Pagina 1100 van 1495

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 24 sep 2017 01:10
door timo2.0
Food for thought...
De fietsster, de prins en het geheim van de dokter

Martin Buijsen– 14:47, 23 september 2017

Viervoudig olympisch wielerkampioene Leontien van Moorsel heeft het verboden middel epo gebruikt, onder meer in de aanloop naar de Zomerspelen van 2000. Met dat nieuws zorgde Peter Janssen voor opschudding. Hij is nu 75 en was een van de belangrijkste wielerartsen van de afgelopen dertig jaar. Janssen gaf in de Volkskrant openheid van zaken over zijn loopbaan omdat ‘het systeem op de schop moet’. Hij had, vertelde hij verder, als arts van wielerploeg PDM, de Nederlandse toprenners Gert-Jan Theunisse en Steven Rooks in de Tour de France van 1988 twee keer van een bloedtransfusie voorzien.

In 2012 kwam neurochirurg Kees Tulleken in het nieuws omdat hij zich had uitgelaten over de gezondheidstoestand van prins Friso na diens ski-ongeval in februari van dat jaar. De prins had hersenschade opgelopen door zuurstofgebrek. Ten tijde van het ongeluk woonde professor Tulleken een congres bij in de universiteitskliniek waar Friso was opgenomen. Zijn vrouw vergezelde hem. Toen Tulleken hoorde van de toestand van de prins, nam hij contact op met de organisator van het congres, een aan de kliniek verbonden collega. Die vertelde hem en zijn vrouw bijzonderheden over de gezondheidstoestand van de prins. Beroering ontstond toen Tullekens echtgenote, journaliste bij NRC, daarover schreef onder de kop ‘Hoe houdt het brein van Friso zich?’ Tulleken wilde het volk melden dat herstel van de prins mogelijk was.
Berispt

In 2013 werd de neurochirurg berispt, omdat een arts naar het oordeel van de medische tuchtrechter ook buiten een arts-patiëntrelatie om onzorgvuldig handelt door hem ter kennis gebrachte vertrouwelijke gegevens over een patiënt met derden te delen. De aan Tulleken verstrekte informatie over Friso was onmiskenbaar privacygevoelig en hij had die niet zonder toestemming van Mabel, de echtgenote van de prins, bekend mogen laten maken.

Aanvankelijk oordeelde de hoofdredacteur van NRC dat de berichtgeving koosjer was geweest - hij zei bij ‘De Wereld Draait Door’ dat hij het morgen wéér zo zou doen. Twee maanden later, in april 2012, ging hij door het stof en bood excuses aan: de door Tulleken verschafte informatie in deze hoogst gevoelige zaak was onjuist gebleken en de krant had die zonder wederhoor of verificatie afgedrukt.

Waarom maakte iedereen zo’n punt van het delen van informatie door een arts? Omdat het de belangen van een lid van de koninklijke familie betrof? Of omdat de betrokkene de pech had het slachtoffer te zijn van een ongeval, terwijl Janssen verhaalt van lieden die zich laakbaar gedragen hebben?
Geen behandelaar

Frappant is dat het in de affaire-Tulleken welbeschouwd niet ging om een schending van het medisch beroepsgeheim. In zijn vonnis stelde het medisch tuchtcollege namelijk dat de voor artsen geldende geheimhoudingsverplichting ‘geldt tegenover en is afgeleid van de persoon, over wie en wiens gezondheidstoestand aan de arts in het kader van de behandelrelatie iets vertrouwelijks bekend is geworden’. Tulleken was geen behandelaar van de prins. Maar door het verstrekken van diens gegevens schond hij diens privacy.

De verplichting om de privacy van anderen te respecteren, rust op ons allen. Als arts was Tulleken wel onderworpen aan het medisch tuchtrecht. De niet-medici onder ons zijn dat niet. En de tuchtrechter oordeelde dat Tulleken door zo om te springen met deze informatie onzorgvuldig had gehandeld.

Peter Janssen onderhield wel arts-patiëntrelaties met Van Moorsel, Theunisse, Rooks en anderen. Hij was hun behandelaar en het medisch beroepsgeheim is hier dus wel in het geding. Hoe erg is het spreken door de arts in deze kwestie? Rechtvaardigt het door Janssen aangewezen doel, het ‘op de schop’ nemen van ‘het systeem’, doorbreking van diens beroepsgeheim?
Zo oud als geneeskunde zelf

De geheimhoudingsplicht van artsen is zo oud als de geneeskunde zelf. Uiteraard krijgt een arts in een behandelrelatie weet van privacygevoelige informatie over zijn patiënt. Maar het medisch beroepsgeheim is een arts (en tegenwoordig ook andere hulpverleners) niet gegeven omwille van de privacy als zodanig. Een arts moet van zijn patiënt alle informatie kunnen krijgen die hij denkt nodig te hebben om de laatste te kunnen helpen. Die informatie verstrekt een patiënt niet als hij of zij er niet op kan vertrouwen dat die informatie bij de behandelend arts blijft.

De geheimhoudingsplicht van artsen bevordert de toegang tot medische bijstand. Daar stelt niet alleen de individuele patiënt in een behandelrelatie belang in, maar ook de samenleving als geheel.

Het beroepsgeheim is een oeroude medisch-professionele verplichting die in wet- en regelgeving erkenning en bescherming gevonden heeft. Schending van dit beroepsgeheim is strafbaar. De arts die bijvoorbeeld kennis heeft van misdrijven begaan door zijn patiënt heeft daarover zijn mond te houden. Doet hij daarvan aangifte bij de politie, dan schendt hij zijn medische geheimhoudingsplicht en riskeert hij strafvervolging. Opsporing en vervolging van strafbare feiten worden van oudsher minder belangrijk geacht dan onbelemmerde toegang tot medische bijstand. Iedereen, misdadigers incluis, moet de medische hulp kunnen zoeken die men denkt nodig te hebben.
Niet absoluut

Maar ook de geheimhoudingsplicht van artsen is niet absoluut. Soms moet de arts spreken, domweg omdat het belang dat daarmee gediend wordt opweegt tegen het belang dat door zwijgen beschermd wordt. Maar wanneer weegt een belang zwaarder dan dat van onbelemmerde toegang tot gezondheidszorg?

Voor artsen is zwijgen lang niet altijd gemakkelijk. Wat als de patiënt een aandoening veinst en ten onrechte een riante arbeidsongeschiktheidsuitkering geniet? Klein bier misschien… Maar wat als de patiënt een strafrechter is die aan middelen verslaafd blijkt, zodanig dat serieus getwijfeld moet worden aan diens oordeelsvermogen? Zo iemand berokkent heel wat meer schade dan een valsspelende wielrenster. En wat als de medicus een zwaar depressieve bewindspersoon onder behandeling heeft?

De wetgever heeft het voor artsen soms eenvoudiger gemaakt. Zo zijn zij wettelijk verplicht om van bepaalde gevaarlijke infectieziekten melding te doen aan de gemeentelijke gezondheidsdienst. Het algemene belang rechtvaardigt dan het spreken: zo wordt verdere verspreiding van de ziekte tegengegaan. Het gezondheidsbelang van velen wordt zwaarwegender geacht. Wetten die de zwijgplicht opheffen, doen dit gewoonlijk omwille van de (volks)gezondheid of om redenen die van doen hebben met de toegang tot of de kwaliteit van gezondheidszorg. Overweegt de politiek wettelijke inperking van het beroepsgeheim omwille van andere maatschappelijke belangen, bijvoorbeeld financiële, dan roept dat steevast grote maatschappelijke weerstand op.
Zwijgplicht doorbreken

Met toestemming van de patiënt kan de arts zijn zwijgplicht doorbreken. Maar zelfs wanneer die patiënt uitdrukkelijk verzoekt om vertrouwelijke informatie met derden te delen, kan de arts tot zwijgen gehouden zijn. Het gaat immers om méér dan privacy. Is de arts van mening dat met spreken de onbelemmerde toegang tot zorg in het gedrang komt, van de betrokken patiënt of van anderen, dan dient hij zijn mond te houden.

In 2007 weigerden artsen van het LUMC de medische gegevens van een overleden baby rechtstreeks te verstrekken aan het openbaar ministerie, ook al hadden beide ouders daarvoor toestemming gegeven. Het kind was een niet-natuurlijke dood gestorven en de moeder was verdachte. De artsen weigerden omdat zij van oordeel waren dat de schending van hun beroepsgeheim niet opwoog tegen het door de geheimhoudingsplicht te dienen algemene maatschappelijke belang van onbelemmerde toegang tot medische bijstand. De Hoge Raad gaf hen gelijk.
Geen houvast

Dilemma’s kan een arts ervaren wanneer wetgever en patiënt hem geen houvast bieden. De arts moet dan zelf nagaan of het belang van een individuele patiënt van onbelemmerde toegang tot medische bijstand opweegt tegen de belangen van anderen. Daarbij moet hij zich realiseren dat voor hem slechts soortgelijke, met leven en gezondheid samenhangende belangen zwaarder kunnen wegen. Die fraudeur, die rechter en die minister stellen een arts niet onmiddellijk voor problemen.

Maar wat als hij kennis heeft van een door een patiënt voorgenomen moordaanslag? En wat te doen met die suïcidale piloot?

Voor zulke noodsituaties heeft de medische beroepsgroep zelf in normen voorzien. Voelt een arts zich in dergelijke omstandigheden tot spreken gedrongen, dan is dat gerechtvaardigd indien aan de volgende criteria is voldaan:

1. De arts heeft alles gedaan om toestemming van de patiënt te verkrijgen.
2. Het niet-doorbreken van het beroepsgeheim levert ernstige schade voor een ander op.
3. Er is geen andere manier om het probleem op te lossen.
4. De arts verkeert in gewetensnood door vast te houden aan zijn zwijgplicht.
5. Het is vrijwel zeker dat met doorbreking van het geheim de schade voor de ander wordt voorkomen of beperkt.
6. Het geheim wordt zo min mogelijk geschonden.
Rechtvaardiging niet te geven

Hoe zit het met de ontboezemingen van de oud-wielerarts? Dat doping in de (top)sport een kwaad is, zullen weinigen betwisten. Toch is een rechtvaardiging voor het spreken van Janssen niet te geven. Kan hij het dopingprobleem echt niet op een andere manier aan de kaak stellen? Wordt de schade met deze onthullingen daadwerkelijk voorkomen of beperkt? En ten slotte, was het nu echt nodig om de identiteit van de betrokkenen te onthullen?

Vooral dit laatste kan tot gevolg hebben dat sportmensen zich wel twee keer zullen bedenken voordat zij medische bijstand zoeken. Dopinggebruik vindt namelijk beslist niet alleen onder topsporters plaats.

Media brengen graag nieuws over prinsen en wielerkoninginnen, maar de dokter mag de vertrouwelijke feiten waarop zulk nieuws is gebaseerd, niet aanreiken.

In de zaak-Friso is de arts die bewust zijn mond voorbij praatte terecht op zijn vingers getikt. Maar welbeschouwd zijn de ‘onthullingen’ van wielerarts Janssen nog ernstiger dan de loslippigheid van Tulleken destijds was.
- Jurist en filosoof Martin Buijsen (1963) is hoogleraar gezondheidsrecht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

https://www.trouw.nl/samenleving/de-fie ... ~ae0c65e7/

Re: WK 2017

Geplaatst: 24 sep 2017 22:34
door Hans-Je-Pence
mackersv2.0 schreef: 23 sep 2017 10:37
Hans-Je-Pence schreef: 23 sep 2017 10:13
daniel1975 schreef: 22 sep 2017 19:11

Als er geen sterke nederlandse connectie was zou je er bijna wat van gaan denken.
Als ik die insinuatie zou willen maken had ik dat bericht wat jij citeert wel in dit topic geplaatst. Je haalt nu een quote van mij uit een ander topic, plaatst het hier en daarmee krijgt het een hele andere lading. :(
Niet helemaal kosjer hoor.
Nee, ik heb de dopingpraat (weer) naar dit topic verplaatst.
Die quote heb ik in Daniëls bericht geplaatst zodat het niet helemaal uit het niets komt.
:dislike:

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 24 sep 2017 22:59
door Zorro
+1 Hans-Je-Pence.

Als je als Mod zoiets doet zet dat er in eerste instantie dan expliciet bij.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 00:22
door sloeren
timo2.0 schreef: 24 sep 2017 01:10 Food for thought...
https://www.trouw.nl/samenleving/de-fie ... ~ae0c65e7/
Welnee.
Deze man redeneert nogal particulier (want eenzijdig) vanuit juridisch perspectief. Dat is leuk en aardig maar zijn betoog is slordig. Bij vooorbeld: de voorbeelden die hij bij wijze van argument invlecht zijn van het type appel en peer. Tenzij het gaat om een arts (Tulleken) die er een gewoonte van maakt om medische dossiers van konklijkhuisleden met enige regelmaat te ontfutselen maar dat terzijde. Peter Janssen dient met zijn interview geen enkel belang en dat is bezwaarlijker, zij het slechts moreel. Wij weten allen al lang dat de namen die hij aanhaalt hoogst waarschijnlijk uitgebreid hebben zitten dokteren. Achterhalen of openbaar maken wat ze precies wanneer hebben gedaan leidt slechts tot blazoenbesmetting. Dat gebruik van vanalles destijds endemisch was weten we al lang, we hoeven het van deze drie niet te weten om toekomstig gebruik te beperken.
Het medisch beroepsgeheim is helemaal niet absoluut. Elke arts mag het doorbreken als hij denkt een hoger doel te dienen.
Het staat de drie natuurlijk vrij Janssen aan te klagen wegens smaad maar dat zie ik er - gek genoeg - niet van komen. :mrgreen:
Het is gewoon niet zo belangrijk allemaal. Meneer Janssen en de drie wielrenners kunnen ons niets vertellen dat we nog niet weten en dat had de redactie van de Volkskrant zich ook wel mogen beseffen maar waarschijnlijk werd de hoofdredactie die dag gedaan door een stagiair. https://www.volkskrant.nl/4515744

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 12:56
door erikkie39
sloeren schreef: 25 sep 2017 00:22
Het medisch beroepsgeheim is helemaal niet absoluut. Elke arts mag het doorbreken als hij denkt een hoger doel te dienen.
Als arts voel ik toch de behoefte hier even op te reageren...

In het stuk wat Timo aanhaalt, staan de zeer duidelijke criteria wanneer een arts zijn beroepsgeheim mag doorbreken. Voldoet hij/zij hier niet aan, dan kan hij tuchtrechtelijk keihard aangepakt worden. Het is dus absoluut niet waar dat een arts naar eigen goeddunken zomaar zijn beroepsgeheim mag doorbreken. Want wat de één een hoger doel vindt, vindt de ander weer een onbenullige reden.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 14:47
door rob74
Maar wat gebeurrt er dan met een arts die de pensoen gerechtige leefttijd al ver gepasserd is en dan pas uit de school klapt en dus het beroepsgeheim schendt?

Janssen is 75 en is neem ik aan niet meer werkzaam als arts. Welke straf kan het medisch tucht college hem dan opleggen? Volgens mij niks meer en dus kan elke gepesioneerde arts met een gerust hart een boekje open over alles wat hij/zij in de praktijk heeft meegemaakt. Het heeft tocg geen consequenties meer.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 15:10
door erikkie39
rob74 schreef: 25 sep 2017 14:47 Maar wat gebeurrt er dan met een arts die de pensoen gerechtige leefttijd al ver gepasserd is en dan pas uit de school klapt en dus het beroepsgeheim schendt?

Janssen is 75 en is neem ik aan niet meer werkzaam als arts. Welke straf kan het medisch tucht college hem dan opleggen? Volgens mij niks meer en dus kan elke gepesioneerde arts met een gerust hart een boekje open over alles wat hij/zij in de praktijk heeft meegemaakt. Het heeft tocg geen consequenties meer.
In extreme gevallen kan dat via het strafrecht, artikel 272:

Artikel 272 1. Hij die enig geheim waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt of beroep verplicht is het te bewaren, opzettelijk schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie. 2. Indien dit misdrijf tegen een bepaald persoon gepleegd is, wordt het slechts vervolgd op diens klacht.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 15:13
door Ernie C.
Voor een arts of notaris is het inderdaad een strafbaar feit. Het zou het OM sieren als zij deze zaak zouden oppakken. Laat je het aan Leontien over om hem aan te klagen op grond van het beroepsgeheim dan zou dat gezien kunnen worden als een indirecte bekentenis.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 16:00
door 53x11
En dat is precies wat deze zaak zo smerig maakt: Van Moorsel zit namelijk in een klassieke catch 22: als ze een aanklacht indient tegen Janssen en ze wil dat via het medisch tuchtcollege doen, dan geeft ze daarmee inderdaad in de ogen van velen toe doping gebruikt te hebben. Dan kan ze vast ook een aanklacht wegens smaad proberen, maar hoe zinvol is dat als de beweringen van Janssen geen leugens zijn?
Nu weet ik dat je volgens sommigen hier al je (burger)rechten verspeelt als (ex-)dopinggebruiker, maar dit kun je moeilijk een eerlijke gang van zaken noemen.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 16:23
door user43974
Je kunt je ook afvragen waarom het OM zich in moet spannen als de 'slachtoffers' zelf geen enkele actie ondernemen, bijvoorbeeld door aangifte te doen. Ik vermoed dat het OM wel wat beters te doen heeft. Janssen is als dopingarts zo'n volstrekte outsider dat de hele kwestie vrijwel geen inbreuk maakt op het publieke belang - hier misschien vrij te vertalen als het vertrouwen in de reguliere gezondheidszorg. Het is dus een particuliere kwestie. Sporters kunnen niet vertrouwen op een arts die hen op eigen verzoek en zonder tegenspraak van doping voorziet. Dat lijkt me helemaal niet zo'n onwenselijke boodschap.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 16:43
door Ernie C.
Daar ben ik het niet mee eens. In 80% van de zaken heeft OM eigenlijk wel wat beters te doen. Het medisch beroepsgeheim is één van de peilers achter het idee dat zorg voor iedereen beschikbaar moet zijn. Zelfs al knabbel je maar een klein beetje van de rand dan zie ik dat als een aanval op mijn en jouw recht op privacy. Leontien kan mij verder geen reet interesseren.

Re: Het dopingtopic 2.0

Geplaatst: 25 sep 2017 18:47
door Hans-Je-Pence
Het OM heeft hier niet direct iets mee te maken. Dit valt in eerste instantie onder het medisch tuchtrecht of het IGZ (inspectie gezondheidszorg) Als het OM gaat procederen heeft hij bovendien veel meer (zwijg)rechten dan wanneer de andere partijen dit doen.
Het is verder ook niet echt van belang of de patient/het slachtoffer wel of niet sturende partij is. De vraag is of hier sprake is van laakbaar gedrag van een ex geneesheer. Hierbij is het feit dat hij inmiddels niet meer praktiserend is en wellicht deels onder Thais recht valt denk ik veel zwaarwegender. Oftewel te veel gedoe voor een stel oude en bekende koeien waar niemand meer echt wakker van ligt.

Voor mij blijft wel het feit DAT hij zijn patientrelatie ernstig geschonden heeft door uit de school te klappen verachtelijk! En zou op zijn minst in een of andere commissie (bij verstek) veroordeeld moeten worden.