Vandaag in Het Laatste Nieuws een artikel over Jumbo-Visma. En met Quickstep als voorbeeld ...
https://www.hln.be/wielrennen/hoe-jumbo ... ~a0afa4b9/
1. Transfers op persoonlijkheid
Het is gevaarlijk conclusies trekken na één weekend, maar de voorjaarstransfers van Jumbo-Visma lijken een schot in de roos. Tiesj Benoot was twee dagen top, Tosh Van der Sande deed veel nuttig werk, Christophe Laporte maakte indruk in Kuurne. Goed ingekocht, maar ook een beetje toeval. De ploeg rond Van Aert had er vandaag ook anders kunnen uitzien. De man die na het voorjaar van 2021 bovenaan het lijstje van Jumbo stond, was de snelle Oostenrijker Marco Haller. De deal was zo goed als rond en hij wou zelfs verhuizen naar Nederland, maar in laatste instantie koos hij voor Bora. Waren Laporte en Van der Sande wel gekomen als Haller ja had gezegd? Ook aan de transfer van Benoot zit een kantje: hij had nog een lopend contract bij DSM en kwam pas in extremis in beeld. Een opportuniteit.
Maar om de aankooppolitiek van sportief directeur Merijn Zeeman daarom nattevingerwerk te noemen? Het omgekeerde is waar. “Voor wij onze ploeg versterken, willen we eerst heel veel informatie”, zegt Zeeman. “Die halen we uit persoonlijkheidstesten, uit referenties, uit gesprekken met de renner zelf, uit info van jongens die met hen gekoerst hebben... Ik heb heel lange gesprekken gevoerd, en op basis daarvan maak je een keuze. Soms zitten er missers bij, maar met Tiesj, Tosh en Christophe zit het vooralsnog heel goed.”
Van der Sande: “Ik heb het gevoel dat de ploeg me al goed kende toen ze me binnenhaalde. Ik denk dat ze ook selecteren op persoonlijkheid: ik vind in ieder geval dat wij bij mekaar passen. Niet dat we allemaal hetzelfde karakter hebben — Wout is bijvoorbeeld een leider, ik niet — maar ik zie wel een paar parallellen: we zijn allemaal ernstig met ons vak bezig, we zijn allemaal volwassen types, we hebben een soort positieve ingesteldheid — er wordt weinig gezaagd en geklaagd.”
Tosh Van der Sande.
De ploeg gebruikt de PIT-test — voluit de Persoonlijke Identiteit Test — om het karakter van haar renners in kaart te brengen. De PIT-test is een bekend instrument in de psychologie en meet zeven verschillende persoonlijkheidskenmerken: leiderschap, conflicthantering, samenwerking, flexibiliteit, emotionele stabiliteit, prestatiegerichtheid en zorgvuldigheid. De geïnterviewde krijgt telkens twee stellingen voorgelegd en moet kiezen welke van beide het best bij hem of haar past. Zeeman legt uit dat de test niet per se dient om een transfer goed of af te keuren, maar dat die moet helpen om een persoonlijke aanpak te ontwikkelen. “We stemmen er onze coaching op af: hoe kan ik het best met die renner omgaan, hoe moet ik communiceren... We gebruiken de tests ook om de renners uit te leggen dat niet iedereen op dezelfde manier naar de wereld kijkt: dat zorgt voor meer onderling begrip. Eén ding is heel belangrijk: bij Jumbo-Visma willen we dat er niks onbesproken blijft. Als je het met iets niet eens bent of iets net heel goed vindt, willen we dat je dat uitspreekt.”
Van der Sande: “Dat is precies hoe ik het zie. Ik draai niet graag rond de pot.”
2. De magie van de Teide
Dat het klikt tussen hen, en dat dat deel van het succes is. Elke Jumbo-renner die zaterdag over de streep bolde in Ninove had het over de ploegsfeer. Van Aert had beloofd dat hij daarvoor zou zorgen tijdens de hoogtestage op de Teide in Tenerife. Maar wat voor speciaals is daar dan precies gebeurd? “Niets”, lacht Van der Sande. “Het was saai en het was eenzaam, maar de sfeer was goed. Geloof me: ik heb stages meegemaakt waarbij er na één week niet meer werd gepraat, nu was het na drie weken nog altijd plezant.”
Het zat hem in kleine dingen. Lange gesprekken aan tafel: “Tot vier uur per dag”, aldus Van der Sande. “Slap ouwehoeren”, volgens Mike Teunissen. Muziek op de fiets tijdens de laatste dagelijkse lange klim richting hotel: Benoot had een box op zijn stuur, The Bad Touch van de Bloodhound Gang was het themanummer op de Teide. Fijne koffiestops. Lachen met de taalbarrière ook: Teunissen en Laporte sliepen samen op de kamer, de ene spreekt amper Frans, de andere bijna alleen Frans.
“Drie weken samen op een berg zitten, schept een band”, zegt Benoot. “In het voetbal trainen spelers altijd samen, in het wielrennen is dat niet. Twee keer een ‘weekske’ samen op stage en doe maar, dat is het vaak. Dankzij die hoogtestage zijn wij op elkaar ingespeeld. In Tenerife is echt gewerkt aan een groep.”
De ploegleiding probeerde dat nog te versterken door voor een gemeenschappelijk doel te zorgen. “We hebben benadrukt hoe belangrijk de klassiekers voor ons zijn”, zegt Zeeman. “Er ontstaat iets speciaals als je gezamenlijk naar een doel aan het toewerken bent. Iedereen wil daar graag onderdeel van zijn.”
3. Met video’s van Quick.Step als voorbeeld
“Een klassieke kern bouwen is moeilijker dan een klassementsploeg of sprintteam versterken”, zegt Zeeman. “Omdat een klassieke renner veel verschillende kwaliteiten nodig heeft: de koers is tactischer, hectischer ook door het positioneren, fysieke kracht is belangrijk, je moet in ploegtermen kunnen denken... Vroeger hadden we een kleine klassieke kern met te weinig concurrentie. Nu hadden we renners in de UAE Tour die eigenlijk ook graag onderdeel willen zijn van die klassieke kern.”
Het maakt dat Jumbo-Visma een beetje opschuift in de richting van Quick.Step-Alpha Vinyl. De ploeg is nu sterk genoeg om zelf de koers te dragen. Zaterdag waren ze dominant, hadden ze altijd controle, zoals je dat eigenlijk van de ploeg van Patrick Lefevere verwacht. Zeeman: “Ik ben er altijd heel duidelijk over geweest. In het rondewerk hadden wij Ineos als voorbeeld. In de klassiekers heeft Quick.Step de standaard gezet. Het was aan ons om te proberen ook naar dat niveau toe te groeien. We kopiëren niemand, maar je kijkt wel een beetje naar hoe zij het deden. Natuurlijk leren wij daarvan.”
Hoe laat je je inspireren? “We hebben de voorbije maanden veel video’s gezien”, vertelt Van der Sande. “Kijken hoe anderen het doen. Daar zaten er heel wat van Quick.Step bij. Wij gaan dat een eigen invulling geven, maar onze basis zal dezelfde zijn als die van hen: we mogen nooit in de verdediging worden geduwd. En gebeurt het toch, dan ligt er een plan klaar om het op te lossen.”
Zeeman: “Wij zijn bijlange nog niet op het niveau van Quick.Step, we hebben nu een goed weekend gereden, maar dat is nog niks vergeleken met wat zij de voorbije jaren hebben gepresteerd. We moeten nog bewijzen dat we dit op langere termijn kunnen en in de grootste wedstrijden.”