Lieuwe Westra strandde afgelopen zondag in het zicht van de haven. De Friese renner van Vacansoleil-DCM moest op veertig kilometer van de eindstreep in Parijs noodgedwongen afstappen. “Het zat er echt niet in.”

Westra reageert donderdag voor het eerst op het afstappen in de Tour. “Ik voelde me al drie, vier dagen heel slecht en dacht met behulp van antibiotica de finish wel te halen. Dat bleek toch niet het geval.”

“Op TV lijkt dat rondje in Parijs makkelijk, maar je moet wel je wattages kunnen trappen op die glooiende wegen bij zestig, zeventig per uur. Dat ging gewoon niet. Doorfietsen was niet verantwoord op dat moment. Daan Luijkx en de verzorgers zagen me de bus instappen en hebben direct de dokter gebeld. Dat zegt genoeg.”

Wonder

Volgens de renner is de ziekte een nasleep van zijn val in de Dauphine, een kleine maand voor de Tour. “Het was een doodsmak met zeventig per uur die ik toch iets onderschat heb. Ik heb nu nog altijd last van mijn nek en ook mijn schouder speelt op.”

“Zodra je mijn nek vastpakt, verkrampen alle spieren eromheen. Achteraf nog een wonder dat ik op het NK tijdrijden nog zo diep kon gaan.”

Te ver

Eerder afstappen was voor Westra geen optie. “Ik leek er ook wel even doorheen te komen en de klimtijdrit was voor mijn doen gewoon goed. Maar tegen het einde bleek dat ik mijn lichaam te ver gepusht heb, met een luchtweginfectie als gevolg.”

“In Parijs kon ik nog net dertig per uur rijden, harder ging niet. Het is zonder twijfel de minste dag uit mijn loopbaan, maar ik ben blij met het besluit om te stoppen.”

© NUsport