De Cannondale Jekyll maakte naam tussen de korte beentjes van enduro-legend Jerome Clementz. Tegenwoordig zien we de fiets vooraan rijden in het vrouwenveld, onder aanvoering van Ella Conolly. De Jekyll is in 2021 vernieuwd en voorzien van een compleet herzien carbon frame met high-pivot suspension – hetzelfde concept als bij de GT Force die we in Fiets 2 van dit jaar bespraken. Dit zorgt ervoor dat obstakels veel beter door het achterwiel worden opgeslokt. Je rolt soepel over de stenen heen, in plaats van dat het wiel er tegenaan botst. Dit resulteert in meer controle en extra snelheid.

foto’s: Stan Koolen

Bekijk je de fiets vanaf de zijkant, dan lijkt hij geen demper te hebben. Nee, hij is niet geïntegreerd, zoals Scott dat doet, de demper zit los-vast verstopt in de onderbuis. De fiets heeft in de basis een vierpuntsveersysteem zoals we dat al vele jaren kennen. Alleen zijn hier de scharnierpunten totaal anders geplaatst, inclusief een hoger hoofddraaipunt. Dit maakt het extra derailleurwieltje noodzakelijk. Wat verder opvalt is de erg gave lak. Hoe de zon er ook op schijnt, de kleur is iedere keer weer anders.

Volkomen in balans

De Jekyll is boven alles een racer. Een endurobak geschikt om dondersrap een trail mee af te snellen, en op zijn tijd een bikepark mee te verslinden. De fiets voldoet aan alle moderne enduro standaarden, maar houdt zich ook aan de ruigere kant van het spectrum staande. Met dank aan de oversized onderdelen, oversized remmen, stevige Exo+ banden en de grootste luchtdemper die Fox in huis heeft.

De geometrie is zeer up-to-date, maar nergens extreem. Een behoorlijk steile zitbuis zorgt voor een goede zitpositie als het bergop gaat. Wat ook een enorm pluspunt lijkt, is de ‘meegroeiende’ achtervork. Vaak heeft een maatje S dezelfde korte achtervork als een XL, maar bij de Jekyll komt er per oplopende maat zo’n 5 millimeter bij. Voordeel hiervan is dat de fiets veel beter in balans is. Je kunt eenvoudiger je lichaamspositie boven het midden van de fiets centreren, wat ten goede komt aan bochtensnelheid en grip. Mijn testfiets maatje XL heeft een 2 centimeter langere wielbasis dan de meeste andere endurofietsen. Een zeer groot en duidelijk voelbaar verschil. De Jekyll is wellicht wat minder frivool, maar hij is dan ook niet bedoeld als rijdend speelgoed. Het is een 4×4 met een turbo erop.

Vertrouwd gevoel bergaf

Voor we de berg af kunnen rijden, zullen we hem eerst op moeten. De Jekyll is een middelmatige klimmer. Metde achterdemper dicht en zittend op het zadel kun je lekker naar boven stampen over asfalt. Maar echt steil klimmen (of vlakke trails rijden in Nederland) is eigenlijk een no-go. Afdalen is een totaal ander verhaal. Met zijn Fox X2- en Fox 38-dempers en SRAM Code RSC-remmen voelt de fiets al snel vertrouwd. Met deze componenten kan ik lezen en schrijven, waardoor ik de boel snel naar wens heb ingesteld. Klikje hier, klikje daar… Wel erg jammer is dat Fox sinds de tijd dat de fiets ontwikkeld is, de achterdemper vernieuwd heeft. Nu is de instelknop van de high-speed rebound van plaats veranderd en kun je hem niet meer aanpassen zonder de complete demper te demonteren. Dompertje.

In kort bochtenwerk dien je behoorlijk actief op de fiets te zitten om hem rond de bocht te sleuren. Heb je dit onder de knie, dan wordt de Jekyll ondanks zijn serieuze formaat een zeer wendbare fiets. Toch houdt hij meer van rechtdoor dan ergens omheen. Lange afdalingen op hoge snelheid vreet hij als zoete koek. De Jekyll is het topmodel van Cannondale, maar de wielen lopen beduidend achter op de rest. De naven zijn goedkoop en niet duurzaam, de velgen zijn zwaar. Een stijvere, lichtere carbon wielset zou de fiets eer aan doen.

Testrapport