Geen ‘watt per kilo’-praat, opschepperij over snelheden of gemiddelden, maar techniek, techniek, techniek. Redacteur Rob haalt zijn integraalhelm uit de kast en sluit op zijn Ghost Riot Full Party aan bij de vrouwen van het Ghost Factory Racing Team. Samen doen ze mee aan de Enduro World Series in Finale Ligure.

(Dit is een artikel uit Fiets 12. Bestel hier het nieuwste nummer)

Rijd ik op zondagochtend door het Brabantse land, dan erger ik me rot aan dat standaardbeeld van: man op kop en vrouw erachter. Hij bepaalt het tempo, zij volgt geïrriteerd op een meter of vier. En dan staat er straks op Strava: ‘Lekker samen gefietst’. Niet mijn kopje thee. Samen fietsen is eigenlijk alleen leuk als je allebei even snel bent. Als je elkaar aanvoelt en aan een half woord genoeg hebt. Of als je een tak van de fietssport kiest waarbij niet fysieke kracht maar rijtechniek de boventoon voert.

Deze week ben ik in een van de populairste mountainbikeregio’s van Europa. In Finale Ligure geniet ik van eindeloze zomerzon en uitdagende trails: de perfecte cocktail voor een weekje vakantiegevoel. Ik ben hier samen met Anne Terpstra en Caroline Bohé van het Ghost-mountainbiketeam. Anne is Nederlands kampioen XCO, derde op de wereldranglijst en winnaar van de wereldbeker in Andorra. Bohé, afkomstig uit Denemarken, was dit jaar goed voor meerdere top-10-noteringen in wereldbekers en op het WK. Op papier zijn het afschrikwekkende dames, waarbij ik geen schijn van kans maak. Te licht, te sterk. Maar gelukkig is er één geheim wapen waarbij VO2max-capaciteit geen rol speelt: techniek!

We rijden samen in de teamwedstrijd van de Enduro World Series, een van de meest prestigieuze wedstrijden van het jaar. Die zit vol eindeloos lange afdalingen over eindeloos lastige trails, vanuit de heuvels tot aan de zee. Een race ook, waarin plezier en samenwerking de boventoon voert. Lukt het ons om samen te blijven? En kan ik me als amateur meten met dames van wereldklasse?

Elektrisch opwarmen

Hoewel de Enduro World Series (EWS) een eendaagse wedstrijd is, verblijven we de gehele week in Finale. Vooraf doen we mee aan de e-bikeversie van hetzelfde event. Een lange dag, waarbij we drie batterijen leegrijden op twaalf verschillende getimede stages. Het is een individueel evenement: een mooi moment om te zien hoe de kaarten tussen ons zijn geschud. Anne en ik hadden vooraf de inschatting gemaakt dat we bergaf redelijk gelijkwaardig zijn.

De praktijk wijst nu uit dat dit klopt: we doen nauwelijks voor elkaar onder. Op zes van de twaalf stages finishen we binnen twee seconden van elkaar, één keer zelfs binnen één tiende. Wel hebben we beiden zo onze voorkeuren. Waar ik het liefst snel ga – beetje flowen, beetje airtime – verkiest Anne ruw terrein met de nodige ‘ojee-momentjes’. Na de e-bike-opwarmer weten we in ieder geval dat we er alle drie helemaal klaar voor zijn. Op naar het echte werk.

Full party-treintje

Deze week rijd ik op een fiets met een feestneus: de Ghost Riot Full Party. Het is een aluminium fiets volgens het gekende Ghost-concept: lang, vering met dubbele link en enduro-proof onderdelen. Ik gebruik de Trail-versie met langere voorvork. Die heeft een beetje meer veerweg, en dat blijkt later geen overbodige luxe. Dempers en remmen zijn van het Italiaanse Formula, de wielen komen van het Duitse Syntace. De fiets bevat qua onderdelen een mix aan merken, maar voelt desondanks vrijwel direct vertrouwd aan. Wat tweaken aan vork en dempers, een beetje knutselen aan het zadel en gaan.

De teamwedstrijd bestaat uit vier getimede secties bergaf: twee lange stages van pakweg twintig minuten en zo’n duizend daalmeters, gevolgd door twee kortere, technische afdalingen. Hoewel samen starten verplicht is, hoef je niet per se samen te rijden. Bij wijze van experiment – en bovenal omdat het leuk is om in een Full Party-treintje naar beneden te knallen – blijven we de gehele dag samen. We bedenken een strategie waarmee we alle drie onze sterke punten kunnen uitspelen en testen dit tijdens de eenmalige parcoursverkenning.

Plakken als kauwgum

Ik bijt het spits af en bepaal de koers. Vooral omdat het begin van de stages vaak eenvoudiger zijn, waardoor ik makkelijk vaart kan maken. In mijn wiel zit Anne. Als ik haar kan zien, weet ik dat Caroline er ook nog is. Die plakt de gehele dag als een stuk kauwgum aan haar achterband. Gaat het bergop, dan geef ik af en stuur naar de kant. De twee klimmers schieten weg en nemen hun voorsprong. Later kom ik wel weer bij. Zodra het echt technische werk begint, zit Anne voorop. Die gidst Caroline – onder de indruk van de grote fiets en het heftige terrein – foutloos richting de finish, met mij in het laatste wiel. Klinkt simpel, maar het blijkt enorm lastig. En idioot leuk.

Ghost-fietsen zijn anders dan anders. Waar ik normaal een maatje XL prefereer, is L nu ruim voldoende. De fiets is lang, maar past perfect in mijn straatje. Het aluminium frame maakt er geen lichtgewicht van, dat merk je bergop. Caroline heeft daar overigens geen problemen mee, want die heeft zojuist Neerlands beste snackie ontdekt, en heel Finale weet dat nu: “I love Snelle Jelle!” Ik houd op mijn beurt weer van het veersysteem waarmee de Riot is uitgerust. De fiets heeft een coilshock, zo’n veerdemper. Die is ideaal op lange stages, want een coil voelt ongeacht temperatuur, hoogte of luchtdruk altijd gelijk.

Het veersysteem van de Riot filtert moeiteloos de grootste obstakels weg en laat zich erg gemakkelijk misbruiken. Er is weinig specifieke tuning nodig en ook bergop voelt het meer dan goed aan. Het enige waar ik bij deze fiets niet van overtuigd ben zijn de remmen. Het gepolijste Formula-spul ziet er chique uit, maar voelt wat goedkoop aan. De remmen voelen sponzig aan, en dat gevoel gaat niet weg. Je moet best wat kracht leveren om de fiets te laten doen wat je wilt. Iets wat nadelig werkt tijdens lange afdalingen. Aan het einde van stage 2 dalen we over de alom bekende Madonna Trail. Dan is goed het stuur vasthouden het enige waaraan ik nog kan denken. Want remmen lukt amper nog. Mijn armen zijn compleet verzuurd. Hoezo dalen doet geen zeer?

Te veel van het goede

Tijdens de eerste twee stages dalen we meer dan 15 minuten op de limiet. Normaal duurt een run in een bikepark 2 à 3 minuten. En zelfs dan stop je vaak nog een keer tussendoor. Meestal omdat je handen, vingers en armen het zo zwaar te verduren krijgen. Nu is stoppen geen optie. Een vlak stuk betekent trappen, 180 graden-bochtjes zijn de perfecte plek om eens achterom te kijken of de partytrein nog in de rails is. Bij de finish niets dan tandenpastasmiles en eindeloos veel fistbumps. Dit is waarom de profs van het Ghost-team hier zijn: “Andere dingen doen dan gebruikelijk helpt je om een betere coureur te worden.”

Fietsen op bikes met meer veerweg maakt rijden makkelijker en dat geeft je eenvoudig meer vertrouwen. En zonder angst heb je meer tijd om aan je techniek te denken. Die aanpak blijkt een succesformule te zijn voor de ‘Girls on Ghost’, want dit seizoen zijn ze niet te houden. Dat merk ik vooral bergop richting de laatste stages. Mijn lange lijf sputtert tegen, maar gelukkig zijn we overal ruim op tijd. De laatste stage heeft een adembenemend zeezicht gedurende de hele afdaling. We hebben alleen geen tijd om ervan te genieten. DH Men, zoals het pad heet, mag eigenlijk geen pad heten. Het is een soort afwateringsgeul met afzetlint erom en daarachter een stel idiootfanatieke supporters.

Wiel aan wiel sturen we onszelf heelhuids beneden. Al tijdens de stage zit er een gigantische smile verborgen achter mijn nog veel grotere integraalhelm. In je eentje een mooie prestatie neerzetten is leuk. Het in een team doen, met elkaar, is nog veel mooier – en in het mountainbiken redelijk uniek. Elkaars sterktes vinden en uitbuiten. En daaromheen samen perfecte pizza’s, lekkende ijsjes en vino blanco’s nuttigen, dat helpt ook mee. Derde worden we, in de Mixedcategorie. Dat maakt van het Full Party-treintje een zeer geslaagd experiment.

Afterparty

De Ghost Riot Full Party heeft zich eveneens opnieuw bewezen. De fiets heeft zich probleemloos gehouden en zit vol slimme gebruiksvriendelijke details. De Eightpins-dropperpost bijvoorbeeld, die zonder gereedschap instelbaar is en een flinke drop heeft. Kabels lijken mooi intern te lopen, maar zijn gewoon verstopt onder een slimme slanke cover. De fiets is volledig te monteren met een en dezelfde maat inbussleutel. En zo kan ik nog wel even door gaan. Mooi en handig! Ja, de fiets is zwaar. En dat Purno de Purno-paars moet je liggen. Maar feit is dat de Ghost Riot een hardcore enduro bike is, die voor geen enkele concurrent bang hoeft te zijn, en die maar weer eens bewijst dat goede geometrie belangrijker is dan een enorme berg veerweg.