Een tocht over 7 colletjes in het gebied waar de Savoie en de Haute-Savoie aan elkaar grenzen.
Gisteren heb ik een schitterende fietstocht gemaakt over 7 colletjes in de wijde omgeving van Albertville. Vanuit Albertville ben ik eerst via de fietsroute naar Ugine gereden en daarna verder richting Annecy. Maar al bij Marlens heb ik de fietsroute verlaten, om aan de klim naar de eerste col van de dag, de
Col de l'Épine (1012 m) te beginnen. Tijdens deze 7 km lange klim kijk je in het eerste deel van het traject regelmatig het dal tussen Ugine en Faverges in met prachtige vergezichten!
Op de Col de l'Épine:
Na het maken van bovenstaande foto, zag ik to mijn grote 'schrik' dat de batterij van m'n camera leeg begon te raken. 'Foutje'! Niet te veel foto's maken dus. Vanaf de col verloopt de afdaling via Le Bouchet naar Serraval door het bijzonder fraaie landschap van de Haute-Savoie. Na Serraval komt dan de makkelijke en korte (3 km) klim naar de verder niet erg interessante
Col du Marais (843 m). Terwijl ik de foto van het 'collenbord' maakte, kon ik meteen de conversatie tussen een aantal Franse mede-fietsers volgen, die hun route voor die dag met elkaar uitwisselden.
Op de Col du Marais:
Nu nog even een stuk flink dalen, alvorens ik net voor het binnenrijden van Thônes kan beginnen aan de langste klim van mijn tocht, die naar de
Col de la Croix Fry. Tot aan Manigod verloopt het klimmen vlot en soepel, maar na Manigod volgen er een paar erg lastige kilometers. Bovendien rijd ik het grootste deel van de klim vol in de zon en begon het al aardig warm te worden. Uiteindelijk zou het hier in de Savoie 's middags zo'n 32 graden worden! Het uitzicht op de keten van de
Aravis en de
Vallée de Manigod is echter schitterend. Na dat lastige stuk, vlakt de klim weer iets af en ben ik zonder al te veel problemen naar de col gefietst. Na ongeveer 10 km klimmen kom je dan op zo'n typische 'wintersportplek-in-de-zomer' locatie. Daar waar de omgeving prachtig is, ziet het er op de col rommelig en weinig inspirerend uit. Ik ben dan ook meteen doorgefietst naar de
Col de Merdassier (1500 m), ook al omdat ik daar nog nooit geweest was. Na de
Col de la Croix Fry (1477 m) loopt de weg eerst licht omhoog, vervolgens daal je weer een beetje en uiteindelijk moet ik nog een aantal honderden meters weer wat klimmen naar de col. Al met al een dikke 2,5 km vanaf de vorige col. De
Col de Merdassier lig bij de kleinschalige wintersportlocatie l'Étale. Ook hier doet de directe omgeving wat rommelig aan (zie foto). Maar als ik mij om draai en kijk in de richting waar ik vandaan gekomen ben, ziet het er allemaal opeens heel anders uit. Toch maar even een foto van gemaakt.
Op de Col de Merdassier:
Landschap in de Haute-Savoie, gezien vanaf de Col de Merdassier:
Na het nemen van de foto's eet ik wat, alvorens ik weer terug rijd naar de
Col de la Croix Fry.
Op de Col de la Croix Fry:
Daarna gaat het in volle vaart naar beneden, richting La Clusaz. Bij Les Étages sluit ik aan op de klim naar de
Col des Aravis. Het aardige van dit 4,5 km lange klimmetje vind ik, dat je precies ziet waar je heen rijdt. Vooral door het drukke vakantieverkeer, kun je de nog te rijden route naar de col goed volgen. Eenmaal op de
Col des Aravis (1487 m) aangekomen, kost het mij moeite om in het 'toeristencircus' een plekje te vinden voor de 'foto van de fiets met het collenbord'. Dit is meteen de laatste foto die ik deze dag kan maken, want: batterij leeg! Jammer, jammer, want ik had ook nog graag de Mont Blanc op de plaat vastgelegd. Na de regen- en onweersbuien van afgelopen zondag, was de berg met een verse laag sneeuw bedekt en lag daar werkelijk prachtig te schitteren in de volle zon tegen een strak blauwe achtergond. Een adembenemend gezicht!
Een plekje gevonden op de Col des Aravis:
Voordat ik aan de afdaling begin, zie ik nog hoe een Frans jeugdrennertje zich staat te vergapen aan mijn titanium racer. De komende 22 km behoef ik weinig te klimmen. Vlak voor het binnenrijden van Flumet vergaap ik mij nog even aan het fraaie uitzicht op het op een helling gelegen St. Nicolas-la Chapelle. Daar had ik ook graag nog even een foto van willen maken. Maar ja, batterij leeg hè! In de
Gorges de l'Arly is het gelukkig niet al te druk, zodat ik ook nog wat kan genieten van de afdaling door deze mooie kloof.
Eenmaal in Ugine aangekomen, moeten de laatste fruitreep en de laatste twee gelletjes er aan geloven, voordat ik aan 6 km klimmen naar de
Col de la Forclaz (870 m) begin. In het begin is het landschap open en zie je Ugine en omgeving mooi liggen, maar wat hogerop loopt de klim gelukkig grotendeels door het bos. Dat is met deze hitte wel aangenaam, ook al omdat ik de vele (klim)kilometers nu toch wel een beetje begin te voelen. Op een smal gedeelte, in de schaduw van het bos, moeten twee Italiaanse campers mij zonodig nog even inhalen, doch het gaat gelukkig goed!
'Archieffoto' (d.d. 10 augustus jl.) van de Col de la Forclaz:
De 5 km dalen naar Queige heb ik zo achter de rug en op de Camping Municipal van Queige, langs de D925, vul ik één van mijn inmiddels lege bidons nog even met vers water. Daarna rijd ik door tot aan de afslag naar Césarches en begin ik aan de laatste klim van de dag, die naar het onbekende en afgelegen colletje
Col de Montessuit (640 m). Dit colletje ligt zo ongeveer tussen het gehuchtje Aréchette en Césarches. Het is gelukkig een vrij korte (ik denk 2 à 3 km) en niet al te steile klim. Ik heb er uiteraard geen foto van kunnen maken en een 'archieffoto' van dit colletje heb ik (nog) niet. Na het colletje daal ik via Césarches naar Albertville en ben ik na 107 km en 7 'colletjes' weer terug op mijn startpunt. Veel geklommen, dus ook veel genoten
gisteren!