Een kort klimrondje
Voor
gisteren had ik maar eens een wat kortere rit van zo'n 70 km in het achterland van de Provence uitgezet, met als hoofddoel twee 'colletjes'. Vanuit Apt, mijn huidige standplaats, ben ik gestart op de D22, richting Rustrel. Over vals plat rijd ik de stad uit over een wegdek wat, vooral langs de rand van de weg, steeds slechter wordt. Ook is er redelijk veel verkeer. Maar gelukkig kan ik kort na het gehucht Jean-Jean linksaf de D34 op, voor de klim richting Lagarde-d'Apt. Deze weg begint meteen te stijgen, zodat ik snel naar het binnenblad schakel. Ik ben gelukkig ook meteen verlost van het verkeer en van het slechte wegdek!
Aan het begin van de klim rijd ik door de typisch mediterrane
garrigue. Wat verder rijd ik door een fraai dennenbos (schaduw!), maar daarna wordt het weer
garrigue met weinig schaduw, wat de klok slaat. En zo tegen halverwege de ochtend, voel ik dat het hier vandaag al weer een erg warme (29 graden) dag gaat worden. Zo af en toe heb ik heel fraaie doorkijkjes naar de vallei rond Apt, op het Luberon-gebergte en ook dorpjes als het hooggelegen Gordes zijn goed te herkennen. Ik klim met 34x24 met zo'n gemiddelde van 11,5 km/u rustig tegen het Plateau de Vaucluse op. Ongeveer halverwege de klim zijn een handvol wegwerkers bezig met de bermbeveiliging. Ik groet ze, ze groeten terug en één van hen roept
'Le Ventoux?'. Ik geef hem maar een eerlijk antwoord en zeg
'Non, non, Lagarde (d'Apt)'. Deze klim lijkt mij overigens ook niet de meest ideale aanloop als je vanuit Apt via Sault de Ventoux wilt doen. De
garrigue maakt plaats voor laag eikenbos en de berm wordt nu gevormd door een lage rotswand. Hierdoor rijd ik een flink stuk van de verdere klim weer prettig in de schaduw. Het uitzicht op het lager gelegen landschap wordt steeds mooier. De bochten in de tweede helft van klim zijn wel erg steil, zodat ik meestal de buitenbocht neem. Maar dat is op deze erg stille weg geen enkel probleem. En dan ben ik na ruim 12 km klimmen eindelijk op het hoogste punt van deze weg aangeland: 1110 m. Een aantal jaren geleden heb ik deze pittige klim ook al eens gedaan en toen kon ik nergens een bord met de naam van deze 'col' vinden. En nu ook niet. Dan maar een foto gemaakt bij een hectometerpaaltje (wat volgens mij ook nog net even na het hoogste punt staat).
Op het 'hoogste' punt in de D34 bij Lagarde-d'Apt:
De weg wordt hier ook heel breed, met ook nog eens een behoorlijk brede 'vluchtstrook'. En dat, terwijl er hoegenaamd geen verkeer is! Een paar honderd meter na de 'col', net voorbij de 'bebouwde kom' van Lagarde-d'Apt, ontdek ik een wegwijzer die terugwijst naar de
Col de Lagarde-d'Apt. De 'col' heeft dus kennelijk toch een naam!
De 'col' heeft dus kennelijk toch een naam! Bij de Col de Lagarde-d'Apt:
Die brede wegen stammen uit de periode dat Frankrijk nog een nucleaire grootmacht was. Toen waren er in dit gebied als onderdeel van hun
Force de Frappe diverse silo's met kernraketten. Ook bij Lagarde-d'Apt was zo'n silo. Op die plek staat nu een
bistro (aanbevolen: prima, ècht Franse keuken), met daarnaast een groot terrein met een hele batterij zonnepanelen van een fotovoltaische energiecentrale. Voor het vervoer van de raketten waren uiteraard goede en brede wegen nodig. Het wegdek van die wegen is prima, er zitten geen moeilijke bochten in en je hebt alle ruimte! Als je je destijds even te lang bij zo'n silo ophield, hing er meteen een helikopter boven je om te kijken wat je daar nu wel uitspookte. Maar goed, dat is allemaal al lang verleden tijd.
Ondertussen geniet ik van de stilte en het in enigszins sombere pasteltinten getinte landschap, waarin ook de Mont Ventoux telkens fraai en prominent aanwezig is.
...waarin ook de Mont Ventoux telkens fraai en prominent aanwezig is:
Erg brede wegen op het Plateau de Vaucluse, hier de D245 langs het Plateau d'Albion:
(N.B. De strook rechts naast de onderbroken streep is dus de 'vluchtstrook')
Ook het uizicht op het Montagne d'Albion met de dorpjes St. Trinit en Ferrasières is geweldig. Daarboven liggen de
Col de l'Homme Mort en de
Col du Négron. Daar fietste ik jaren geleden al eens.
Uitzicht op het Montagne d'Albion:
De afdaling over de brede en steile D245 richting Sault is spectaculair en zonder één trap te doen, loopt mijn snelheid op tot boven de 74 km/u! De laatste kilometers voor Sault gaat de brede 'racebaan' weer over in een voor deze streken normale en dus minder 'strakke' weg.
Sault:
Nu nog even klimmen naar het centrum van Sault, waar ik op de bekende
belvédère op één van de bankjes even pauzeer om wat te eten. Vervolgens rijd ik terug en gaat het over vals plat richting St. Jean-de-Sault. Net voor dit dorpje ('t is eigenlijk meer een gehuchtje), schakel ik naar het binnenblad, want de weg begint nu toch wel wat meer te stijgen. En net voorbij St. Jean sla ik linksaf richting
Sarraud voor de relatief korte en niet al te lastige klim naar de
Col de la Liguière. In juni van dit jaar ben ik deze col al vanuit St. Saturnin-d'Apt op gereden (
Lees hier) en dat is een veel langere en vooral ook zwaardere klim.
Ditmaal met de Look KG481SL op de Col de la Liguière:
Ik kan na de col aardig snel dalen, want het wegdek is redelijk van kwaliteit. Er zitten zo hier en daar wel een paar mindere stukken in, dus moet ik wel attent blijven rijden (dat geldt natuurlijk voor elke afdaling!). En dan ben ik al weer in het mooie en zonnig gelegen St. Saturnin-les-Apt. De laatste kilometers naar Apt gaan vervolgens over een prima wegdek en ik ben alleen nog maar aan het dalen. Omdat de weg aan de westzijde van Apt uitkomt en ik juist aan de oostzijde moet zijn, zoek ik snel de
Veloroute du Calavon op, om zonder verkeershinder op mijn startpunt terug te kunnen keren. Heerlijk zo'n fraai fietspad hoog boven het stadverkeer!