Hooikoorts is een onschuldig kwaaltje, maar kan toch erg irritant zijn en je flink hinderen in het dagelijks leven én op de fiets. Wat is het, wat doet het en vooral: hoe vermijd je die pesterige pollen zoveel mogelijk?

Tekst: Elias de Bruijne

Jeukende ogen, een verstopte of onophoudelijk lopende neus, niezen, soms ook hoofdpijn, keelpijn of lichte benauwdheid: grote kans dat je de symptomen van hooikoorts – een allergische reactie op pollen (stuifmeel) van bomen, grassen en kruiden – kent, want het komt veel voor. Volgens het Leids Universitair Medisch Centrum, een van de organisaties die met de ‘polleninformatiedienst’ de dagelijkse pollenconcentratie in de lucht meet, heeft ‘ongeveer 20 procent van de Nederlanders gedurende een periode van een aantal jaren lichte tot ernstige hooikoortsklachten’.

Bij die 20 procent zitten uiteraard ook wielrenners, voor wie de overdreven reactie van het afweersysteem misschien wel vervelender is dan voor de doorsnee persoon. Want ja, die kostbare conditie… Een bekend voorbeeld is Alberto Contador. In 2010 vreesde de Spanjaard aan de vooravond van Luik-Bastenaken-Luik 2010 niet zozeer het parcours, maar vooral die ene vervelende zwakke plek in zijn gestel: “Zondag zal het voor mij van de vorm van de dag afhangen. Ik ben vooral bang voor mijn pollenallergie.” Zijn negende plek was zo slecht nog niet, maar toch: iedere wielrenner is allergisch voor allergische reacties. Want ja, die kostbare conditie…

RAST-test

Wat is hooikoorts precies? Het is in ieder geval géén koorts, trapt sportarts en wieler-, mountainbike- en triatlontrainer Guido Vroemen een open deur in. “Dat is toch altijd mooi, om daarmee te beginnen”, klinkt het vrolijk. Wat het dan wel is? Een allergische reactie op bepaalde stoffen – vaak pollen – die in de lucht zitten. “In je lichaam zitten mestcellen, een type witte bloedcellen die een belangrijke rol spelen in ons afweersysteem, en die mestcellen laten in reactie op de pollen het stofje histamine vrijkomen. Die histamine zorgt voor de typische hooikoortsklachten, zoals een kriebelende neus, waterige ogen, snot en vermoeidheid. Soms zijn de klachten heel algemeen, zoals van vermoeidheid, en denken mensen: heb ik nou zoveel getraind of slecht geslapen? Maar vaak hebben ze dan gewoon last van de pollen.”

Hoeveel last je hebt van pollen en voor welk type pollen je allergisch bent, verschilt per persoon. De hoeveelheid pollen in de lucht verschilt per weertype – regen ‘wast’ de pollen uit de lucht – en per periode: meestal ligt de piek van het hooikoortsseizoen in mei en juni. Dat heeft te maken met de bloeitijd van bomen en planten. Er zijn speciale pollenkalenders waarop je precies kunt zien wat de bloeiperiode is van bepaalde planten en bomen en er bestaan ook apps met zulke informatie. Om daar optimaal gebruik van te kunnen maken, is het handig om te weten voor welk(e) type(s) pollen je allergisch bent. Dat kun je testen met een RAST-test (Radioallergosorbent-test), vertelt Vroemen.

“De RAST-test wordt gedaan door middel van bloedonderzoek, waarbij wordt gekeken naar de aanwezigheid van specifieke IgE-antilichamen. Bij de huidtest wordt een kleine hoeveelheid van een mogelijk allergene stof op de huid aangebracht en wordt vervolgens gekeken wat de reactie hierop is. Maar er zit er ook een nadeel aan die kennis. Het gevaar is dat je doorslaat en er op een gegeven moment te veel mee bezig bent, en je vooraf al zorgen gaat maken. ‘Shit, nu komt het seizoen er weer aan!’”

Minder energie

Voor de meeste mensen is hooikoorts letterlijk irritant maar verder onschuldig. Voor wielrenners, voor wie kleinere schommelingen in de fysieke conditie vaak belangrijker zijn, kan de impact groter zijn. Dat is vooral zo als je er langdurig last van hebt en daardoor niet normaal kunt trainen, zegt Vroemen. “Op het moment dat je last hebt van hooikoortsklachten ben je minder goed belastbaar, want de klachten beperken je prestatievermogen. Je zuurstofopname is op zich nog wel in orde, maar door de klachten kun je vaak toch minder goed trainen. Verder ben je vaak vermoeider dan normaal en kost de afweerreactie van het lichaam je energie. Die energie mis je vervolgens in je training en ook in je herstel. Als je één dag veel last hebt van hooikoorts gaat je conditie niet opeens achteruit, maar als je een aantal weken lang last hebt en daardoor niet goed kunt trainen, kan dat wel het geval zijn.”

Dat wil je natuurlijk niet, dus is de vraag: hoe beperk je de klachten? Dat is nog niet zo simpel – of juist wel: voorkomen dat je pollen binnenkrijgt. Maar goed, dát is dus niet simpel. In de bergen hebben mensen in de regel minder last omdat daar minder planten en bomen en dus pollen zijn, en ook aan de kust trainen kan een slimme oplossing zijn, want daar waait de wind vaak vanuit zee en vanaf zee komen geen pollen. Je zou in theorie je trainingsrondje zelfs kunnen aanpassen op de aanwezigheid van grassen, planten en bomen met pollen waar je allergisch voor bent, maar dat is bijna ondoenlijk.

Dus, echt voorkomen? Dat is lastig, zegt Vroemen. “Je kunt hoogstens maatregelen nemen zodat je minder klachten ervaart. De meest effectieve maatregelen zijn histamineremmers, zoals Ceterizine en Zyrtec. Die zou ik zeker nemen, want anders heb je onnodig veel last van je allergie. Overigens werken die pillen niet bij iedereen: sommige mensen merken nauwelijks effect van zulke histamineremmers. Waarschijnlijk hebben zij zoveel last van de pollen dat de histamineremmende medicatie simpelweg onvoldoende is.”

Knetterrode ogen

Er zijn nog meer trucjes om de hooikoorts in de kiem te smoren. Naar verluidt droeg Contador tijdens trainingen regelmatig een buff over mond en neus om de pollen buiten te houden, maar is dat efficiënt? Vroemen denkt van wel. “Pollen komen binnen via de neus, mond en ogen, waar ze de slijmvliezen prikkelen. Een buff zal de klachten niet volledig voorkomen, maar als je de inhalatie van die allergenen kunt beperken, zou ik het zeker doen. Hetzelfde geldt voor een bril. Daarmee bescherm je je ogen en voorkom je dat de pollen het bindvlies – de beschermende buitenzijde van de oogbol – irriteren. Daar krijg je die knetterrode ogen van. Er zijn zelfs mensen die wat vaseline onder hun neus smeren, zodat het stuifmeel daar een beetje blijft plakken. Het zal niet heel veel helpen, maar alle beetjes zijn meegenomen.”

Wie echt heel veel last heeft, kan ten slotte nog zijn heil zoeken in immunotherapie, zegt Vroemen. “Dat noemen we desensibilisatie: een behandeling waarbij je steeds een klein beetje van de stof waar je allergisch voor bent krijgt toegediend om je minder gevoelig voor die stof te maken. Deze methode wordt bijvoorbeeld ook gebruikt bij mensen die overgevoelig zijn voor bijen- of wespengif: die krijgen steeds een heel klein beetje gif toegediend zodat de reactie van het lichaam daarop steeds kleiner wordt. Maar zo’n soort behandeling kost heel veel tijd en moeite.”

Gelukkig zorgen bij veel mensen anti-allergiepilletjes, een bril of misschien zelfs een buff à la Contador al voor best wat verlichting. Over verlichting gesproken: die remedie van de kust en de bergen klinkt ook niet verkeerd. Tot na het pollenseizoen!

Meer informatie? Zie: umcg.nl/-/hooikoorts-behandeling en apotheek.nl/medicijnen/cetirizine