Geen 'goede benen' en tòch 111 km gefietst!
Vanwege de mooie natuur en de absolute rust daar, ben ik op de laatste dag van september nog maar weer eens gaan fietsen in hetzelfde gebied waar ik op mijn vorige tocht ook was. Deze keer ben ik begonnen op de D22, dat is de weg van Apt naar Simiane-la-Rotonde en Banon. Het is zo 's ochtends vroeg nog behoorlijk fris. Net voorbij de afslag naar Rustrel, rijd ik vlak langs de kleurrijke formaties van
Le Colorado Provençal.
Le Colorado Provençal langs de D22 bij Rustrel:
Bij de parkeerplaats en ticket-verkoop van
Le Colorado begint de eigenlijke klim naar het plateau. Al snel voelt het wel weer behaaglijk aan, want ik rijd hier èn in de luwte van het gebergte èn in 't zonnetje en bovendien ben ik natuurlijk een beetje aan het klimmen. Zo ongeveer halverwege de klim passeer ik het enigszins achter eikenbosjes verstopte Gignac. Net na de grens met het departement Alpes-de-Haute-Provence, bereik ik het hoogste punt (zo'n 660 m) van de inmiddels D51. Daar keer ik om, want ik wil binnendoor verder. Als ik weer in de Vaucluse terug ben, kan ik linksaf richting Oppedette. Het wegdek van het ongenummerde weggetje is de eerste 100 m prima. Na de ingang naar de bio-boerderij van
Les Davids, duikt de weg het bos in en staat er zo'n 'geel waarschuwingsbord met uitroepteken' langs de weg. Oppassen dus! Na een bocht zie ik meteen waarom. Jeetje! Dat kun je toch geen weg meer noemen! Er ontbreken hele stukken asfalt, één grote 'gatenkaas' is het. Even overweeg ik om terug te rijden. Maar het is misschien maar een kort stukje zo slecht. Inderdaad, snel wordt het wat beter, daarna nog een slecht stuk en dan rijd ik 'opeens' op een prima wegdek, waarover ik zelfs vlot kan dalen. Ja, dat is Frankrijk
. Al dalend over het verlaten en piepkleine weggetje, kom ik tenslotte even ten noorden van Oppedette op de D201. Ik rijd even een stukje richting Oppedette, om nu vanuit het ravijn een plaatje te schieten van het hoog op een rotsrichel gelegen dorpje.
Oppedette, gezien vanaf de D201:
Daarna rijd ik over een goed wegdek naar het noorden, richting Carniol. Het is hier ontzettend stil, slechts af en toe vliegt er een Vlaamse Gaai over 't weggetje, meer levende wezens zie ik niet. Ik moet nog wel wat klimmen om het boerendorpje ('t zijn maar een paar huizen) te bereiken. Alhoewel mijn benen niet goed aanvoelen, gaat het klimmen gelukkig toch wel goed. Carniol ligt rustig in de zon te soezen.
Carniol:
Na Carniol volt er weer een afdaling, alvorens ik door een mooie bosachtige omgeving weer zo'n ravijn uit moet klimmen om de D5 te bereiken. Die D5 is een hele brede, min of meer doorgaande weg en vormt de route van Banon naar de weg Apt-Forcalquier. Toch is er in deze dunbevolkte streek niet veel verkeer. De D5 is ook aardig geaccidenteerd, vooral het gedeelte vlak voor St. Michel-l'Observatoire loopt behoorlijk omhoog. Maar eerst passeer ik nog het bijzonder mooi gelegen Revest-des-Brousses. Er worden in deze streek veel kaasjes gemaakt.
Brousse is de naam van een geiten- of schapenkaasje uit de
Provence, dus vandaar wellicht deze toevoeging aan de dorpsnaam (ter onderscheiding van alle andere plaatsen met de naam Revest).
Landschap langs de D5 bij Revest-des-Brousses:
Revest-des-Brousses in de Haute Provence:
Dan weer daal ik en dan weer klim ik over de
côtes in de D5, tot ik na de klim vlak voor St. Michel even stop voor een paar foto's. Links van de weg ligt op enige afstand in het bos namelijk het
Observatoire de Haute-Provence, de sterrenwacht waar ik al eerder over schreef. 't Is wel jammer dat het weer zo'n enorm heiige dag is. Ik kon het Montagne de Lure ook nog maar net zien liggen. De twee grootste koepels van de sterrenwacht lijken dan wel heel groot, op foto's vind je zulke objecten vaak nauwelijks terug. Dan maar even een 'truc' toepassen, om er toch nog een aardig plaatje van te maken
.
Het Observatoire de Haute-Provence bij St. Michel-l'Observatoire:
Ik rijd even later door het nauwe straatje in St. Michel, daarna over het gezellige pleintje met de terrasjes en hup, ik ben het dorpje al weer uit. Hier verlaat ik ook de D5, want ik heb mijn verdere route uitgezet over de D105. Na de kruising met de D4100 (v/h N100) ga ik weer klimmen richting de D907 (de weg naar Manosque). Telkens als ik van dalen naar klimmen over moet schakelen, voel ik dat ik vandaag geen 'superbenen' heb, ik voel ze gewoon te veel. Misschien zouden een paar extra rustdagen niet verkeerd zijn. Maar ja, met dat mooie weer en zo'n omgeving als hier, 'kriebelt' het toch al snel weer
. Eenmaal op de D907 rijd ik niet richting Manosque, maar klim ik verder naar de
Col de Montfuron (649 m). Het is een makkelijk klimmetje, dit deel van de D907 en ik kan gelukkig goed tempo rijden. Op de col klim ik meteen nog een stukje door naar het dorpje Montfuron. Hier zoek ik een bankje voor een korte ravitailleringspauze en om het landschap even goed op mij in te laten werken. 't Is heerlijk warm weer. En mooi dat het hier is!
Vanaf Montfuron ken ik een 'afstekertje' om op de weg naar La Bastide-des-Jourdans te komen. De weg naar La Bastide is een schitterende route. De weg blijft eerst 'op hoogte' en biedt mooie vergezichten. Vandaag zijn het wel wat heiige vergezichten, maar ze blijven natuurlijk prachtig!
Een wat heiige Provence, gezien vanaf de weg van de Col de Montfuron naar La Bastide-des-Jourdans
(Rechts van de 'bult' aan de horizon liggen de col en Montfuron):
Als ik de Vaucluse weer binnenrijd, volgt de afdaling naar La Bastide. Ging ik bij mijn vorige rit hier al richting Vitrolles, nu daal ik nog een stukje verder tot vlak voor de
Cave Cooperative van Grambois. In de schaduw bij de brug eet ik mijn appeltje en daarna fiets ik over de D33 naar Vitrolles-en-Luberon. Ondanks mijn 'slechte' benen, kan ik toch met een klimsnelheid van zo'n 16 km/u de 5 km naar Vitrolles fietsen. Het is dan ook geen erg steil, maar wel mooi klimmetje. Na Virolles wordt het nog veel fraaier en ook hier kan ik gelukkig nog 'op tempo' naar de
Col de l'Aire Deï Masco (696 m) klimmen. Over een hobbelige weg daal ik daarna naar Céreste, om vervolgens over de D4100 (ik rijd hier weer in de Alpes-de-Haute-Provence) en wat verderop de D900 (Vaucluse) richting Apt te koersen. De laatste kilometers gaan, zoals inmiddels wel bekend is, over de
véloroute. En dan zit het er op! Pfff, pfff!!!