Lactaat wordt onder sporters (en sportjournalisten) nog steeds gezien als stof die met pijn en vermoeidheid tijdens het sporten te maken heeft, de verzuring. ‘Ik kon niet meer, ik was totaal verzuurd.’ Klopt dat nog wel?
Tekst: Yneke Kootstra
Er werd altijd gedacht dat je vooral lactaat produceerde bij een tekort aan zuurstof. Het blijkt echter dat er continu lactaat wordt geproduceerd in je cellen. Uit onderzoek waarin sporters extra lactaat kregen toegediend, bleek dat deze sporters zelfs beter gingen presteren. En in een onderzoek waarin lactaat in een duim werd gespoten, voelden proefpersonen geen pijn of vermoeidheid. Pas als er ADP en H+ (waterstofionen) werden ingespoten, werd er een pijnprikkel doorgegeven aan de hersenen.
Men vermoedt nu dat met name die waterstofionen tot vermoeidheid leiden. Lactaat stijgt bij flinke inspanning, omdat het niet voldoende opgenomen wordt door de mitochondriën – de energiefabriekjes van je cellen. Dat komt doordat de mitochondriën het lactaat niet snel genoeg kunnen omzetten in energie. Lactaat geeft dan ook een (trainings)prikkel om het aantal mitochondriën te verhogen en de effectiviteit van de mitochondriën te verbeteren. Ook bevordert lactaat de groei en vermeerdering van bloedvaatjes naar de spieren, om zo de zuurstoftoevoer te verbeteren.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Lactaat
Lactaat blijkt ook een energiebron, voor hersenen, hart én spieren. Het is zelfs zo dat je duursportspiervezels lactaat produceren dat in je sprintspiervezels (die het zelf niet kunnen maken) als brandstof kan dienen. Maar lactaat heeft nog meer functies. Het is ook een hormoonachtige stof die invloed heeft op tal van processen. Lactaat speelt bijvoorbeeld een rol bij ontstekingen, wondgenezing, leren en het geheugen.
Een ander leuk effect van lactaat is dat het je hongergevoel kan remmen. Je herkent het vast wel, dat je na een uurtje intensief sporten het eerste uur geen honger hebt (terwijl je toch veel energie verbruikt hebt). Wanneer wielrenners lang en rustig fietsen, heeft dat geen effect op hun hongergevoel. Maar als ze intensieve sprintjes gaan trekken, en dus meer lactaat produceren, wel. Alsof het lichaam eerst het lactaat wil opruimen voordat er weer gegeten hoeft te worden.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."