Voorzitter Pat McQuaid van de internationale wielrenunie UCI denkt dat de recente dopingonthullingen zijn sport weinig schade berokkenen. 

“De sport gaat verder zonder om te kijken naar een individu die tegen de lamp is gelopen”, vertelde de Ierse bestuurder rond de Aziatische kampioenschappen aan The Pioneer, een Engelstalige krant in India.

In januari bekende Lance Armstrong dat hij doping gebruikte in de jaren waarin hij domineerde in de Tour de France, tussen 1999 en 2005.

“Ten eerste is dat een zaak van tien, vijftien jaar terug. Destijds werden er middelen gebruikt die we niet konden opsporen”, aldus McQuaid.

“Ten tweede boeken we dagelijks progressie als het op controles aankomt. Wij zijn de enige sport die het biologisch paspoort volledig heeft geadopteerd. We hebben de zaak-Armstrong, de hele controverse, achter ons gelaten. Het was geen klap voor het wielrennen en ik denk niet dat het de sport een slecht imago heeft bezorgd.”

Rolmodellen

Volgens McQuaid zorgen de dopingverhalen er niet voor dat kinderen hun droom om wielrenner te worden opgeven.

“Ze moeten naar iconen van nu kijken. We hebben briljante atleten als Mark Cavendish en Bradley Wiggins die als rolmodel kunnen fungeren.”

McQuaids termijn als UCI-voorzitter loopt aan het eind van dit jaar af. Hij hoopt in september te worden herkozen.

© NUsport