Een stukje Route des Crêtes:
Gistermorgen ben ik al om zes uur opgestaan, omdat ik een beetje bijtijds op de fiets wilde stappen. Toen ik de radio aanzette, hoorde ik dat Marcel Kittel zijn doelstellingen voor de zojuist afgelopen
Tour de France gerealiseerd had: de eerste gele trui in deze Tour 'pakken' en de laatste rit winnen. Even later vertelde Élodie Callac van
Météo France ons dat
...aujourd'hui sera la journée la plus chaude de la semaine... (vandaag wordt de warmste dag van de week). Een reden temeer om niet al te laat te vertrekken. Maar ik ben een 'trage starter', dus snel 'aan de slag'. Eerst maar even aan het 'ontbijt' beginnen: een bak muesli, dan een bak pasta (fusilli bolognaise), twee rijsttoetjes en een nectarine, plus twee glazen thee. M'n vrouw vraagt dan vaak, als ze ziet hoe ik dat op de vroege ochtend allemaal probeer weg te werken: 'stampertje?' Enfin, na alle andere voorbereidingen lukt het mij dan toch om om tien voor acht weg te rijden. De rit gaat van Masevaux richting Sentheim. Eerst over een licht aflopende weg, in de schaduw van de heuvels bij Masevaux, naar Lauw. Vlak voor Lauw draait de weg naar links en rijd ik in de zon. Bij het verlaten van Lauw neem ik de fietsroute
Les Berges de la Doller, waardoor ik veilig achter een vangrail rijd en wat later zelfs een heel stuk van de doorgaande weg verwijderd ben. Zo 'tuf' ik ook achter het centrum van Sentheim langs en kom pas weer op de drukke hoofdweg bij het verlaten van dit dorpje. Net even voorbij Sentheim ga ik linksaf de D35 op, richting Burbach-le-Bas. Deze weg is gelukkig minder druk. Bij het binnenrijden van Burbach loopt een man zijn hond uit te laten. We groeten elkaar ongeveer gelijktijdig.
(Noot: in Frankrijk, zeker op het 'platte land' en in de dorpjes, is het gelukkig nog de gewoonte dat men elkaar groet...).
Bij het binnenrijden van Burbach ga je rechtsaf als je de D35 wilt blijven volgen. Ik schakel ook meteen naar het binnenblad, want er volgt een
côte. In een landelijke omgeving van weilanden en bosschages klim ik rustig naar 473 m. Het is nu al warm. Ik heb een mooi zicht op de zuidelijke uitlopers van de Vogezen. Na de afdaling, zie ik in een weiland met een handvol koeien ook vier ooievaars fourageren (het is hier de streek van de ooievaars). De haag op de achtergrond vormt een prima decor voor een mooie plaat. Ik stop, pak de camera en net als ik wil gaan fotograferen, vliegt één van de ooievaars op. De rest volgt dan uiteraard. Ze strijken in een weiland een stukje verderop weer neer. Met de camera in de hand fiets ik er heen. Het lukt mij om drie van hen in beeld te krijgen (compleet met elektriciteitsleiding
). De bedoelde plaat met de koeien er bij was waarschijnlijk leuker geweest... In de verte doemen in de heiige lucht de contouren op van wat hier
la Forêt Noire (het Zwarte Woud, aan de overzijde van de Rijn) genoemd wordt.
Fouragerende ooievaars bij Leimbach:
De rit gaat verder naar Vieux-Thann, waar ik een bordje zie met de tekst
Cernay par canal. Aangezien ik naar Cernay wil, lijkt mij dat een prima route om de verkeersdrukte te vermijden. Over een uitstekend en rustig fietspad gaand, kom ik in Cernay achter de camping uit. Op die camping is, zo te zien, nog 'plek zat'. Ik verlaat de fietsroute en 'worstel' mij door een stukje van het centrum van Cernay (inclusief
déviation), om uiteindelijk op de D5 richting Uffholz uit te komen. Daar, in Uffholz, begint de bekende
Route des Crêtes en voor mij beginnen daar de 21 km naar
Le Grand Ballon. Gelukkig kom ik al snel in de schaduw van het bos te rijden, want het is benauwd warm en steil is het ook (of komt dat door de warmte?). Na een poosje klimmen stuift mij een gesoigneerde renner voorbij. Hij heeft nog wel tijd om te groeten, maar staand op de pedalen 'vliegt' hij op z'n 'wedstrijdpignon' als een raket omhoog. Op een manier waarop je Thomas Voeckler ook wel eens ziet demarreren... Ik ga maar rustig in mijn 'seniorentempo' verder, daar heb ik mijn handen al aan vol. Als er 'eindelijk' een wat vlakkere bocht volgt, kan ik gelukkig wat drinken. Een stukje verder volgt er zowaar nog een kleine afdaling. Je passeert op dit deel van de klim de
Col de Herrenfluh (855 m) en de
Col du Silberloch (906 m). De eerstgenoemde is niet herkenbaar, nog aan de weg, nog aan een bord. De tweede is volgens mij ook niet gemarkeerd, maar moet volgens de kaart liggen bij het oorlogsmonument en de erebegraafplaats van
Le Vieil Armand (Hartmannswillerkopf). Op een groot bord langs de weg lees ik dat hier in de eerste wereldoorlog 30.000 soldaten gesneuveld zijn. Een eind van de weg zie je tussen de bomen door het grote witte kruis op
Le Vieil Armand. Mijn gedachten dwalen even af naar de zinloze ellende van deze trieste offers...
Nog een stukje vals plat en ik verlaat het bos. Nu volgt er een mooi open landschap, waar je een goed zicht op de omgeving hebt. Het gaat richting
Col Amic (825 m) even flink naar beneden.
De zuidelijke Vogezen tussen Le Vieil Armand en de Col Amic met de Grand Ballon duidelijk herkenbaar (foto van 17 juli jl.)
:
Vanaf de
Col Amic klim ik weer een stuk door het bos. Dit is voor mij inmiddels bekend terrein, want een dag of wat geleden kwam in vanuit Willer-sur-Thur uit op genoemde col. Zo'n drie kilometer voor de top, bij de
Ferme-auberge du Grand Ballon, verlaat ik het bos weer en kom ik in een open landschap met mooie, maar wel heiige vergezichten. Net als de vorige keer, waait er hier nu een fris briesje, waardoor de laatste kilometers (8,8%, 7,3% en 8%) toch relatief 'makkelijk' verlopen. Ik stop niet op de col, maar zet meteen de vrij steile afdaling richting
Le Markstein in. Na 1,5 km vlakt de afdaling sterk af en de rest van de rit over de
Route des Crêtes verloopt min of meer 'vlak'. Je krijgt steeds meer van de omgeving te zien en vlak voor
Le Markstein schiet ik even een plaatje van de heuvels en vallei met dorpjes in het zuidwesten.
De zuidelijke Vogezen, gezien vanaf de Route des Crêtes bij Le Markstein:
Op
Le Markstein (een wintersportgebied) zoek ik een plekje in de schaduw om de verbruikte energie weer aan te vullen met een banaan, een appel, twee fruitrepen, wat gelletjes en een aantal ferme slokken sportdrank. Ondertussen neem ik de omgeving een beetje in mij op.
Op Le Markstein:
Na deze korte pauze keer ik om en rijd ik rustig terug richting
Le Grand Ballon. Bij
Le Haag, vanwaar een voetpad naar de 'kegel' voert, begint ook de klim naar de col. 't Is te doen, deze korte klim. Op de col stop ik nu wel even, om nog een beetje te eten en te drinken en daarna suis ik naar beneden en pak ik op de
Col Amic de weg naar Willer-sur-Thur. Daarna fiets ik over fietsroute VV33 helemaal door tot in Thann. Vanaf Bitschwiller-lès-Thann loopt het fietspad een stuk parallel aan het riviertje. Leuke omgeving om te fietsen. In Thann, waar een digitale thermometer 34 graden aanwijst, verlaat ik de fietsroute, manoeuvreer ik mijzelf door een stukje centrum, steek de N66 over en klim ik door Leimbach richting Roderen. Daar begint dan weer het klimmetje over dezelfde
côte waar ik op de heenweg ook over ben gekomen. 't Is er nu, veel in de zon rijdend, 'bloedheet' en ik ben dan ook blij dat ik de top snel achter mij kan laten. In Sentheim zoek ik de fietsroute VV23 weer op en probeer nog een beetje tempo te maken, want ik heb het nu wel zo ongeveer gehad met die hitte! Boven het reliëf heb ik de hele tijd al flink opbollende
cumuli gezien, maar richting Masevaux was er geen wolk te bekennen. Daarom verbaast het mij dat ik, vlak voor ik bij de camping arriveer, natte plekken op de weg zie en ook het prima geasfalteerde pad op de camping is hier en daar nat. 'Heeft het hier geregend?', vraag ik aan mijn vrouw? Inderdaad, het heeft ongeveer een kwartiertje geregend. Heb ik geluk gehad, geen druppel gezien! De teller is intussen gestopt bij 103 km..
Mijn overbuurman, die van de
tricycle, is vandaag op z'n ligfiets heen-en-weer naar huis geweest om de post te halen, voor een medische controle en om zijn voorraad medicijnen aan te vullen. De 'oude baas' heeft hier ook 100 km voor 'moeten' fietsen, maar hij doet het nog graag.