Brede banden?
Geplaatst: 06 aug 2018 19:27
Ik peddelde lekker op mijn fietsje en dacht aan een opmerking die in de racefietswereld regelmatig wordt gebruikt: bij dezelfde druk rollen brede banden beter dan dunne. Met nadruk op “dezelfde druk”.
Bij een techneut zoals ik begint dan in mijn brein een stel radertjes te draaien: hoezo? Waarom?
Als ik op de fiets ga zitten ontstaat een evenwichtssituatie. De band wordt iets ingedrukt, er ontstaat een plat vlak, een koorde van een denkbeeldige cirkel.
De grootte van het platte vlak hangt af van het gewicht van mij en mijn fiets en van de luchtdruk in de band. Hoe hoger de druk in de band, hoe kleiner het platte vlak wordt. Gevoelsmatig zal iedereen het hier wel mee eens zijn.
Maar de werktuigbouwer in mij zegt dan dat de grootte van het platte vlak eenvoudig te berekenen is: gewicht gedeeld door druk is oppervlak.
Stel 75 kg gewicht gedeeld door een druk van 7,5 bar(7,5 kg/cm2) is een plat oppervlak van 10 vierkante cm.
Bij een bandbreedte van 25 mm (2,5 cm) is de totale lengte, twee wielen dus, van het vlak 10 cm2 gedeeld door 2,5 cm is 4 cm of 2 cm plat vlak per wiel! Dit is de koorde.
Gemakshalve ga ik er van uit dat de band niet breder wordt als hij wordt ingedrukt. Als dit wel zo zou zijn dan weten we niet hoeveel maar de oppervlakte van het platte vlak blijft immers toch onveranderd.
Het platte vlak veroorzaakt een situatie waarin je als het ware steeds tegen een drempeltje oprijdt; rolweerstand. Hoe hoog dat drempeltje is kunnen we uitrekenen.
Ik neem mijn B’Twin en mijn Cannondale als voorbeeld.
B’Twin met 35 mm banden, druk 3,4 tot 5,1 bar.
Cannondale 25 mm banden, druk 5,0 tot 7,0 bar.
Van beide banden is het eenvoudig de koorde uit te rekenen, bij zowel de minimale druk als de maximale druk. Vervolgens kun je met de radius van de band en de halve koorde uitrekenen hoe groot de loodlijn is tussen as en koorde met behulp van Pythagoras, dus de kortste afstand van asfalt tot as. Hoeveel de band is ingedrukt.
We weten dan hoe hoog het drempeltje is waar we continu tegenop rijden. Wat blijkt is onverwacht, en niet de moeite van het discussiëren waard.
Deze berekening zegt dat het klopt dat bij dezelfde druk in de banden de indruk van de smalle band langer is dan van de brede. De drempel is dus iets hoger.
Maar waar hebben we het over? In alle gevallen; smalle band - brede band, hoge druk - lage druk, benadert de indrukking niet eens een millimeter! De verschillen “bij gelijke druk” hebben voornamelijk een theoretisch betekenis. En bij tijdritten?
Als topsport in het wielrennen betekent dat elke tegenwerkende kracht zo klein als maar mogelijk gemaakt moet worden dan is de juiste band en druk één zo’n factor. Voor ons niet de moeite waard om over na te denken.
Zie onderstaande berekening;
De 25mm band is bij 5 bar tot 349,58 mm ingedrukt,
De 35 mm band bij 5,1 bar tot 349,79 mm ingedrukt.
Een verschil van 0,21 mm in het voordeel van de brede band. Ik beken schuld: de berekening van de 35mm band gaat uit van 5,1 bar in plaats van 5,0 bar. Maar met deze waarden als uitkomst vind ik het niet de moeite waard om de brede band bij 5 bar uit te rekenen.
Conclusie: wij amateur racefietsers hoeven ons niet druk te maken over rolweerstand van smalle- versus brede banden, het is een te verwaarlozen factor.
Berekening:
Uitgangspunt is een wieldiameter van 700 mm, radius 350 mm en een gewicht van 85kg voor fiets plus berijder.
Band: Cannondale 25 mm of 2,5 cm. Druk: 5,0 tot 7,0 bar.
Gewicht gedeeld door druk is oppervlak.
Bij 7 bar: 85kg/7kgcm2=12cm2.
Per wiel 6cm2. Lengte plat vlak 6cm2 / 2,5cm = 2,4cm of 24mm.
As tot asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*24)^2)= 349,79mm.
Bij 5 bar: 85/5=17cm2.
Per wiel 8,5 cm2. Lengte plat vlak 8,5cm2 / 2,5cm = 3,4cm of 34mm.
As-asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*34)^2)= 349,58mm.
Band: B’Twin 35 mm of 3,5 cm. Druk 3,4 tot 5,1 bar.
Bij 5,1 bar: 85/5,1=16,6cm2.
Per wiel 8,3cm2. Lengte plat vlak 8,3cm2 / 3,5cm=2,3cm of 23mm.
As-asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*23)^2)=349,79mm.
Bij 3,5 bar: 85/3,4=25cm2.
Per wiel 12,5cm2. Lengte plat vlak 12,5cm2 / 3,5cm=3,6cm of 36mm.
As-asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*36)^2)=349,53mm.
Opmerkingen:
Uitgangspunt is dat de band bij belasting niet breder wordt. Of dit juist is kan betwijfeld worden maar de uitslag zal er niet dramatisch anders van worden omdat het oppervlak recht evenredig is met de belasting.
Geschreven “350^2” betekent het kwadraat van 350.
Geschreven “cm2” betekent vierkant centimeter.
Geschreven “/“ betekent gedeeld door
Bij een techneut zoals ik begint dan in mijn brein een stel radertjes te draaien: hoezo? Waarom?
Als ik op de fiets ga zitten ontstaat een evenwichtssituatie. De band wordt iets ingedrukt, er ontstaat een plat vlak, een koorde van een denkbeeldige cirkel.
De grootte van het platte vlak hangt af van het gewicht van mij en mijn fiets en van de luchtdruk in de band. Hoe hoger de druk in de band, hoe kleiner het platte vlak wordt. Gevoelsmatig zal iedereen het hier wel mee eens zijn.
Maar de werktuigbouwer in mij zegt dan dat de grootte van het platte vlak eenvoudig te berekenen is: gewicht gedeeld door druk is oppervlak.
Stel 75 kg gewicht gedeeld door een druk van 7,5 bar(7,5 kg/cm2) is een plat oppervlak van 10 vierkante cm.
Bij een bandbreedte van 25 mm (2,5 cm) is de totale lengte, twee wielen dus, van het vlak 10 cm2 gedeeld door 2,5 cm is 4 cm of 2 cm plat vlak per wiel! Dit is de koorde.
Gemakshalve ga ik er van uit dat de band niet breder wordt als hij wordt ingedrukt. Als dit wel zo zou zijn dan weten we niet hoeveel maar de oppervlakte van het platte vlak blijft immers toch onveranderd.
Het platte vlak veroorzaakt een situatie waarin je als het ware steeds tegen een drempeltje oprijdt; rolweerstand. Hoe hoog dat drempeltje is kunnen we uitrekenen.
Ik neem mijn B’Twin en mijn Cannondale als voorbeeld.
B’Twin met 35 mm banden, druk 3,4 tot 5,1 bar.
Cannondale 25 mm banden, druk 5,0 tot 7,0 bar.
Van beide banden is het eenvoudig de koorde uit te rekenen, bij zowel de minimale druk als de maximale druk. Vervolgens kun je met de radius van de band en de halve koorde uitrekenen hoe groot de loodlijn is tussen as en koorde met behulp van Pythagoras, dus de kortste afstand van asfalt tot as. Hoeveel de band is ingedrukt.
We weten dan hoe hoog het drempeltje is waar we continu tegenop rijden. Wat blijkt is onverwacht, en niet de moeite van het discussiëren waard.
Deze berekening zegt dat het klopt dat bij dezelfde druk in de banden de indruk van de smalle band langer is dan van de brede. De drempel is dus iets hoger.
Maar waar hebben we het over? In alle gevallen; smalle band - brede band, hoge druk - lage druk, benadert de indrukking niet eens een millimeter! De verschillen “bij gelijke druk” hebben voornamelijk een theoretisch betekenis. En bij tijdritten?
Als topsport in het wielrennen betekent dat elke tegenwerkende kracht zo klein als maar mogelijk gemaakt moet worden dan is de juiste band en druk één zo’n factor. Voor ons niet de moeite waard om over na te denken.
Zie onderstaande berekening;
De 25mm band is bij 5 bar tot 349,58 mm ingedrukt,
De 35 mm band bij 5,1 bar tot 349,79 mm ingedrukt.
Een verschil van 0,21 mm in het voordeel van de brede band. Ik beken schuld: de berekening van de 35mm band gaat uit van 5,1 bar in plaats van 5,0 bar. Maar met deze waarden als uitkomst vind ik het niet de moeite waard om de brede band bij 5 bar uit te rekenen.
Conclusie: wij amateur racefietsers hoeven ons niet druk te maken over rolweerstand van smalle- versus brede banden, het is een te verwaarlozen factor.
Berekening:
Uitgangspunt is een wieldiameter van 700 mm, radius 350 mm en een gewicht van 85kg voor fiets plus berijder.
Band: Cannondale 25 mm of 2,5 cm. Druk: 5,0 tot 7,0 bar.
Gewicht gedeeld door druk is oppervlak.
Bij 7 bar: 85kg/7kgcm2=12cm2.
Per wiel 6cm2. Lengte plat vlak 6cm2 / 2,5cm = 2,4cm of 24mm.
As tot asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*24)^2)= 349,79mm.
Bij 5 bar: 85/5=17cm2.
Per wiel 8,5 cm2. Lengte plat vlak 8,5cm2 / 2,5cm = 3,4cm of 34mm.
As-asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*34)^2)= 349,58mm.
Band: B’Twin 35 mm of 3,5 cm. Druk 3,4 tot 5,1 bar.
Bij 5,1 bar: 85/5,1=16,6cm2.
Per wiel 8,3cm2. Lengte plat vlak 8,3cm2 / 3,5cm=2,3cm of 23mm.
As-asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*23)^2)=349,79mm.
Bij 3,5 bar: 85/3,4=25cm2.
Per wiel 12,5cm2. Lengte plat vlak 12,5cm2 / 3,5cm=3,6cm of 36mm.
As-asfalt is: wortel(350^2 - (1/2*36)^2)=349,53mm.
Opmerkingen:
Uitgangspunt is dat de band bij belasting niet breder wordt. Of dit juist is kan betwijfeld worden maar de uitslag zal er niet dramatisch anders van worden omdat het oppervlak recht evenredig is met de belasting.
Geschreven “350^2” betekent het kwadraat van 350.
Geschreven “cm2” betekent vierkant centimeter.
Geschreven “/“ betekent gedeeld door