Re: Vandaag gefietst in 2012
Geplaatst: 20 jul 2012 21:11
Naar het Plateau de Sèze en het Plateau de Manivert (Chaîne des Côtes):
Avant l'arrivée du Mistral (Voor de komst van de Mistral)
Omdat Météo France voor morgen en overmorgen weer Mistral op het menu heeft staan, 'moest' ik vandaag wel gaan fietsen. 't Wordt dit keer een forse Mistral, met gemiddelde windsnelheden van 45-50 km/u en uitschieters tot 70 à 75 km/u. Absoluut geen fietsweer dus, helaas. Wel 'stof happen' en binnen eten. Maar ja, ook dat hoort bij de Provence. Vanmorgen ben ik maar weer vroeg op pad gegaan, net als eergisteren. Net na half acht zette ik koers richting Robion, om daarna via de D2 naar Maubec en Ménerbes te rijden. In het oosten, boven de Monts de Vaucluse, hing weer een heteluchtballon. Ter hoogte van de Moulin à Huile d'Olives Mathieu, net voorbij de afslag naar Oppède, begint het echt te klimmen en schakel ik over naar het kleine blad. Rustig rijd ik door het mooie landschap richting Ménerbes en langs de zuidkant van dit dorpje kom ik op de D3 richting Bonnieux. Uit een van de onopvallende uitritten komt een vrouw in joggingpak. Ze blijft op de hoek staan. Even later komt er uit tegenovergestelde richting een bestelauto met op de aanhanger une voiture sans permis (zo'n 'namaakauto', waar je zonder rijbewijs in rond mag toeren). De vrouw gebaart naar de chauffeur dat hij de inrit moet nemen. Ik klim verder. Vlak voor de côte zie ik voor mij een man op een ATB omhoog 'stoempen'. Op de côte haal ik hem in. Aan zijn rood aangelopen, bezweette gelaat en z'n puffen, valt duidelijk op te maken dat het zwaar voor hem geweest is. Enfin, hij kan, net als ik, aan een stukje dalen beginnen. Ik ben snel in Bonnieux, klim door het stadje naar de volgende côte en daal daarna richting Lourmarin. Ik zie bij het binnenrijden van Lourmarin wel heel erg veel auto's overal geparkeerd staan. Het blijkt marktdag te zijn. Het lukt mij snel door het stadje te komen, waarna de tocht verder gaat over de drukke weg naar Cadenet. Ik word om het centrum geleid en kom zo op de saaie en eveneens drukke weg naar de brug over de Durance. Na de brug ga ik rechtsaf richting Silvacane. Als ik even van de fiets moet voor een 'sanitaire stop', maak ik de eerste foto van deze dag.
Het Canal de Mallemort, Cadenet en de Luberon:
Het is vandaag heiig en er trekken af en toe velden hoge bewolking over. Geen weer voor bijzondere foto's. Al snel kom ik bij de afslag naar La Roque-d'Anthéron. Op m'n gevoel rijd ik rechtstreeks naar de D65a. Dit weggetje zal mij naar mijn hoofddoel voor vandaag brengen: het Plateau de Sèze. Dit plateau en het Plateau de Manivert, maken onderdeel uit van de Chaîne des Côtes. Een aantal jaren geleden wilde ik ook al eens dat plateau op rijden, toen vanuit het zuiden. Doch omdat ik in Lambesc toen op de rondweg terecht kwam, liep dat mis en kwam ik in Rognes uit. Nu gaat het dus goed. Meteen aan het begin van de D65a word ik al gewaarschuwd, dat het wel eens heel lastig zou kunnen worden. Er staan ook borden die aangeven dat het na 4 km verboden is voor auto's met caravan en er gelden lengte- en gewichtslimieten voor vrachtauto's.
Dit zou wel eens héél lastig kunnen worden...:
Het weggetje begint meteen aardig te stijgen, doch even zo snel gaat het weer een stukje naar beneden. Het is een bijzonder fraaie route. Je rijdt door een bosachtige omgeving, met links en rechts villa's in de bossen. Na de laatste huizen begint het wat meer te stijgen. Echt moeilijk is deze wat onregelmatige klim echter (nog) niet. Met het oog op wat mogelijk nog komen gaat, doe ik het rustig aan en schakel telkens tussen 'de 23', 'de 26' en 'de 29'. Bij een wat meer open deel, zie ik een beboste heuvel met een soort zuil. Daar zal ik dus heen moeten. Op mijn tellertje zie ik dat het serieuze werk nu toch langzamerhand moet gaan beginnen. Als de weg scherp naar rechts draait, komen mij twee racefietsers tegemoet: de voorste roept bonjour, terwijl de tweede mij bonne chance (veel succes!) toeroept. Dat blijkt achteraf geen verkeerde aanmoediging te zijn geweest. De weg loopt steil op, ik passeer opnieuw het bord met de diverse verboden en het bord met de 21% staat er ook weer. Ik weet absoluut niet hoe lang het zo steil zal blijven. Het is er wel prachtig. Het landschap opent zich en ik zie dat de weg zich in bochten omhoog slingert. Jeetje, dit is steil, zeker voor iemand die dit jaar nog niet zo veel kilometers in de benen heeft. Maar ik laat mij niet afschrikken en ga op de pedalen staan. Da lijkt te gaan, doch al snel begint het achterwiel te slippen. Verdorie, ik zal dus moeten gaan zitten. Trekkend aan het stuur en de Ergopowers, 'hijs' ik mij omhoog. Rechts en een flink stuk hoger, zie ik een andere fietser moeizaam klimmen. Ik ben er dus nog lang niet! En het blijft gemeen, heel gemeen steil! Doch ik houd stand. Tot overmaat van ramp komt mij ook nog een auto achterop. En ik ben niet erg stabiel. Gelukkig gaat ook dat goed. Ik snak naar adem en moet alle zeilen bij zetten om te kunnen blijven fietsen! Na een aantal bochten zie ik dat het wat vlakker gaat worden en ik dus even op adem zal kunnen komen. 'Surprise', ik ben er! Op het hoogste punt in de D65a (430 m) is een afslag waar je verder het plateau op kunt (doodlopende weg). Ik zag die andere fietser dus op die weg rijden. Zelf neem ik die weg ook, want ik wil zo hoog mogelijk zien te komen. Het begin is nog even vrij steil, doch dan slingert het weggetje, 'op en af gaand', zich over het plateau en eindigt bij een grote parkeerplaats op het Plateau de Manivert (476 m). Er ligt daar een kapelletje in de bosjes verscholen en achter een 'afzetting' met een dikke staalkabel kom je bij een groot monument ter nagedachtenis aan 272 in de Tweede Wereldoorlog gevallen slachtoffers. Dat stukje lopen is voor mij met Look-plaatjes onder schoenen nog net te doen.
Op het Plateau de Manivert (476 m) staat een reusachtig Monument voor de Gevallenen:
Ik maak van dit 'moment van bezinning' gebruik om op een steen in de schaduw mijn meegebrachte etenswaar te nuttigen en door de beelden op het monument geïnspireerd, een beetje te mijmeren over de triestheden waar dit bouwsel zijn bestaan aan te danken heeft.
Voordat ik weer op de D65a terugkeer, schiet ik nog even wat foto's van het '21-procentsweggetje'. Maar ja, op zo'n plaatje zie je nooit hoe gemeen steil het daar nu eigenlijk is. Bovendien trekt de hemel (tijdelijk) een beetje dicht, waardoor er weinig contrast in de foto's zit.
De 65a (21% stijging) over de Chaîne des Côtes lijkt uit de 'diepte'omhoog te komen:
Even ingezoomd op een deel van de D65a:
De D65a kruipt naar het hoogste punt en de afslag naar het oorlogsmonument:
De afdaling naar Lambesc is korter dan de klim die ik achter de rug heb en is ook alleen bovenin flink steil (18% volgens de Michelin-kaart). Ik ben dan ook snel in Lambesc, doch verlaat het stadje ook weer meteen, om over de mooie D65 naar Charleval te koersen. In die D65 zit nog een lastige helling. Het is wel een landschappelijk erg aantrekkelijk traject, want je fietst door een open landschap met mooie kalksteenformaties. Het lijkt wel wat op de Alpilles. Niet zo gek natuurlijk, want de Chaîne des Côtes is waarschijnlijk gewoon een 'voortzetting' van dat gebergte. Ik merk tijdens de afdaling naar Charleval dat de klim vanuit die richting waarschijnlijk nog lastiger zal zijn. Na Charleval verloopt mijn rit op exact dezelfde wijze als een van de vorige ritten deze maand: binnendoor naar Mallemort, de Durance over, via de fietsstroken van de drukke en gevaarlijke (!) D973 naar Cheval Blanc en verder binnendoor via Les Taillades en Robion retour naar Maubec. Daar kan ik, terugkijkend op een vermoeiende, doch fraaie rit de laatste foto voor dit verslagje maken:
Edit: Na wat (lastig ) speurwerk heb ik de tekst voor wat betreft de naamgeving van het gebergte (Chaîne des Côtes) en de daarop gelegen plateau's gecorrigeerd.
Avant l'arrivée du Mistral (Voor de komst van de Mistral)
Omdat Météo France voor morgen en overmorgen weer Mistral op het menu heeft staan, 'moest' ik vandaag wel gaan fietsen. 't Wordt dit keer een forse Mistral, met gemiddelde windsnelheden van 45-50 km/u en uitschieters tot 70 à 75 km/u. Absoluut geen fietsweer dus, helaas. Wel 'stof happen' en binnen eten. Maar ja, ook dat hoort bij de Provence. Vanmorgen ben ik maar weer vroeg op pad gegaan, net als eergisteren. Net na half acht zette ik koers richting Robion, om daarna via de D2 naar Maubec en Ménerbes te rijden. In het oosten, boven de Monts de Vaucluse, hing weer een heteluchtballon. Ter hoogte van de Moulin à Huile d'Olives Mathieu, net voorbij de afslag naar Oppède, begint het echt te klimmen en schakel ik over naar het kleine blad. Rustig rijd ik door het mooie landschap richting Ménerbes en langs de zuidkant van dit dorpje kom ik op de D3 richting Bonnieux. Uit een van de onopvallende uitritten komt een vrouw in joggingpak. Ze blijft op de hoek staan. Even later komt er uit tegenovergestelde richting een bestelauto met op de aanhanger une voiture sans permis (zo'n 'namaakauto', waar je zonder rijbewijs in rond mag toeren). De vrouw gebaart naar de chauffeur dat hij de inrit moet nemen. Ik klim verder. Vlak voor de côte zie ik voor mij een man op een ATB omhoog 'stoempen'. Op de côte haal ik hem in. Aan zijn rood aangelopen, bezweette gelaat en z'n puffen, valt duidelijk op te maken dat het zwaar voor hem geweest is. Enfin, hij kan, net als ik, aan een stukje dalen beginnen. Ik ben snel in Bonnieux, klim door het stadje naar de volgende côte en daal daarna richting Lourmarin. Ik zie bij het binnenrijden van Lourmarin wel heel erg veel auto's overal geparkeerd staan. Het blijkt marktdag te zijn. Het lukt mij snel door het stadje te komen, waarna de tocht verder gaat over de drukke weg naar Cadenet. Ik word om het centrum geleid en kom zo op de saaie en eveneens drukke weg naar de brug over de Durance. Na de brug ga ik rechtsaf richting Silvacane. Als ik even van de fiets moet voor een 'sanitaire stop', maak ik de eerste foto van deze dag.
Het Canal de Mallemort, Cadenet en de Luberon:
Het is vandaag heiig en er trekken af en toe velden hoge bewolking over. Geen weer voor bijzondere foto's. Al snel kom ik bij de afslag naar La Roque-d'Anthéron. Op m'n gevoel rijd ik rechtstreeks naar de D65a. Dit weggetje zal mij naar mijn hoofddoel voor vandaag brengen: het Plateau de Sèze. Dit plateau en het Plateau de Manivert, maken onderdeel uit van de Chaîne des Côtes. Een aantal jaren geleden wilde ik ook al eens dat plateau op rijden, toen vanuit het zuiden. Doch omdat ik in Lambesc toen op de rondweg terecht kwam, liep dat mis en kwam ik in Rognes uit. Nu gaat het dus goed. Meteen aan het begin van de D65a word ik al gewaarschuwd, dat het wel eens heel lastig zou kunnen worden. Er staan ook borden die aangeven dat het na 4 km verboden is voor auto's met caravan en er gelden lengte- en gewichtslimieten voor vrachtauto's.
Dit zou wel eens héél lastig kunnen worden...:
Het weggetje begint meteen aardig te stijgen, doch even zo snel gaat het weer een stukje naar beneden. Het is een bijzonder fraaie route. Je rijdt door een bosachtige omgeving, met links en rechts villa's in de bossen. Na de laatste huizen begint het wat meer te stijgen. Echt moeilijk is deze wat onregelmatige klim echter (nog) niet. Met het oog op wat mogelijk nog komen gaat, doe ik het rustig aan en schakel telkens tussen 'de 23', 'de 26' en 'de 29'. Bij een wat meer open deel, zie ik een beboste heuvel met een soort zuil. Daar zal ik dus heen moeten. Op mijn tellertje zie ik dat het serieuze werk nu toch langzamerhand moet gaan beginnen. Als de weg scherp naar rechts draait, komen mij twee racefietsers tegemoet: de voorste roept bonjour, terwijl de tweede mij bonne chance (veel succes!) toeroept. Dat blijkt achteraf geen verkeerde aanmoediging te zijn geweest. De weg loopt steil op, ik passeer opnieuw het bord met de diverse verboden en het bord met de 21% staat er ook weer. Ik weet absoluut niet hoe lang het zo steil zal blijven. Het is er wel prachtig. Het landschap opent zich en ik zie dat de weg zich in bochten omhoog slingert. Jeetje, dit is steil, zeker voor iemand die dit jaar nog niet zo veel kilometers in de benen heeft. Maar ik laat mij niet afschrikken en ga op de pedalen staan. Da lijkt te gaan, doch al snel begint het achterwiel te slippen. Verdorie, ik zal dus moeten gaan zitten. Trekkend aan het stuur en de Ergopowers, 'hijs' ik mij omhoog. Rechts en een flink stuk hoger, zie ik een andere fietser moeizaam klimmen. Ik ben er dus nog lang niet! En het blijft gemeen, heel gemeen steil! Doch ik houd stand. Tot overmaat van ramp komt mij ook nog een auto achterop. En ik ben niet erg stabiel. Gelukkig gaat ook dat goed. Ik snak naar adem en moet alle zeilen bij zetten om te kunnen blijven fietsen! Na een aantal bochten zie ik dat het wat vlakker gaat worden en ik dus even op adem zal kunnen komen. 'Surprise', ik ben er! Op het hoogste punt in de D65a (430 m) is een afslag waar je verder het plateau op kunt (doodlopende weg). Ik zag die andere fietser dus op die weg rijden. Zelf neem ik die weg ook, want ik wil zo hoog mogelijk zien te komen. Het begin is nog even vrij steil, doch dan slingert het weggetje, 'op en af gaand', zich over het plateau en eindigt bij een grote parkeerplaats op het Plateau de Manivert (476 m). Er ligt daar een kapelletje in de bosjes verscholen en achter een 'afzetting' met een dikke staalkabel kom je bij een groot monument ter nagedachtenis aan 272 in de Tweede Wereldoorlog gevallen slachtoffers. Dat stukje lopen is voor mij met Look-plaatjes onder schoenen nog net te doen.
Op het Plateau de Manivert (476 m) staat een reusachtig Monument voor de Gevallenen:
Ik maak van dit 'moment van bezinning' gebruik om op een steen in de schaduw mijn meegebrachte etenswaar te nuttigen en door de beelden op het monument geïnspireerd, een beetje te mijmeren over de triestheden waar dit bouwsel zijn bestaan aan te danken heeft.
Voordat ik weer op de D65a terugkeer, schiet ik nog even wat foto's van het '21-procentsweggetje'. Maar ja, op zo'n plaatje zie je nooit hoe gemeen steil het daar nu eigenlijk is. Bovendien trekt de hemel (tijdelijk) een beetje dicht, waardoor er weinig contrast in de foto's zit.
De 65a (21% stijging) over de Chaîne des Côtes lijkt uit de 'diepte'omhoog te komen:
Even ingezoomd op een deel van de D65a:
De D65a kruipt naar het hoogste punt en de afslag naar het oorlogsmonument:
De afdaling naar Lambesc is korter dan de klim die ik achter de rug heb en is ook alleen bovenin flink steil (18% volgens de Michelin-kaart). Ik ben dan ook snel in Lambesc, doch verlaat het stadje ook weer meteen, om over de mooie D65 naar Charleval te koersen. In die D65 zit nog een lastige helling. Het is wel een landschappelijk erg aantrekkelijk traject, want je fietst door een open landschap met mooie kalksteenformaties. Het lijkt wel wat op de Alpilles. Niet zo gek natuurlijk, want de Chaîne des Côtes is waarschijnlijk gewoon een 'voortzetting' van dat gebergte. Ik merk tijdens de afdaling naar Charleval dat de klim vanuit die richting waarschijnlijk nog lastiger zal zijn. Na Charleval verloopt mijn rit op exact dezelfde wijze als een van de vorige ritten deze maand: binnendoor naar Mallemort, de Durance over, via de fietsstroken van de drukke en gevaarlijke (!) D973 naar Cheval Blanc en verder binnendoor via Les Taillades en Robion retour naar Maubec. Daar kan ik, terugkijkend op een vermoeiende, doch fraaie rit de laatste foto voor dit verslagje maken:
Edit: Na wat (lastig ) speurwerk heb ik de tekst voor wat betreft de naamgeving van het gebergte (Chaîne des Côtes) en de daarop gelegen plateau's gecorrigeerd.