen van de
Dentelles, waarmee ik bijna op gelijke hoogte ben aangekomen. Even later, in het zonnetje fietsend, heb ik het met mijn armstukken en kniebroek haast te warm. Een stukje voor mij rijdt de eerste fietser die ik in ga lopen. Het blijkt een 'zij' te zijn, die op haar zwarte
Stevens sportfiets (damesmodel) nauwelijks vooruit komt. Ze slingert ook een beetje. Terwijl ik haar passeer en groet, klinkt het links naast mij
salut! (hallo!). De vrouw wordt ook door de fietser begroet. Hij rijdt op een soort 'fitness-bike', maar erg goed kan ik het niet zien, want hij fietst met een enorm tempo omhoog. Wel zie ik links een klein fietstasje aan zijn drager hangen. Zijn bovenlichaam 'fietst' mee. Als hij dat tempo maar vol kan houden... De man moet òf een soort 'timper' zijn (dat zijn mannen die deze berg héél erg hard op kunnen rijden
), òf ik haal hem straks 'ergens' tijdens de klim weer in...
Wat verderop rijdt een man in een fel geel shirt. De 'hardfietser' - ik noem hem voor het gemak maar even 'Salut' - is er al voorbij. Als ik de 'man in het geel' inhaal, zie ik dat hij op een zwarte
Stevens rijdt. In het Frans vraag ik of dat zijn vrouw is die daarginds fietst. Hij antwoordt dat hij mijn vraag niet begrepen heeft. Doch dan klinkt er een momentje later toch nog
Ah, oui, oui. Z'n vrouw zal wel gezegd hebben 'ga jij maar vast, ik kom wel'
. Maar of ze het gehaald heeft?
Inmiddels heb ik de 9%-kilometer (34x29) er ook al op zitten. Er volgt nu een wat vlakker stuk, waar ik een wat zwaarder verzet rond kan draaien en een tubetje energie-gel (282 kcal) leeg knijp. Weer een paar slokken drinken en genieten van het klimmen, want het gaat tot nog toe goed. Als ik bij de eerste bocht naar rechts ben, waar je zo mooi links de
Drôme Provençale in kijkt en rechts het
Comtat Venaissin ziet liggen, zit een derde deel van de klim er al weer op. Maar..., de tweede helft is veel lastiger dan de eerste.
Bij de tweede bocht met het zelfde uitzicht, komt zo'n geel autootje van
La Poste naar beneden zeilen. De chauffeur rijdt te hard, of neemt te veel risico in de bocht, want de auto begint te slippen. Gelukkig kan hij de slip nog corrigeren en fiets ik nog nèt niet in die bocht. Ondertussen zie ik dat er zich helaas toch weer wolken rond de top beginnen te vormen. Van de 'beloofde' wind merk ik ook nog niets. Daar is de grote
belvédère al. Ik nader nu de helft van de klim, maar ook de moeilijke passages! Aan het begin van het lange steile stuk lees ik op het kilometerpaaltje '12 %' en '1003 m'. Rustig neem ik, heerlijk in de zon, deze eerste horde. Het gaat eigenlijk best goed, zolang ik hier maar niet ga 'racen'
. Na de haarspeldbocht volgt dan het steile stuk waar ik altijd het meest tegenop zie. Hier fiets ik in de schaduw en ben ik blij met mijn armstukken en 3/4-broek
. En aan alles komt een einde, dus ook aan deze 'kwelling', die ik overigens ook goed verteer. Ruim voordat ik bij het
Chalet Liotard ben, neem ik nog een tubetje energie-gel en drink ik mijn eerste bidon ook bijna helemaal leeg. Het is op dit vlakkere stuk altijd weer fantastisch, dat panorama naar het noorden.
Nog 6 kilometer. De eerste kilometer na het
chalet is de lastigste van die zes. Ja, de laatste is ook niet mis, maar dan ben je er al bijna en fiets je in een indrukwekkend landschap en gaat het klimmen bijna 'vanzelf'
. In de verte zie ik de witte paaltjes van de haarspeldbocht al. En zie ik 'Salut' daar ook niet rijden? Als ik de bocht om ben, ziek hem inderdaad een paar honderd meer voor mij fietsen. Heel langzaam loop ik op hem in. Dit lange, min of meer rechte stuk, is aan het begin makkelijk te doen en ik voer mijn tempo wat op. Na de flauwe S-bocht wordt het weer iets steiler. 'Salut' fietst stevig door en het lukt mij nog niet om vlot dichterbij te komen. Dan maar genieten van het zicht op de top, die na deze passsage in zicht komt. Ik schat zo in, dat ik 'Salut' net voor de bocht bij de radarkoepel misschien ingehaald kan hebben. Ik zie hem regelmatig uit het zadel komen, terwijl ik zelf de meeste tijd gewoon kan blijven zitten. 'Salut' neemt helemaal het uiterste van de buitenbocht aan het begin van het stuk naar de radarkoepel, terwijl ik gewoon de binnenbocht kan pakken
. Ik nader hem tot op twee à drie fietslengtes. Verdorie, hij versnelt weer! Vlak voor de bocht versnel ik ook en precies in de bocht bij de koepel rijd ik naast hem!
Salut, klinkt het weer uit zijn mond. Hij begint meteen over mijn titanium fiets. Inmiddels heb ik gezien dat hij ook op titanium rijdt. Het is een hybride, met een niet geveerde rechte titanium voorvork. Waar of ik vandaan kom, wil hij weten. Hij spreekt Frans. Hij komt zelf uit Zürich en heeft Nederlanders als buren. Ik schakel maar over op het Duits. Ja, titanium, dat koop je voor de rest van je leven, zegt hij. Hij wil nog weten of ik voor de eerste keer deze klim doe. Ik vertel hem dat dit voor mij al de 48e keer is dat ik de
Ventoux op ga. Hij is met zijn eerste klim bezig en geniet zichtbaar. Ik zeg hem dat hij mij aan het begin van de klim gepasseerd is en dat we nu dus toch samen het laaste stukje doen. Of hij onderweg soms gestopt is, vraag ik hem.
Nein, ich fahre mein Tempo, antwoordt hij.
De laatste 800 meter fietsen we, gezellig babbelend, samen omhoog. Als ik de achterzijde van het verkeersbord aan de linkerkant zie, zeg ik tegen hem dat we er bijna zijn. In de bocht wil hij geloof ik al stoppen, doch dan ziet hij dat we nog een stukje hoger moeten
. Ik versnel nog wat en hij houdt het tempo goed vast. Een paar tellen na mij passeert ook hij de eindstreep.
Super!, zegt hij en hij schudt mij de hand. Alhoewel er flink wat wolken rond de berg hangen en je naar het zuiden dus helemaal niets ziet, loopt de man te stralen en te glunderen. Leuk! Daarna reken ik even mijn klimtijd uit. Met 1:55:32 ben ik dik tevreden. Er moet nog wel even over onze titanium fietsen gepraat worden. De fiets van de Zwitser is maatwerk, gebouwd door een kleine Duitse framebouwer. Er zitten 'dikke banden' op zijn fiets
(fürs Gelände), een stevige vaste titanium bagagedrager en natuurlijk schijfremmen. Die laatste heeft hij in Zwitserland met al die regen en sneeuw wel nodig, dan voldoen velgremmen niet... Ik zie mooie Shimano MTB-onderdelen en spulletjes van Thomson. Hier is niet op een faar Franken gekeken. En dan groet hij nog een keer en zegt nog wat rond te willen kijken.
Als ik naar de afvalcontainer loop om de lege gel-tubetjes weg te gooien, zie ik daar de fotograaf uit de bocht bij de
Col des Tempêtes. Hij is met een eenvoudig soort ATB naar boven gefietst en is met een Fransman druk in gesprek over zijn fiets. Ja, met al die wolken is er voor hem niets te fotograferen. Zal ik een praatje met hem aanknopen als zijn gesprek ten einde is? Maar dan loopt hij weg en verdwijnt in het souvenirwinkeltje.
De 50e ( ) klim is in 'herfst-outfit' gedaan:
Ik ga op zoek naar een 'fotograaf' voor mijn eigen foto. Er komt een man op een mooie Bianchi omhoog. Het is een grote vent en hij draagt een fel oranje 'KNWU-shirt'. 'U ziet er uit als een Nederlander', probeer ik. Kan niet missen. Op mijn vraag of dit zijn eerste Ventoux-klim is, antwoordt hij bevestigend. Ik feliciteer hem. Enthousiast vertelt hij over zijn fietsbelevenissen van de afgelopen dagen. Ze zijn met een groep onderweg. Hij is vanuit Bédoin omhoog gekomen. De anderen zijn vanuit Bédoin 'binnendoor' naar Sault gereden en nu aan die klim bezig. Hij moet voor een 'groepsfoto op de top' op hen wachten en hij heeft dus de tijd. Ze hebben eergisteren of zo een tocht rond de
Gorges de la Nesque (tegen de wijzers van de klok in) gefietst. Daar heeft hij volop van genoten. En hij heeft ook al geprobeerd de klim vanuit Malaucène te doen, maar ze zijn toen vanwege een hagelbui teruggekeerd. Zijn tijd weet hij niet precies, dat ziet hij vanavond wel op
Strava, doch hij schat dat hij er zo'n tweeënhalf uur over gedaan heeft. En dat met 110 kg! Is ook een prestatie, toch!? Hij schiet een paar foto's van mij en wordt daarna 'geclaimd' door een stel Engelsen. Ik neem afscheid, trek mijn windjackje weer aan en begin aan de terugreis.
Ik stop bij de
belvédère aan de noordzijde van de top. Zo is het redelijk 'blauw' en zo trekken er wolkenslierten langs. Maar het weer is mooi genoeg om wat foto's te maken. Het is mij overigens volstrekt onduidelijk of je, komende vanaf Malaucène, nu dat smalle strookje aan de linkerzijde van de weg zou moeten nemen. Ten eerste is het veel te smal, zeker bij de 'ingang' en ten tweede lopen er altijd voetgangers. De Zwitser en ik zijn dan ook gewoon naast elkaar over het brede stuk omhoog gereden.
Komende vanaf Malaucène:
Op de belvédère, kijkend naar het noorden:
Een paar honderd meter verder stop ik nog een keer, want het ziet er toch erg imposant uit, zoals je de weg hier ziet kronkelen. Je kijkt hier overigens ook een heel stuk naar beneden, helemaal tot op de
Mont Serein (1428 m). Het is altijd weer leuk om die heel kleine fietsertjes in dat machtige landschap omhoog te zien fietsen. Maar ik moet opschieten met mijn foto, want er komen al weer wolken opzetten...
Vlak onder de top, in de daalrichting naar Malaucène...:
...een 'blauw' moment...:
...en nog geen twee minuten later:
En dan ga ik echt dalen! De lucht trekt dicht en zodra ik in het beboste gedeelte rijd, is er van de zon niets meer te zien. 't Is bovendien koud. Maar dankzij mijn toch goed gekozen outfit, heb ik daar gelukkig niet al te veel last van. Er komen nog steeds fietsers in 'kort-kort' omhoog. Plotseling lijkt het alsof ik door een zwerm vliegjes of zo rijd. Dat kan toch niet. Nee, dat is het ook niet, het is korrelhagel. De weg is niet nat, ja een beetje vochtig, maar dat was op de heenweg ook al zo. Uit de wolken vallen gewoon wat van die kleine hagelkorreltjes! Wat lager kan ik gelukkig een beetje onder de wolken door kijken en zie de
Drôme Provençale wel in de zon liggen. Als ik bij het chalet ben, valt er niets meer. Snel terug naar wat meer aangename temperaturen! Op het steile stuk laat ik de fiets, plat op het stuur liggend, zijn gang gaan. Bijtrappen hoeft voor mij niet, het gaat zo al hard genoeg! Mijn tellertje toont mij later dat de snelheid tot 74,7 km/u is opgelopen. M'n vrouw zegt bij mijn vertrek altijd 'Doe voorzichtig!' en die 'opdracht' voer ik natuurlijk netjes uit
.
Over de brede weg en door een prachtige omgeving rijdend, geniet ik altijd weer van deze afdaling. In
Malaucène kan het jackje uit. Als ik het bordje 'einde bebouwde kom' nader, stop ik even. Achter mij zie ik dat het
Ventoux-massief nog steeds in wolken gehuld is. Ook hier merk ik weinig of niets van de wind. Het pakt dus vaak anders uit dan de meteorologen je vertellen. En die doen nog wel zo hun best
.
Malaucène en het Ventoux-massief:
De ongeveer 2 kilometer klimmen die nu volgen, stellen weinig voor. Ik zit wat na te genieten van mijn geslaagde klim. Het 'liep' goed, ik ben nergens in de problemen gekomen en kwam ook niet 'stuk' op de top aan. En zoals gezegd, met mijn 'seniorentijd' ben ik meer dan tevreden, want het was toch weer ruim binnen de twee uur! Na de top van dit klimmetje richting Carpentras begint een wat langere 'afdaling'. Het is op de D938 nu gelukkig niet zo druk als vanmorgen en in deze richting is na Le Barroux de kant van de weg ook beter. Bij de rotonde, waar ik rechtsaf richting Aubignan ga, kijk nog een keer naar de berg. Er hangen nog steeds veel wolken rond de top.
Caromb en de Mont Ventoux:
Vanaf de rotonde is het nog slechts 5 kilometer en dan ook nog in dalende lijn. Dat stuk schiet altijd goed op. Pas op zo'n 3 kilometer voor mijn standplaats begin ik de wind te voelen. En die heb ik natuurlijk min of meer tegen, want het is een
petit Mistral. Hij heeft de hemel boven Aubignan de gehele dag schoon gehouden, vertelt mijn vrouw mij. Enfin, 't zit er weer op. M'n vrouw heeft de traktatie voor bij de thee al in huis gehaald
! Als ik na het avondeten mijn rit (
76 km) in mij logboekje noteer, zie ik het vertrouwde rode knipperlicht weer. De wolken zijn verdwenen...