Als prof werd Léon van Bon ooit Nederlands kampioen op een Ridley, maar dat was toch echt een ander soort racer dan hij nu mag testen. De Grifn is gemaakt om mee te racen én te gravelen.
Er zijn meer soorten sportieve fietsen dan ooit op de markt: aeroracers, comfortracers, allrounders, gravelfietsen, crossbikes, een keur aan mountainbikes, en van bijna ieder soort ook nog modellen met trapondersteuning. Het is allemaal erg veel. Te veel, vindt Ridley. Als oplossing voor dit luxeprobleem heeft het Vlaamse fietsenmerk de Grifn ontworpen. Hij wordt gepresenteerd als de ‘N+1 killer’. N+1 is de befaamde formule voor het aantal fietsen dat je zou willen of moeten bezitten, waarbij N staat voor het aantal fietsen dat je hebt.
Bedoelt Ridley hiermee te zeggen dat de Grifn alle andere fietsen overbodig maakt? Nou nee, dat nu ook weer niet, nuanceren de Belgen hun eigen brute uitspraak. Natuurlijk bestaat er geen fiets die alles kan, daar is het spectrum veel te breed voor. De Grifn moet een hybride zijn van een wegen een gravelfiets. Als Ridley die brug weet te slaan, dan zou dat al een prestatie van formaat zijn.
Ridley Grifn
Ridley is gevestigd in Paal, Beringen, vlakbij Hasselt, waar ik een tijd heb gewoond. Toen Ridley in 1997 zijn deuren opende, was het nog vooral een spuiterij. Op een dag kwam een van de rijkste Limburgers naar Ridley om een aantal fietsen te kopen voor de autocoureurs van zijn rallyraceteam. Toen deze Paul Kumpen (de oudoom van Max Verstappen) naar buiten liep, had hij volgens de overlevering niet alleen de fietsen gekocht, maar het hele bedrijf. Het was het begin van Ridley als ambitieuze, internationaal opererende fietsfabrikant. Geen idee of het ook echt allemaal zo gegaan is, maar het is wel een mooi verhaal. In de jaren dat ik bij Lotto reed, zat ik dagelijks op een Ridley. De fiets beviel toen prima. Ik werd er in Rotterdam Nederlands kampioen mee, waarna ik van de fabrikant gelijk een mooie nieuwe fiets in de Nederlandse driekleur kreeg.
Nu hebben de Vlamingen opnieuw een mooie fiets voor me geregeld. Want het moet gezegd: de Grifn ziet er prima uit. Wat gelijk opvalt is dat hij een vrij lange balhoofdbuis heeft. Dat ziet er niet supersnel uit, maar het past wel bij een comfort- en gravelbike. De vorm van de buizen is typisch Ridley: het frame oogt chique en doordacht. De witte lak van mijn testfiets is niet standaard. De Grifn is verkrijgbaar in een aantal standaardkleuren, maar voor 100 euro extra kun je zelf je eigen lak kiezen. Dat is toch superleuk.
Alles kan erop en eraf
De kabels lopen allemaal mooi binnendoor. Er zitten bevestigingspunten op het frame om tassen en/of spatbordjes te kunnen bevestigen. Je kunt zelfs een naafdynamo monteren en de kabels netjes binnendoor naar je licht laten lopen. Handig wellicht voor forenzen en langeafstandsfietsers. De fiets geeft ruimte aan maximaal 40 millimeter-banden, maar dan moet je wel voor een setup met één voorblad
kiezen. Met een dubbel voorblad is er ruimte voor banden tot maximaal 38 millimeter, en met spatborden loopt de breedte terug tot 32 millimeter. Mocht je een 1X-setup willen: de voorderailleurhanger is te verwijderen, dat oogt wel zo clean.
De geometrie van de fiets zit, zoals je kunt verwachten van een hybride, tussen een gravelfiets en een wegfiets in. Hij is niet zo lang als een gravelfiets, wat hem reactief en wendbaar genoeg moet maken voor de weg, terwijl hij nog altijd genoeg stabiliteit en controle biedt voor offroad. Heel benieuwd of dat straks ook mijn ervaring is. De fiets is degelijk afgemonteerd met Shimano 105 Di2. Een 140 millimeter schijf voor en 160 millimeter schijf bieden goede controle over je remkracht. Het zadel is van Selle Italia en de banden van Vittoria: de Corsa N.EXT. De rest van de onderdelen zijn van het huismerk Forza: een mooie aero wegcockpit en Levanto Gravel DB-wielen met een fraaie 38 millimeter hoge velg. Deze twee accenten geven de fiets net dat beetje extra flair.
Wikken en wegen
Het wordt tijd om te gaan fietsen. Ik vertrek zonder plan of route in mijn hoofd. Ik wil graag spontaan ergens een paadje in kunnen slaan, want dat is wat deze fiets zo interessant maakt: de mogelijkheid om meer wegen te rijden en nieuwe wegen te ontdekken. De fiets is nu vooral afgemonteerd voor de weg. Zelf zou ik denk ik meer voor een lichte gravelsetup gaan. Een paar lichte gravelbandjes, met weinig tot geen profiel in het midden, dat lijkt me ideaal. De maat van een testfiets is bij mij soms een beetje gokken, want ik zit ergens tussen een S en een M in. Ik heb nu een M, maar zodra ik wegrijd, weet ik dat een S beter was geweest. Ik heb nu het gevoel dat ik vrij hoog zit aan de voorkant. Oké, een maatje kleiner heeft ook een kortere bovenbuis, waardoor je alsnog meer rechtop zit. Maar dat had ik nog kunnen opvangen met een langere stuurpen. Tja, zo blijft het altijd een beetje wikken en wegen.
Neemt niet weg dat de eerste indruk goed is. De fiets stuurt strak en is redelijk wendbaar. De 32 millimeter-banden vind ik persoonlijk wat te breed, maar ik hou me vast aan het idee dat ik daar straks op gravel van kan profiteren. Ik heb een lekker tempo en wen snel aan de fiets. Het stuur ligt lekker in de hand en met mijn ellebogen gebogen zit ik nog best diep. Het naar buiten uitlopende gravelstuur is te doen, hoewel ik er in dit geval niet echt de meerwaarde van zie. Op deze fiets zul je immers vooral goedlopende gravelpaden nemen.
Bos in, bos uit
Ik zie een landweggetje opdoemen en ik sla links af. Dit is leuk! De gladde bandjes zoeken hun weg door de klei en over stenen. Het voelt eerst wel wat glad aan, maar naar een paar honderd meter krijg ik vertrouwen en durf ik wat gas te geven. In de bochten moet ik veel gas terugnemen. Er liggen bladeren en met deze banden en een redelijk hoge bandenspanning (5 bar) is het gewoon glad. Toch is het te doen. Ik draai de weg weer op en trek de Ridley weer op gang. Als ik dit kan doen met deze banden, dan word ik nu al blij als ik er straks 38 millimeter gravelbanden om gooi.
Na een halfuurtje op de weg krijg ik weer zin in een stukje bos. Het eerste pad sla ik in. De Limburgse klei maakt het me niet makkelijk, maar het gaat. Banden met wat profiel aan de zijkant zouden ook wel een goede optie zijn voor dit soort ritten: dan rij je vlot over asfalt en iets comfortabeler over gravelpaden. Ik geniet terwijl ik door de bossen rij. Het geeft nog meer het gevoel van vrijheid. Langs het kanaal rij ik naar huis. Het eerste ritje is meer dan geslaagd.
Stabiel en wendbaar
Ik ben altijd een beetje sceptisch als het om allroadfietsen gaat, omdat je steevast compromissen moet sluiten. Maar je kunt het ook van een positieve kant bekijken, en dan is de Grifn eigenlijk best een bijzondere fiets. Eentje die voor iedereen anders gaat zijn. De een zal voornamelijk een gravelsetup kiezen, de ander een wegconfiguratie. Een derde is misschien meer zoals ik, en zoekt de gulden middenweg. Is een extra set wielen een oplossing voor dit vraagstuk? Ja en nee. Aan de ene kant heb je dan twee prachtige setups, aan de andere kant mis je dat ‘hybridegevoel’ tijdens een rit. Wat zou jij doen.
Ik sta inmiddels weer klaar voor een rit door de Limburgse heuvels. Maar als ik Maastricht uit ben en de Bemelerberg nader… kies ik toch rechts het gravelpad. Het is een van mijn favoriete stukjes onverhard. De fiets vindt het ook prima: hij heeft er geen enkele moeite mee. Eenmaal terug op de weg check ik in een afdaling met bochten hoe reactief de fiets is. Ik moet voorzichtig doen, want er zit nog modder aan de zijkant van de banden. Maar de Grifn voelt stabiel en stuurt vrij gemakkelijk in en uit. Als ik aanzet reageert de fiets naar behoren en zoals verwacht. Dat zit dus ook goed.
Een serieuze kandidaat
De Ridley Grifn is vernoemd naar de griffoen, een mythisch fabeldier met het lichaam van een leeuw en de kop en vleugels van een adelaar. Een hybride, zeg maar, net als deze fiets. Uiteraard heeft Ridley consessies moeten doen: de Grifn is geen reactieve wegracer en ook geen allesverslindend gravelmonster. Dus zoek je graag de limieten op, dan gaat deze fiets je aerobike of diehard gravelfiets niet vervangen. Maar als jij niet per se de snelste hoeft te zijn, en graag af en toe even een ‘makkelijke’ gravelstrook meepakt, dan is deze fiets perfect voor jou. En ja, dan zou je inderdaad aan deze ene fiets genoeg hebben.
Het gewicht van de Grifn is 8,5 kilo inclusief pedalen, wat ik best mee vind vallen. Er zit tenslotte ook nog een 105 Di2-groepset op en die is niet de lichtste. Ook zijn de wielen aan de stevige en dus zware kant. Mocht ik maar één fiets mogen hebben, dan zou de Ridley Grifn een serieuze kandidaat zijn. Ridley is er prima in geslaagd om een brug te slaan tussen twee de weg- en gravelwereld, en ik denk dat veel mensen blij zullen zijn met deze fiets, ongeacht hoe ze ’m inzetten.
De geteste fiets komt op 5399 euro: pittig, maar als het je enige fiets is, valt het wellicht nog mee. De Grifn is verkrijgbaar in vijf maten (XS, S, M, L, XL) vanaf 3199 euro, met mechanische Shimano 105 of GRX 600. De duurste versie (5499 euro) heeft SRAM Rival eTap AXS.
Specificaties Ridley Grifn
Pluspunten: knap compromis, stabiel
Minpunten: zware wielen
Prijs: € 5.339,-
Frame/voorvork: carbon/carbon
Gewicht: 8,2 kilo (excl. pedalen)
Groep: Shimano 105 Di2 R7100, 50/34, 11-34, 140/160 mm
Wielen: Forza Levanto Gravel carbon
Banden: Vittoria Corsa N.EXT 32 mm
Zadel/zadelpen: Selle Italia XLR/Forza Cirrus Gravel
Stuur/stuurpen: Forza Cirrus Integrated Pro Gravel
Maten: XS, S, M, L, XL
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."