Fietsen in de Haut-Vaucluse en de Drôme Provençale
Na een qua weer erg wisselvallige week plus een verplaatsing, was het
gisteren de hoogste tijd de fiets weer eens te pakken! Er waren, achteraf gezien, de
vorige week wel een paar (mid)dagen dat je hier wel had kunnen fietsen zonder door een bui overvallen te worden, doch ik heb de gok maar niet gewaagd en
wat extra rust genomen
. Er zijn trouwens een paar heel stevige (on)weersbuien gevallen in de westhoek van de Vaucluse (en waarschijnlijk ook elders). Maar
het was ook hard nodig dat er wat 'nattigheid' kwam.
Gisteren was de Provençaalse zon echter weer helemaal terug. Toch kun je ook hier goed merken dat
het al begin oktober is, want toen ik 's morgens ruim voor half elf vertrok, was het nog enigszins aan de frisse kant. Als je wat later op de fiets stapt, kun je wel
meteen in een 'kort-kort' outfit op pad, dat gelukkig wel. Vanuit onze nieuwe standplaats Aubignan (met vanaf onze kampeerplek direct zicht op de Ventoux!),
ben ik via het bij Beaumes-de-Venise behorende buurtschap
St. Véran naar eerstgenoemd dorpje gereden. Daar begint dan meteen de klim (34x23), via
Lafare, naar Suzette en de gelijknamige col (392 m).
De Dentelles de Montmirail, gezien vanaf de Col de Suzette:
Na Suzette klim je over een paar honderd meter nog wat verder, waarna er een stukje afdaling volgt. Doch daarna is het weer stevig klimmen (34x23 en 34x26)
geblazen en na een kort 'dipje' kom je dan op de Col de la Chaîne (472 m), waar je ook weer een prachtig zicht hebt op de
Dentelles en op Suzette. Als je
naar het oosten kijkt, zie je Malaucène goed liggenh en kijk je zo de Drôme Provençale in. Het is hier altijd genieten geblazen!
Op de Col de la Chaîne (Dentelles de Montmirail):
Na de Col de la Chaîne daal je over een pirma wegdek richting Malaucène. Kort voor dit stadje moet je nog even weer naar het binnenblad terug om over een
côte te komen. Bij Malaucène aangekomen ben ik meteen linksaf gegaan, richting Vaison-la-Romaine en na een kleine 3 km rechtsaf richting Entrechaux.
Eerst weer even over een
côte en daarna zie je de ruïne bij Entrechaux al heel fraai voor je.
Op de rotonde (aan de westzijde)
bij Entrechaux:
Na Entrechaux begint het makkelijke klimmetje naar de Pas du Voltigeur (328 m) en daarna volgt de afdaling die je de Vaucluse doet verlaten en je in de Drôme
brengt. Dit zuidelijke deel van het departement La Drôme is ook bekend als de Drôme Provençale.
Op de Pas du Voltigeur:
Nog even een klein stukje klimmen naar de afslag richting Col de Veaux en de
Vallée du Toulorenc en je suist naar beneden richting Mollans-sur-Ouvèze.
Vlak voor dit dorpje gaat het dan naar links, verder naar beneden, tot je op de weg Nyons - Buis-les-Baronnies komt. Daar ben ik richting Nyons gegaan, doch al
vrijwel meteen weer rechtsaf de 'binnenlanden' van de Drôme Provençale in gedoken, richting Mérindol-les-Oliviers. Over dit smalle weggetje moet je eerst een
stukje klimmen, waarna je via een paar leuke bochten weer naar beneden duikt. Na een bruggetje ga je dan rechtsaf en over nog zo'n bruggetje richting Propiac
verder het binnenland in. Je rijdt op een gegeven moment door een brede kloof een 'stiltegebied' binnen. Ik heb alleen een in de schaduw geparkeerde gele
auto van
la Poste gezien, waarin de postbode uit zo'n plastic bakje à la MacDonalds van zijn
dejeuner genoot. Je moet een stuk stevig vals plat
overwinnen, waarna het weer in licht dalende lijn richting Propiac gaat. Eigenlijk heet dit mini-dorpje Propiac-les-Bains en het zal vroeger miscchien een
kuuroord van enige betekenig geweest zijn, getuige het ook halverwege de col gelegen
Hotel les Bains. Ik ben even door het dorpje gereden en heb niet
één levend wezen kunnen ontdekken. Er wonen daar wel mensen, alleen ik zie ze daar zelden of nooit. Maar goed, de klim (34x23) naar de col (526 m) is altijd
leuk om te doen. Het is een bochtig parcours met mooie doorkijkjes op Propiac en het achterland.
Op de Col de Propiac:
Na een stukje dalen heb je een veel beter zicht op de fraaie omgeving, dan vanaf de col. Je kijkt in één der bochten mooi richting Faucon en een beetje meer
naar het zuiden zag je ook de Mont Ventoux goed afsteken tegen de wolkenloze hemel.
De Drôme Provençale bij de Col de Propiac, kijkend in de richting van Faucon:
Als je aan het begin van de afdaling naar rechts omhoog kijkt, zie je heel hoog Mérindol-
le Vieux Village liggen.
Mérindol-les-Oliviers (le Vieux Village):
Ik ben niet richting Mérindol of Faucon gegaan, maar rechtdoor richting Puymeras gereden. Na Puymeras volgt via St. Romain-en-Viennois een mooie afdaling
naar Vaison-la-Romaine. Deze afdaling gaat over een vrij nieuw en dus prima wegdek, zonder hobbels en opgelapte stukken. Ik moest wel even door Vaison ten
noorden van het centrum, maar als je daar goed de weg weet, hoef je alleen maar op het verkeer en het wegdek te letten en is het wel te doen. Na Vaison
kwam ik op de vrij drukke weg richting Roaix. Een deel van deze weg heeft gelukkig een fietsstrook. Bij Roaix ben ik via de brug over de Ouvèze richting Sablet
gegaan. De mooiste route is die via Séguret, maar je kunt ook via de weg Vaison - Orange. Het 'voordeel' van deze route, die ik vandaag genomen heb, is dat
je dan op enige afstand van de
Dentelles rijdt en zo een veel breder zicht op die bergjes en op Séguret en Sablet hebt. In de bocht van deze D977, waar
tegenwoordig ook een rotonde ligt, ben ik wel naar Sablet gereden. Je kunt dan verder mooi binnendoor naar Gigondas en Vacqueyras.
De middagtemperatuur in Sablet:
Van Vacqueyras ben ik weer naar Beaumes-de-Venise gegaan en om de 100 km vol te kunnen maken, heb ik de mooie route over de D21 naar Caromb
gepakt. Daarna was het nog slechts zo'n 8 km over een meestal dalende weg weer terug naar Aubignan, waar ik nog even een kort lusje door het dorpje heb
gemaakt. Het was gisteren perfect fietsweer en leuk om na twee jaar weer eens door deze voor mij vertrouwde omgeving te kunnen fietsen.
Tòch weer: