Dat ik het fietsvirus te pakken heb, mag duidelijk zijn. Heerlijk vind ik het. Maar dat fietsen kan volgens velen nóg beter. Want wat is er mooier dan een flinke beklimming? Op deze vraag kon ik nog geen antwoord geven en dus was het tijd om dit uit te proberen. En wat blijkt, het ‘heuvelachtige’ landschap van Nederland is meer dan uitdagend genoeg voor een eerste keer klimmen 😉 

Zoals ik de vorige keer aangaf is mijn vriend ook een enthousiaste wielrenner geworden. Super fijn, samen fietsen vind ik namelijk nóg leuker! Gelukkig zijn we allebei ook behoorlijk fanatiek, dus na de eerste keer 25km, de eerste keer 30km en toen de sprong naar 43km was het tijd voor een nieuwe uitdaging. Onze ervaren fietsvriend Lenn wilde ons wel mee op avontuur nemen en dus stippelde hij een heuvelachtige route voor ons uit.

Klimsessie Yv

Een paar dagen na het klim-idee, krijg ik onderstaande foto via Whatsapp doorgestuurd met de titel ‘Yv klimsessie’. Gevolgd door het berichtje ’68km, lukt jullie wel toch? 😉 Oja, én 350 hoogtemeters’. Ik kijk naar de foto en het eerste wat me te binnen schiet is dat we gek zijn. Ik fiets pas net en mijn langste rit tot nu toe was een vlakke 43km, zonder stop. Na goed kijken zie ik dat de afstand van ons huis nog verder is en dus komt deze klimsessie voor mij en Stefan op 73km uit. Drieënzeventig kilometer! Dat is best heftig. Maar hoe tof als we dit gewoon gaan doen? Met ook nog 3 klimmetjes, waaronder de Amerongse Berg. Stiekem toch wel ontzettend leuk: let’s do this!

Van 43 km naar 73km mét 3x klimmen, gaan we dit echt doen?

D-Day

Zaterdagochtend, 8:00. Toen ik de gordijnen open deed zag ik… een strakblauwe lucht. En dat terwijl er behoorlijk wat noodweer voorspeld was. Niks geen regen, niks geen wolken, we kunnen! Op naar het kruispunt waar Lenn ons al op stond te wachten. Mét twee extra regenjasjes voor ons, just in case.

Het eerste stuk is zo rustig dat we makkelijk met z’n 3en naast elkaar kunnen fietsen. Beetje bijkletsen en genieten van de natuur. Maar na zo’n 20km vind ik het toch fijner om achter elkaar te rijden. Niet alleen omdat er steeds meer tegenliggers zijn, maar dat kletsen hoeft van mij niet zo. Tijdens het fietsen geniet ik al zo van de omgeving, dat ik het prima vind om achter de mannen te rijden.

En dan roept Lenn opeens: ‘zijn jullie er klaar voor?
De eerste echte klim komt eraan!’ 

Al is dat ‘achter iemand rijden’ trouwens nog wel echt wennen. Ik heb liever het overzicht en hou wat ruimte vrij, zodat ik onverwachte bewegingen van de persoon voor me kan incasseren. Als ik samen met Stefan fiets, rij ik zelfs liever voorop. Maar vandaag gaat het goed. De mannen hebben een lekker tempo en ik durf in het wiel te rijden. En dan roept Lenn opeens: ‘zijn jullie er klaar voor? De eerste echte klim komt eraan!’ Het is de korte, maar steile ‘oefen’ helling om te wennen aan het klimmen.

Lek #2

Nou, zo’n ‘oefen klim’ is al best pittig kan ik je vertellen. Na een paar hoogtemeters maak ik al de eerste fout. Ik schakel te vroeg naar een te lichte versnelling, waardoor ik plots naar onder zak en de mannen voor me uit rijden. Halverwege denk ik ‘dit haal ik nooit’. Maar deze gedachte wil ik eigenlijk zo snel mogelijk weg hebben. Ik kan fietsen, ik kan doortrappen en ik kan ook echt wel even afzien. Het enige wat ik moet doen is blijven rijden, dat is alles. En met dit in m’n hoofd ging ik heel rustig naar boven. Voor het mooie natuurlijk té rustig, maar hé dit was pas m’n eerste klimmetje.

Klein steentje, grote gevolgen

Eenmaal boven krijg ik te horen: ‘zo, nu ben je klaar voor het échte werk!’ Oja, ik was even vergeten dat dit pas het begin was. De Amerongse Berg komt er nog aan. Een beetje spannend, maar ik voel me nog steeds ontzettend goed. En dat na al ruim 4okm gefietst te hebben. Na de fijne afdaling (wat is dat toch heerlijk) ben ik plots niet meer vooruit te branden. Ik twijfel even wat er mis is met m’n benen, maar dan zie ik het… Lek nummer 2 in nog geen 3 maanden tijd. Gelukkig is er Lenn to the rescue en binnen no time zitten we weer op de fiets, op naar de beklimming.

Amerongse Berg

Nou daar was ‘ie hoor, de Amerongse Berg! Lenn sprint voor ons uit naar boven, zodat hij ‘op de top’ een foto van ons kan maken. Oke, nu begint het dus. We komen met een flinke vaart aanr, dus mijn voornemen is om niet té vroeg naar een lichter verzet te gaan. Eerst maar even doortrappen en pas op het juiste moment schakelen. Al snel voel ik dat het toch wel een pittig klimmetje is. De Amerongse Berg is nieuw voor mij, dus ik heb geen idee wat ik nog kan verwachten. En juist dat feit dat je bij elke bocht geen idee hebt hoe ver het nog is, maakt het lastiger. Na een aantal bochten denk ik ‘jeetje mina, hoelang moet ik nog? En waarom doen we dit ook alweer?’ Fysiek gaat het goed, maar door deze gedachtes besef ik direct hoe belangrijk een positieve mindset is.

Na een aantal bochten vraag ik me af waarom
we hier in vredesnaam aan begonnen zijn 

Ik wil dit gewoon halen, dat is het doel en daar ga ik voor. Dat Stefan inmiddels al een flink stuk verder is, maakt me niks uit. Ik blijf gefocust op m’n eigen benen. Dit keer niet gezellig rondkijken en genieten van de natuur, maar echt hard werken. Het zit helemaal in m’n hoofd; ‘blijven trappen Yv, gewoon trappen dan kom je vanzelf boven’. En verrek, ik was zo gefocust op het fietsen en mijn ademhaling dat ik niet eens doorhad dat ik er al bijna was. Toen ik Lenn en Stefan zag staan was m’n eerste reactie ‘Ben ik er al!?’. Jazeker, ik heb het gehaald!

‘Als je bovenaan nog kan lachen, heb je niet alles gegeven…’ Volgende keer een PR? 

Tweede primeur

Na een high-five en een paar flinke slokken uit de bidon genieten we van de heerlijke afdaling. Over het klimmen zelf ben ik nog niet heel enthousiast, maar zo’n afdaling als beloning, is wel ontzettend fijn. Tijdens het dalen zien we alleen flink wat wolken. Sterker nog, de hele lucht verandert razendsnel in een grote grijze wolkenmassa. En dan is het tijd voor de tweede primeur: fietsen in de regen. Correctie: fietsen in de stortregen. Het komt met bakken uit de hemel en het is nog minstens een halfuur terug naar Utrecht. Schuilen heeft geen zin, het gaat ruim een uur lang non-stop regenen en er is geen restaurantje, boom of schuilplek te bekennen. En dus zit er maar één ding op: doortrappen.

Als je me vooraf had gezegd dat ik met een glimlach in de stortregen zou fietsen, dan had ik je voor gek verklaard. Maar toch was het zo. Ik voelde me zó goed na die beklimming dat ik overal van genoot. We hadden het gewoon gehaald! En dat heerlijke gevoel kon zelfs de regen niet verpesten. Ja, het was zwaar en de regen (voelt aan als hagel) in je gezicht is absoluut geen pretje, maar ik heb geen seconde gedacht om te stoppen.

73km in de benen, compleet doorweekt én nog steeds vrolijk!

En dan… dan kom je thuis na ruim 3 uur achter elkaar op de fiets te hebben gezeten, doodop én trots. Trots op Stefan, trots op Lenn en trots op mezelf. Niet alleen vanwege de afstand en de beklimming, maar ook het noodweer wat we getrotseerd hebben. Het duurde uiteraard niet lang voordat de eerste spierpijntjes om de hoek kwamen kijken. Zo was traplopen opeens een hele opgave en een dag later was bewegen überhaupt al een uitdaging. Ja, we hebben flink wat spierpijn gehad, maar wat was dit tof!

Nu op naar de 100km? 😉

De volgende keer

Na zo’n tocht in de regen kom je er pas achter hoe belangrijk het is om je fiets goed schoon te maken en te onderhouden. Maar hoe doe je dit precies en wat heb je allemaal nodig? Ik vertel het je in de volgende blog!

Liefs,
Yv