Sorry maar voor mij blijft Lance Armstrong een held
Van http://www.hetiskoers.nl" onclick="window.open(this.href);return false;:
Vandaag verschijnt de nieuwe editie van wielertijdschrift De Muur. Een bijzondere editie, want elk verhaal gaat – bijna overmijdelijk na de ‘orkaan Lance’ – over doping. Opmerkelijk is het interview met voormalig UCI-baas Hein Verbruggen, die voor het eerst sinds het USADA-rapport en de levenslange schorsing van Lance Armstrong van zich laat horen. Wielerjournalist Peter Ouwerkerk praatte begin december vier uur lang met Verbruggen. In De Muur is een verslag van dat vraaggesprek te lezen van bijna dertig (!) pagina’s.
Het interview komt één dag voor uitzending van Lance Armstrongs openbare biecht bij Oprah Winfrey. Volgens de New York Times heeft Armstrong tegenover Oprah bekend dat hij doping heeft gebruikt en en passant gemeld dat hij wil getuigen tegen officials van de UCI, die ‘wisten dat hij doping nam en dat mogelijk zelfs faciliteerden.’ De houdbaarheid van de uitspraken van Verbruggen zou wel eens erg kort kunnen zijn.
Verbruggen lag tijdens en na zijn UCI-voorzitterschap constant onder vuur. Het beeld bij pers en publiek was dat de UCI meer wist. Van doping, van de methoden van Armstrong. Dat de UCI zelfs medeplichtig was aan het in stand houden van de dopingcultuur tijdens de zwarte jaren van de sport. Het interview leek voor Verbruggen dé kans om iets van berouw te tonen, te laten zien dat hij tot zelfreflectie in staat is of misschien zelfs wel een bekentenis af te leggen. Maar niets van dat al. Verbruggen verschuilt zich achter dezelfde verdedigingslinie die Pat McQuaid en hij al jaren geleden betrokken. Het verhaal is er een van afweren en afzwakken. In winterse termen: de UCI veegt nog steeds haar straatje schoon.
Natuurlijk begint het gesprek met de vraag die iedereen beantwoord wil zien. Wat wíst de UCI precies? Rook de bond geen onraad? Verbruggen: ‘Zien, ruiken of vermoeden is iets anders dan weten. Wie doet wat, en waar en wanneer? Als bestuur moet je wel dingen kunnen bewijzen. Als je iemand 215 keer controleert en hij is altijd negatief, dan zit het probleem vooraleerst in de test zelf. Nou, daar ben ik niet voor verantwoordelijk.’
De bekende (vermeende) positieve plasjes van Armstrong komen ook ter sprake: ‘Lance Armstrong is nooit, maar dan ook nooit positief geweest bij ons. Ze komen steeds met twee gevallen. Eén: het gebruik van cortisonenzalf in 1999 – mind you, dat is door het Franse ministerie behandeld en niet door de UCI. En twee: een verdachte test in 2001. Daar hebben we de follow-up aan gegeven die wij er altijd aan gaven. Verdachte waarden lieten wij niet lopen. We zeiden tegen de renner: “We kunnen je nu niet pakken, maar je mocht tot hier en je zit nu hier. Je staat heel erg rood op de radar.’
Het verweer van Verbruggen: wíj zíjn niet verantwoordelijk voor een ondeugdelijke epotest en als er iets verdachts gebeurde deden we daar iets mee. Maar als die renner in 2001 rood op de radar stond, waarom accepteerde de UCI dan een gift van honderdduizend euro voor de aanschaf van apparatuur enkele jaren later?
‘Apparatuur die werd ingezet voor dopingbestrijding. Dat verdween niet in de zakken van iemand! Nu zegt iedereen: dat had de UCI niet moeten doen. Ja, dat is gemakkelijk, achteraf. Had ik alles geweten, had ik het ook niet zo gedaan. Maar de realiteit is: we némen geld aan van anderen, renners betálen mee aan antidoping via prijzengeld, ploegen géven grote bedragen. Dat zijn allemaal stakeholders.’
Op de opmerking van de interviewer dat de UCI zich daarmee kwetsbaar maakt, verzucht Verbruggen moedeloos:’Tja, ik vind het allemaal best.’ Dat lijkt nauwelijks op een uitspraak van een oud-UCI-bobo die zich realiseert dat het wel erg fout is gegaan in het peloton. Die achteraf beseft dat de bond de zaken te veel heeft laten lopen en de teugels niet alleen heeft laten vieren, maar ze gaandeweg zelfs is kwijtgeraakt.
Dat de UCI niets deed met de bekentenissen van renners als Menthéour, Bassons of Jaksche, doet Verbruggen af met de zin ‘Je hebt als bond geen enkel middel’. Toen Jaksche in Aigle bij de UCI langskwam, wilde hij geen namen noemen. En daarmee komt Verbruggen op een ander stokpaardje: de UCI is geen politie. Ook in de zaak-Armstrong kwam pas beweging nadat er onder ede verklaringen werden afgelegd.
Feitelijk komt uit het hele interview het beeld naar voren van een man die vindt dat hemzelf en zijn organisatie niets te verwijten valt. Het lag aan de anderen. Journalisten bijvoorbeeld. Op Ouwerkerks vraag ‘Waar heeft de UCI de boot gemist?’ antwoordt Verbruggen: ‘Waar hebben júllie de boot gemist! Nogmaals die donaties: dat is toch zeikerij? Je had tóéntertijd als journalist uit je luie stoel moeten komen en moeten zeggen: dat kan de UCI niet doen! Maar: niemand!’
Verbruggen ziet zich bovendien gesterkt door juridische uitspraken naar aanleiding van de zaak-Festina: ‘In 2002 zei zowel de procureur-generaal als het hof van beroep: “De UCI heeft binnen de mogelijkheden alles gedaan wat ze moest doen. Men kan haar niets verwijten.”’
In het licht van de mogelijke getuigenissen die Armstrong gaat doen, is deze opmerking van Verbruggen over corruptie interessant: ‘Er is nóóit corruptie geweest, er is nooit door Armstrong ook maar iets betaald aan iemand binnen de UCI. Alle boeken zullen het bewijzen.’
De tweede verdedigingslijn die Verbruggen bouwt is die van de grote inzet. Hij beweert dat de UCI meer dan andere bonden investeerde in antidopingprogramma’s en dat men complimenten kreeg van het WADA voor de inspanningen. Dat journalisten daarover ‘zeiken’ omdat de bond een gift van Armstrong aannam, daar staat Verbruggen naar eigen zeggen ‘ver boven’. Het is allemaal beeldvorming, en daar kan Verbruggen natuurlijk niets mee.
Een derde punt dat Verbruggen inbrengt is dat van de complexiteit van de wielersport. De Tour de France bijvoorbeeld was niet bedoeld voor de sport of voor de renners, maar om de oplage van de organiserende krant te verhogen. Iemand moest er – al vanaf het prille begin – aan verdienen. In tegenstelling tot het voetbal in die dagen. Daar komt nog eens bij dat de wielersport nu vele organisatoren en eigenaren van koersen kent. De UCI ‘bezit’ op het WK na geen enkele koers, en dat zorgt volgens Verbruggen ook voor frictie. Zijn punt: met zoveel belangen is de macht van de UCI beperkt en kon het gemakkelijk gebeuren dat de zaken uit de hand liepen in de zwarte periode van de sport.
Doping helemaal uit de wielersport bannen, dat zal niet gebeuren, denkt Verbruggen. Hij ziet in de huidige crisis wel een kans om een nieuwe structuur door te drukken. Het plan van Bakala (de Tsjechische investeerder in OmegaPharma-Quickstep) vindt hij geen rare gedachte. Die wil de wielersport naar een hoger plan tillen, naar een internationale topcompetitie voor topploegen. De rol van de UCI zal dan veranderen: ‘De UCI moet de baas zijn over alle technische zaken, over de reglementen en over de kalender. De UCI is alleen zakelijk niet voldoende geëquipeerd, dus kan het zijn commerciële activiteiten beter in handen geven van derden.’
De nationale bonden krijgen van Verbruggen overigens nog een fraaie veeg uit de pan. ‘De bonden hadden zich allemaal achter het dopingbeleid van de UCI moeten opstellen, ze hebben er zelf bijgezeten al die jaren en nooit iets van gezegd. Mensen zoals Wintels (voorzitter KNWU)… Nu weten ze het ineens allemaal beter. Terwijl het onderhavige probleem dateert van twaalf jaar geleden. Die ploeg van Armstrong is twaalf jaar láter gepakt.’
Ook voor de manier waarop een sponsor als Rabobank uit de sport is gestapt heeft Verbruggen geen goed woord over. ‘Een opportunistische Rabobank. Die natuurlijk al jaren zaten te kijken hoe zij met goed fatsoen uit de wielersport konden stappen. “Want we zitten er al te lang in.” Die beslissing werd met het jaar moeilijker. Dat had niks met doping te maken. Ik loop niet over van bewondering voor de argumentatie die ze nu gebruikt hebben.’
De affaire-Armstrong beschouwt Verbruggen als een lijk uit de kast. Al begonnen voor de Festina-affaire, en pas bekend geworden omdat de politie er indook. Dat maakt het niet minder erg, betoogt de oud-UCI-voorman, maar wél een lijk uit de kast.
Verbruggen kon er weinig aan doen. Goed, dat punt heeft hij gemaakt. Maar was Verbruggen niet de grote baas van de UCI? Zonder meerderen, in de ideale positie om iets aan de toenmalige uitwassen in de wielersport te doen? Wil hij ons niet al te zeer doen geloven dat ook hij slachtoffer was van de situatie en de complexiteit van de sport waarvan hij werd geacht aan het roer te staan?
Had hij de uitwassen kunnen stoppen? Dat denk ik niet. Maar hij wekt in dit interview ook niet de indruk dat hij er heel hard aan heeft getrokken. Het is bijna een schaamteloos betoog.
De verdedigingswerken van Verbruggen lijken sleets. En met de moker die Lance Armstrong naar verluidt in handen heeft, zouden de muren wel eens sneller geslecht kunnen worden dan Verbruggen ten tijde van het interview voor mogelijk hield.
Vandaag verschijnt de nieuwe editie van wielertijdschrift De Muur. Een bijzondere editie, want elk verhaal gaat – bijna overmijdelijk na de ‘orkaan Lance’ – over doping. Opmerkelijk is het interview met voormalig UCI-baas Hein Verbruggen, die voor het eerst sinds het USADA-rapport en de levenslange schorsing van Lance Armstrong van zich laat horen. Wielerjournalist Peter Ouwerkerk praatte begin december vier uur lang met Verbruggen. In De Muur is een verslag van dat vraaggesprek te lezen van bijna dertig (!) pagina’s.
Het interview komt één dag voor uitzending van Lance Armstrongs openbare biecht bij Oprah Winfrey. Volgens de New York Times heeft Armstrong tegenover Oprah bekend dat hij doping heeft gebruikt en en passant gemeld dat hij wil getuigen tegen officials van de UCI, die ‘wisten dat hij doping nam en dat mogelijk zelfs faciliteerden.’ De houdbaarheid van de uitspraken van Verbruggen zou wel eens erg kort kunnen zijn.
Verbruggen lag tijdens en na zijn UCI-voorzitterschap constant onder vuur. Het beeld bij pers en publiek was dat de UCI meer wist. Van doping, van de methoden van Armstrong. Dat de UCI zelfs medeplichtig was aan het in stand houden van de dopingcultuur tijdens de zwarte jaren van de sport. Het interview leek voor Verbruggen dé kans om iets van berouw te tonen, te laten zien dat hij tot zelfreflectie in staat is of misschien zelfs wel een bekentenis af te leggen. Maar niets van dat al. Verbruggen verschuilt zich achter dezelfde verdedigingslinie die Pat McQuaid en hij al jaren geleden betrokken. Het verhaal is er een van afweren en afzwakken. In winterse termen: de UCI veegt nog steeds haar straatje schoon.
Natuurlijk begint het gesprek met de vraag die iedereen beantwoord wil zien. Wat wíst de UCI precies? Rook de bond geen onraad? Verbruggen: ‘Zien, ruiken of vermoeden is iets anders dan weten. Wie doet wat, en waar en wanneer? Als bestuur moet je wel dingen kunnen bewijzen. Als je iemand 215 keer controleert en hij is altijd negatief, dan zit het probleem vooraleerst in de test zelf. Nou, daar ben ik niet voor verantwoordelijk.’
De bekende (vermeende) positieve plasjes van Armstrong komen ook ter sprake: ‘Lance Armstrong is nooit, maar dan ook nooit positief geweest bij ons. Ze komen steeds met twee gevallen. Eén: het gebruik van cortisonenzalf in 1999 – mind you, dat is door het Franse ministerie behandeld en niet door de UCI. En twee: een verdachte test in 2001. Daar hebben we de follow-up aan gegeven die wij er altijd aan gaven. Verdachte waarden lieten wij niet lopen. We zeiden tegen de renner: “We kunnen je nu niet pakken, maar je mocht tot hier en je zit nu hier. Je staat heel erg rood op de radar.’
Het verweer van Verbruggen: wíj zíjn niet verantwoordelijk voor een ondeugdelijke epotest en als er iets verdachts gebeurde deden we daar iets mee. Maar als die renner in 2001 rood op de radar stond, waarom accepteerde de UCI dan een gift van honderdduizend euro voor de aanschaf van apparatuur enkele jaren later?
‘Apparatuur die werd ingezet voor dopingbestrijding. Dat verdween niet in de zakken van iemand! Nu zegt iedereen: dat had de UCI niet moeten doen. Ja, dat is gemakkelijk, achteraf. Had ik alles geweten, had ik het ook niet zo gedaan. Maar de realiteit is: we némen geld aan van anderen, renners betálen mee aan antidoping via prijzengeld, ploegen géven grote bedragen. Dat zijn allemaal stakeholders.’
Op de opmerking van de interviewer dat de UCI zich daarmee kwetsbaar maakt, verzucht Verbruggen moedeloos:’Tja, ik vind het allemaal best.’ Dat lijkt nauwelijks op een uitspraak van een oud-UCI-bobo die zich realiseert dat het wel erg fout is gegaan in het peloton. Die achteraf beseft dat de bond de zaken te veel heeft laten lopen en de teugels niet alleen heeft laten vieren, maar ze gaandeweg zelfs is kwijtgeraakt.
Dat de UCI niets deed met de bekentenissen van renners als Menthéour, Bassons of Jaksche, doet Verbruggen af met de zin ‘Je hebt als bond geen enkel middel’. Toen Jaksche in Aigle bij de UCI langskwam, wilde hij geen namen noemen. En daarmee komt Verbruggen op een ander stokpaardje: de UCI is geen politie. Ook in de zaak-Armstrong kwam pas beweging nadat er onder ede verklaringen werden afgelegd.
Feitelijk komt uit het hele interview het beeld naar voren van een man die vindt dat hemzelf en zijn organisatie niets te verwijten valt. Het lag aan de anderen. Journalisten bijvoorbeeld. Op Ouwerkerks vraag ‘Waar heeft de UCI de boot gemist?’ antwoordt Verbruggen: ‘Waar hebben júllie de boot gemist! Nogmaals die donaties: dat is toch zeikerij? Je had tóéntertijd als journalist uit je luie stoel moeten komen en moeten zeggen: dat kan de UCI niet doen! Maar: niemand!’
Verbruggen ziet zich bovendien gesterkt door juridische uitspraken naar aanleiding van de zaak-Festina: ‘In 2002 zei zowel de procureur-generaal als het hof van beroep: “De UCI heeft binnen de mogelijkheden alles gedaan wat ze moest doen. Men kan haar niets verwijten.”’
In het licht van de mogelijke getuigenissen die Armstrong gaat doen, is deze opmerking van Verbruggen over corruptie interessant: ‘Er is nóóit corruptie geweest, er is nooit door Armstrong ook maar iets betaald aan iemand binnen de UCI. Alle boeken zullen het bewijzen.’
De tweede verdedigingslijn die Verbruggen bouwt is die van de grote inzet. Hij beweert dat de UCI meer dan andere bonden investeerde in antidopingprogramma’s en dat men complimenten kreeg van het WADA voor de inspanningen. Dat journalisten daarover ‘zeiken’ omdat de bond een gift van Armstrong aannam, daar staat Verbruggen naar eigen zeggen ‘ver boven’. Het is allemaal beeldvorming, en daar kan Verbruggen natuurlijk niets mee.
Een derde punt dat Verbruggen inbrengt is dat van de complexiteit van de wielersport. De Tour de France bijvoorbeeld was niet bedoeld voor de sport of voor de renners, maar om de oplage van de organiserende krant te verhogen. Iemand moest er – al vanaf het prille begin – aan verdienen. In tegenstelling tot het voetbal in die dagen. Daar komt nog eens bij dat de wielersport nu vele organisatoren en eigenaren van koersen kent. De UCI ‘bezit’ op het WK na geen enkele koers, en dat zorgt volgens Verbruggen ook voor frictie. Zijn punt: met zoveel belangen is de macht van de UCI beperkt en kon het gemakkelijk gebeuren dat de zaken uit de hand liepen in de zwarte periode van de sport.
Doping helemaal uit de wielersport bannen, dat zal niet gebeuren, denkt Verbruggen. Hij ziet in de huidige crisis wel een kans om een nieuwe structuur door te drukken. Het plan van Bakala (de Tsjechische investeerder in OmegaPharma-Quickstep) vindt hij geen rare gedachte. Die wil de wielersport naar een hoger plan tillen, naar een internationale topcompetitie voor topploegen. De rol van de UCI zal dan veranderen: ‘De UCI moet de baas zijn over alle technische zaken, over de reglementen en over de kalender. De UCI is alleen zakelijk niet voldoende geëquipeerd, dus kan het zijn commerciële activiteiten beter in handen geven van derden.’
De nationale bonden krijgen van Verbruggen overigens nog een fraaie veeg uit de pan. ‘De bonden hadden zich allemaal achter het dopingbeleid van de UCI moeten opstellen, ze hebben er zelf bijgezeten al die jaren en nooit iets van gezegd. Mensen zoals Wintels (voorzitter KNWU)… Nu weten ze het ineens allemaal beter. Terwijl het onderhavige probleem dateert van twaalf jaar geleden. Die ploeg van Armstrong is twaalf jaar láter gepakt.’
Ook voor de manier waarop een sponsor als Rabobank uit de sport is gestapt heeft Verbruggen geen goed woord over. ‘Een opportunistische Rabobank. Die natuurlijk al jaren zaten te kijken hoe zij met goed fatsoen uit de wielersport konden stappen. “Want we zitten er al te lang in.” Die beslissing werd met het jaar moeilijker. Dat had niks met doping te maken. Ik loop niet over van bewondering voor de argumentatie die ze nu gebruikt hebben.’
De affaire-Armstrong beschouwt Verbruggen als een lijk uit de kast. Al begonnen voor de Festina-affaire, en pas bekend geworden omdat de politie er indook. Dat maakt het niet minder erg, betoogt de oud-UCI-voorman, maar wél een lijk uit de kast.
Verbruggen kon er weinig aan doen. Goed, dat punt heeft hij gemaakt. Maar was Verbruggen niet de grote baas van de UCI? Zonder meerderen, in de ideale positie om iets aan de toenmalige uitwassen in de wielersport te doen? Wil hij ons niet al te zeer doen geloven dat ook hij slachtoffer was van de situatie en de complexiteit van de sport waarvan hij werd geacht aan het roer te staan?
Had hij de uitwassen kunnen stoppen? Dat denk ik niet. Maar hij wekt in dit interview ook niet de indruk dat hij er heel hard aan heeft getrokken. Het is bijna een schaamteloos betoog.
De verdedigingswerken van Verbruggen lijken sleets. En met de moker die Lance Armstrong naar verluidt in handen heeft, zouden de muren wel eens sneller geslecht kunnen worden dan Verbruggen ten tijde van het interview voor mogelijk hield.
Aanvulling: lees het USADA-rapport (Reasoned Decision) en dan vooral de getuigenverklaringen van de renners (Affidavits), en het boek van Tyler Hamilton (The Secret Race).havana schreef:Dat is toch allang duidelijk? Zijn collega's hebben dat namelijk reeds in geuren en kleuren uitgelegd. De controles stelden niks voor; whereabouts bestonden in het begintijdperk nog niet. Door flink water te drinken testten ze niet positief. Ze kochten (wellicht) controleurs om en spoten microdoses EPO die niet te detecteren waren. Later gingen ze over op bloeddoping, dat ook niet op te sporen was (is).maar als hij nu gebruik toegeeft, ben ik wel nieuwsgierig hoe hij controles heeft weten te omzeilen of resultaten heeft weten te manipuleren.
'Als je niet kijkt dan zie je niets' (vrij naar Johan Cruijff)Raf_Madone schreef:Ik heb ook nog steeds geen bewijzen zwart op wit gezien dat ze hem hebben betrapt op gebruik van verboden middelen...er wordt veel verteld, maar bewijzen....
Bedoel je nu werkelijk dat Vinokourov een grotere boef is dan Armstrong???Er zijn renners die effectief betrapt zijn geweest en nadien dan een gouden Olympische medaille winnen..... dat vind ik veel erger....iemand die al zijn hele wielerloopbaan corrupt is die staat daar dan heilig te wezen op een zogezegde "clean" sportevenement...Da's pas voor te lachen/huilen.
Klopt helemaal! En daar zou ik hem graag over willen horen, donderdag. Weet alleen niet of Oprah daar diep/vasthoudend op in wil/durft (te) gaan. We zullen zien...timo2.0 schreef:Wat ik mij trouwens afvroeg: wat Armstrong naar mijn mening onderscheidde van de rest van zijn doping gebruikende generatiegenoten is de persoonlijke, ongebreidelde haat waarmee alles en iedereen te maken kreeg die hem van dopinggebruik betichtten. We kennen legio voorbeelden: Kimmage, Walsh, Lemond, Simeoni, enz., enz. Rechtszaken, bedreigingen, intimidatie, manipulatie, niets ging Armstrong te ver om mensen door het slijk te halen en liefst kapot te maken die achteraf gezien gewoon gelijk hadden.
Ik zeg 1+1+1 = 3knutmo schreef:1. Dat maakt hun verklaringen nog niet onwaar.supergrover1 schreef:Vol met verklaringen van ex-collegas die strafvermindering beloofd is.......
2. Jij gelooft wel dat al die ex-collega's doping gebruikten EN meineed plegen, maar niet dat Armstrong dat heeft gedaan?
3. Hij heeft het nu zelf bekend.
Is het dan niet vele malen waarschijnlijker dat dat USADA rapport gewoon (grotendeels) klopt?
Jon Stewart over Lance: http://www.thedailyshow.com/watch/tue-j ... 3/mr--fibb" onclick="window.open(this.href);return false;
En deel 2: http://www.thedailyshow.com/watch/tue-j ... -armstrong" onclick="window.open(this.href);return false;
En deel 2: http://www.thedailyshow.com/watch/tue-j ... -armstrong" onclick="window.open(this.href);return false;
Het vervelende is dat je deze drogredeneringen tot vermoeiens toe blijft tegenkomen in de media; ...gisteren nog Jan Mulder bij DWDD.Karl66 schreef:Het grote verschil tussen die ex-collega's en anderde dopeurs is dat die ex-collega's nooit betrapt zijn, zij hebben zelf hun dopinggebruik toegegeven. Hadden ze dat niet gedaan, dan waren ze helemaal nooit geschorst, want niet betrapt. Dat ze een andere straf hebben gekregen is dus helemaal niet zo raar en zeker geen bewijs van het feit dat ze het op een akkoordje hebben gegooid om Armstrong eventjes dopinggebruik aan te smeren. Dat is al weer net zo'n drogredenering als de bewering dat hij zonder doping ook de beste was, want hij was het met doping ook.supergrover1 schreef: Vol met verklaringen van ex-collegas die strafvermindering beloofd is.......
Het zal vast wel eerder door je zijn aangehaald..., ik wilde je bronvermelding even weten. Maar is dus puur "boekjes" kennis..., ik dacht, wellicht ken je ze persoonlijktimo2.0 schreef:Moet ik werkelijk alles vier-, vijfmaal herhalen wat in dit topic en de andere topics over Armstrong al tig keren voorbij is gekomen?ruud_k schreef:Wat heeft hij die andere renners dan aan gedaan..?
Van pagina 5 van dit topic:timo2.0 schreef:Iedereen die Armstrong een held vindt moet de beelden uit de Tour van 2004 nog maar eens terugkijken, de etappe waarin hij de renner Filippo Simeoni voor het aanzien van de wereld vernederd omdat die het toen al aandurfde gewoon te getuigen van wat hij gezien had: dat Armstrong en Ferrari niet deugden. Voor het geval je het niet meert weet zijn hier de beelden en een samenvatting van wat er gebeurde. Een held doet zoiets simpelweg niet...http://en.wikipedia.org/wiki/Filippo_Simeoni" onclick="window.open(this.href);return false;More famous is Simeoni's argument with Lance Armstrong. Simeoni was treated by doctor Michele Ferrari, who was also Armstrong's doctor. Simeoni testified in court that he began doping in 1993, that Dr. Ferrari had prescribed him doping products such as EPO and Human Growth Hormone in 1996 and 1997, and that Ferrari also gave him instructions on how to use these products.[3] In 2001 and 2002 Simeoni was suspended for several months for doping use. Armstrong reportedly called Simeoni a "liar" in an interview with the French newspaper Le Monde in July 2003. Simeoni lodged a charge of defamation against Armstrong and demanded €100,000. Simeoni announced that he would give any money awarded to him to charity.
On the 18th stage of the 2004 edition of the Tour de France, Simeoni gapped up to a breakaway of six riders that posed no threat to Armstrong's leading position. Nevertheless, Armstrong followed Simeoni, which prompted Armstrong's rival T-Mobile Team to try to catch the breakaway. This would not only catch Armstrong but also eliminate the stage winning chances of the six riders in the original breakaway. The six riders implored Armstrong to drop back to the peloton, but Armstrong would not go unless Simeoni went with him and the two riders dropped back to the peloton.[4] When Simeoni dropped back, he was abused by other riders, including Andrea Peron, Filippo Pozzato and Giuseppe Guerini. In a later interview, he told of how Daniele Nardello also abused him, calling him "a disgrace".[5] Afterwards, Armstrong made a "zip-the-lips" gesture but later said that Simeoni "did not deserve" to win a stage. Two days later was the final stage, which is usually a slow stage in which the Tour winner (in 2004 it was Armstrong) already celebrates his victory. But in this stage Simeoni continuously attacked, to take revenge for what Armstrong did three days before, but was reeled in every time by Armstrong's team.[6] Simeoni was again insulted and spat at by other riders after this.
Because Simeoni was a prosecution witness in legal proceedings against Ferrari at the time of Armstrong's move against him in the 2004 Tour, Italian authorities threatened to bring charges of witness intimidation against Armstrong. In March 2005 Armstrong was interviewed by the authorities, apparently without resolution. Armstrong had been indicted by Italian authorities in December 2005 and ordered to stand trial for defaming Simeoni on March 7, 2006. In April 2006, the defamation charges were dropped.[7]
En de beelden: http://www.youtube.com/watch?v=taWGQNKUgQQ" onclick="window.open(this.href);return false;
Misselijkmakend wangedrag van een megalomane sociopaat.
Laten we wel zijn..., het waren allemaal grote mensen en kennelijk hebben ze het toegestaan dat het gebeurde..., voor de poen. Ze hadden anders ook maatregelen kunnen nemen. Tja, ik ken een aantal topsporters, die hebben allemaal een tik en zijn niet echt aardig, maar wel goed in hun sport. En dat maakt het verschil. Armstrong was ook een beetje de baas he, en bazen zijn ook niet altijd aardig. Common get real man...
Trouwens, ondanks Telegraaf, vind ik dit wel een goed stukje proza: http://www.telegraaf.nl/watuzegt/212241 ... ers__.html" onclick="window.open(this.href);return false;
-
- Forum-lid
- Berichten: 1473
- Lid geworden op: 25 sep 2012 20:58
Inderdaad, een beetje topsporter bedreigt, intimideert en koopt officials om....ruud_k schreef: Het zal vast wel eerder door je zijn aangehaald..., ik wilde je bronvermelding even weten. Maar is dus puur "boekjes" kennis..., ik dacht, wellicht ken je ze persoonlijk
Laten we wel zijn..., het waren allemaal grote mensen en kennelijk hebben ze het toegestaan dat het gebeurde..., voor de poen. Ze hadden anders ook maatregelen kunnen nemen. Tja, ik ken een aantal topsporters, die hebben allemaal een tik en zijn niet echt aardig, maar wel goed in hun sport. En dat maakt het verschil. Armstrong was ook een beetje de baas he, en bazen zijn ook niet altijd aardig. Common get real man...
Ik heb beslag weten leggen op geheime informatie die ik de fervente voor- en tegenstanders niet wil onthouden.
http://fabiofarelli.blogspot.nl/2013/01/biecht.html
http://fabiofarelli.blogspot.nl/2013/01/biecht.html