Van amateurs op vakantie tot profrenners die er op hoogtestage gaan: Tenerife en Gran Canaria zijn populaire voorjaarsbestemmingen onder racefietsers. Erwin Sikkens gooide het over een andere boeg en ging er onverhard eilandhoppen. Een contrastrijke gravelreis over het vulkanische gesteente van de Canarische Eilanden.

Tekst: Erwin Sikkens

Ik bezocht de Canarische Eilanden al eens in 2021, toen ik deelnam aan de GranGuanche Audax, een langeafstandsrace voor bikepackers. De route leidde ons op een moordend tempo over de bekendste eilanden, van Lanzarote in het oosten tot La Palma in het westen. Maar wat in de basis een heel mooie reis was, voelde destijds als een uitputtingstocht. Dag en nacht fietste ik over de eilanden, waarbij de focus voornamelijk op de paar meter gravel bij mijn voorband lag. Vooral ’s nachts moest ik goed opletten waar ik fietste en viel er weinig om me heen te kijken.

Desalniettemin kreeg ik genoeg mee van de eilanden en ze maakten behoorlijk indruk. De twee belangrijkste lessen die ik na GranGuanche mee naar huis nam waren ‘nog eens terugkeren’ en, in dat geval, ‘vooral minder hard fietsen’. Ik kon mijn geluk dan ook niet op toen ik op uitnodiging van Matteo van Outer Detours, de organisator van de race, mocht terugkeren om de route nog eens te beleven. Ditmaal niet als race, maar als begeleider van een compleet verzorgde party-pace-gravelreis: de perfecte gelegenheid voor een tweede eerste indruk.

Lanzarote: de start

De Canarische Eilanden zijn vulkanisch, en dat is als je op Lanzarote arriveert meteen duidelijk. Het eerste eiland van de reis is gitzwart en wordt gekenmerkt door de vele uitgedoofde vulkanen. Tijdens een rustige verkenningsrit, de avond voor de reis officieel begint, zie ik hoe het vulkanische zwart enkel wordt onderbroken door spierwitte dorpjes en af en toe een verdwaalde palmboom. Wat het meest in het oog springt is echter het rotsige landschap waar we aan het einde van deze rit tegenaan rijden. Zover het oog reikt, kijken we uit over een afgekoelde lavastroom van scherpe stenen. Het uitzicht houdt het midden tussen Mordor uit The Lord of The Rings en een warme variant van IJsland. Een prachtige plek.

Wanneer we een dag later de groep bij elkaar hebben en de eerste officiële reiskilometers over het eiland afleggen, zien we geleidelijk steeds meer variatie in het landschap. In het noorden bedwingen we om de benen te testen een gravelklim van zo’n 10 kilometer, door een halfgroene oplopende vallei. Langs de kust fietsen we juist over zandkleurige paden, terwijl we uitkijken over de strakblauwe oceaan en het kleinere eiland La Graciosa, even verderop. De route bevat een mix van ondergronden en achter iedere bocht gaat een nieuw indrukwekkend landschap schuil.

Op de tweede dag vervolgen we op relaxed tempo onze reis richting het zuiden en we zien eens te meer dat Lanzarote veel meer dan enkel een zwart eiland is. Vanaf relaxte surfdorpjes aan de kust rollen we over rustige gravelwegen langs vulkanen in alle kleuren. We wisselen ze af met ruwe rotskusten en vulkanische singletracks, slingerend door een ruig maar prachtig landschap. Voor een beetje extra vakantiegevoel stoppen we bij een lokale wijnboerderij.

Hoewel je het in dit kale landschap niet zou verwachten, wordt op Lanzarote wel degelijk aan wijnbouw gedaan. Alleen zie je hier geen wijnranken zoals in een Frans landschap, maar groeien de druiven in kuilen laag bij de grond, om ze te beschermen tegen de wind die hier hard kan waaien. Het blijft immers een eiland.

Fuerteventura: vakantiegevoel

Na een oversteek van nog geen 30 minuten komen we aan op het tweede eiland. Hier weten ze pas echt wat wind is, dusdanig zelfs dat het de naam van het eiland bepaalde. Fuerteventura vertaalt naar ‘sterke wind’, hoewel ventura ook ‘geluk’ betekent. Het blijkt allebei te kloppen. Komende vanaf het noorden hebben we de stormachtige wind het hele eiland in onze rug, we hebben het geluk dus aan onze zijde. Je moet er niet aan denken om hier tegen de wind in te moeten fietsen.

Het landschap op Fuerteventura is als op Lanzarote, maar toch compleet anders. Wanneer we de eerste tientallen kilometers over gravelwegen langs de kust rijden, kijken we landinwaarts uit op vulkanen met een hoogte tot ongeveer 800 meter. Het eiland heeft net als Lanzarote een woestijnklimaat, maar ziet er met z’n warme aardetinten in tegenstelling tot Lanzarote ook daadwerkelijk uit als een woestijn.

Met zo’n 24 graden en wind in de rug rollen we heerlijk verder, tot we bij een lokaal barretje aan de kust stoppen voor een portie papas arrugadas. Deze kleine, rimpelige aardappelen, gekookt in zeewater, vormen een typisch Canarisch gerecht en zijn op alle eilanden te krijgen. Naast dat ze lekker smaken, vormen ze perfecte energiebommetjes voor het tweede deel van het eiland. Vanaf de kust draaien we landinwaarts en zullen we de rest van Fuertenventura voornamelijk klimmen en dalen.

Niet overal is perfect gravel te vinden, maar de mix tussen onverharde en verharde wegen is heerlijk, evenals de uitzichten die we regelmatig over het eiland hebben. Het lege landschap is indrukwekkend en doet me denken aan de woestijn van Marokko. We zijn hier gevoelsmatig alleen op de wereld, toch is overal beschaving te vinden. Een hele fijne combinatie. Fuerteventura is te groot om ontspannen gravellend in één keer over te steken en we overnachten dan ook in een fijn hotel op zo’n tweederde van het eiland. Na twee relatief lange dagen in het zadel, genieten we de derde dag van een rustdag. We leggen slechts 30 kilometer af en stoppen bij een lagune voor een duik in de oceaan. Vakantiegevoel ten top.

Gran Canaria: steil omhoog

De wekker gaat vroeg om het ochtendveer naar onze volgende Canarische bestemming te pakken. Vanwege de harde wind en ruige zee tijdens de twee uur durende overtocht, kiezen we ervoor om het ontbijt uit te stellen tot in het historische centrum van Las Palmas de Gran Canaria. Het contrast met de vorige twee eilanden is meteen duidelijk. Hier geen kale open landschappen en lage bergen, maar hoge, in nevel gehulde bergtoppen, rotskusten en door regelmatige nattigheid groene ravijnen.

Het eiland kent vele beklimmingen, allemaal lang en de een nog steiler dan de ander. Zo ook onze deels onverharde beklimming van de hoogste top, de Pico de las Nieves. Hoewel we geen sneeuw zullen aantreffen op de top, zijn de temperaturen boven een stuk lager dan we tot nu toe gewend zijn. We laten de stad achter ons liggen en fietsen via indrukwekkende ravijnen omhoog over gravel, asfalt en beton.

Iedereen die weleens in Spanje fietste, weet dat wegen van beton er weinig goeds betekenen. Dáár is het pas echt steil. We prijzen ons dan ook gelukkig met onze lichte gravelverzetten, terwijl we ons traag peddelend en soms wandelend een weg omhoog banen. Terwijl we langzaam in de wolken verdwijnen, verandert het bos om ons heen steeds meer in een regenwoud. Het is nat en fris en de jasjes gaan aan. Het hotel op de top geeft normaliter een indrukwekkend uitzicht over het eiland, met aan de horizon Tenerife. Maar tijdens ons verblijf moeten wij het doen met een dicht wolkendek.

Bij het openslaan van de gordijnen de volgende ochtend volgt hetzelfde beeld, maar we weten dat we direct na de start zullen dalen en al snel aan de wolken zullen ontsnappen. Zoals verwacht breekt de lucht vrij snel na de start open, terwijl we richting de laatste veerboot van onze reis trekken. Hoewel de dag nat begint, maakt de regenboog en de even later zonnige gravelafdaling richting een slingerende kustweg alles meer dan goed. Het weer geeft een mooi en dramatisch effect aan een al even mooi en dramatisch eiland.

Tenerife: contrasten

We zijn keurig op tijd in de haven van Agaete, waar we na een lunch de middagboot naar onze laatste bestemming nemen. De wederom wilde zee voert ons ditmaal naar Tenerife, het grootste en misschien wel bekendste eiland van de archipel. Daar waar de eilanden onderling al verschillen, kent Tenerife zelf ook grote contrasten. De belangrijkste oorzaak daarvan is de aanwezigheid van de Teide, een vulkaan van 3.718 meter hoog en daarmee meteen de hoogste berg van heel Spanje. Hij vormt een natuurlijke barrière voor de wolken, die veelal vanaf het noorden het eiland bereiken. Door dit natuurlijke fenomeen is het noorden van Tenerife veel groener en vochtiger dan het droge en warme zuiden.

Wanneer wij er aankomen, laten we de haven van Santa Cruz de Tenerife meteen achter ons en sturen noordwaarts. We willen alle facetten van het eiland ervaren en zullen hier onze laatste twee dagen van onze reis spenderen. Tijdens het tweede deel van de middag beklimmen we zodoende het in het noorden gelegen Anaga-gebergte. In het indrukwekkende landschap zijn weinig gravelwegen te vinden, maar ook over het asfalt is het hier erg mooi. Bovenaan de klim slingeren we over gravel door mistige corridors van groen, alvorens we in de schemer aankomen in La Laguna, een koloniaal aandoend stadje waar we zullen overnachten.

Wanneer we ontwaken wacht ons de laatste rit, naar het hoogste punt van de reis. Een koninginnenrit zo je wilt. Aangezien je niet naar de echte top van de Teide kunt fietsen, is het bereiken van de 2.330 meter hoge Izaña-top het hoogst haalbare alternatief. Dat klimmen gaat deels over gravel, maar het grootste deel leggen we over de weg af. Noodgedwongen, want grote bosbranden in 2023 maakten enkele gravelwegen tijdelijk onbegaanbaar. Maar uit mijn vorige ervaring hier weet ik hoe geweldig ook deze paden zijn. De beklimming over de weg is overigens ook geen straf en zo gaat het zo’n 50 kilometer lang gestaag omhoog, steeds verder de mist in.

Ook op Tenerife heeft het wolkendek grote delen van het eiland overgenomen en waar je normaliter boven de wolken uit fietst, blijft de indrukwekkende blik op de Teide nu helaas uit. In de afdaling maken de zwartgeblakerde boomstammen die opdoemen uit de mist plaats voor een zonnige gravelweg door indrukwekkende lavavelden. Tussen de naaldbomen en vulkanische rotsen door genieten we van uitzichten over het eiland en mogen we waar de gravelweg verdwenen is zelfs nog even van de fiets voor een avontuurlijke, maar mooie wandeling door een kloof. Het zijn allemaal ingrediënten die deze reis tot het laatst aan toe bijzonder maken.

Unieke ervaring

Wanneer we na aankomst in het zuiden van Tenerife genieten van een drankje in de zon, blikken we terug op een fantastische gravelreis. De Canarische Eilanden zijn stuk voor stuk zo anders en indrukwekkend, dat je over ieder eiland een boek zou kunnen schrijven. Welk eiland je ook bezoekt, je kunt er eenvoudig een week verblijven zonder verveeld te raken. Maar waarom zou je kiezen? De belangrijkste eilanden combineren, zoals wij deden, leverde ons een indrukwekkende en unieke ervaring op. Local Matteo stuurde ons met de gravelbike naar de mooiste plekken waar je met de auto of zelfs racefiets nooit zult komen.

Het hoppen van eiland naar eiland en het constante klimmen en dalen maakt de reis niet alleen avontuurlijk, maar ook sportief – met genoeg tijd voor ontspanning. Het is zeker een van de mooiste en meest contrastrijke reizen die ik ooit maakte. Ik kan eerlijk gezegd nu al niet wachten tot ik er weer eens op avontuur mag.