Wijn, bergen en fietsen
Officine Mattio zit in Cuneo, in de provincie Piemonte. De stad ligt op een stuk vlak land omringd door bergen. Ik houd van Italië en haar cultuur, de gastvrijheid, het landschap en natuurlijk het overheerlijke eten. De bed & breakfast is bellissimo. Een landhuis met een mooie kamer en een verzameling Barolo waar menig wijnpodcastmaker jaloers op zou zijn. Maar ik ben natuurlijk hier voor de fietsen. Giovanni Monge Roffarello (CEO), Ricardo Pichetta (mede-eigenaar) en Nils Fluiter schuiven bij mij aan voor het diner. Nils is de Nederlandse importeur en heeft de uitnodiging verzorgd. Giovanni heeft het hoogste woord. Eén ding is duidelijk: zijn passie voor wielrennen is enorm. Als hij praat over de koers of over de fiets, dan vult zijn hartstocht de ruimte. Mooi om te zien, het maakt hem geloofwaardig.Ik vraag hem hoe belangrijk het is om alle fietsen ook echt in eigen land te produceren. “Een Ferrari wordt toch ook in Italië gemaakt en niet in China?” Giovanni zit al jaren in de fietsindustrie. In 2015 besloot hij zijn eigen merk te beginnen. Dat is dus een jong bedrijf, met grote ambities: niet eens zozeer qua productie-aantallen, maar vooral op het gebied van kwaliteit en innovaties. Officine Mattio is de naam van zijn oude fietsenwinkel: Officine betekent werkplaats, Mattio is de familienaam. Zie je wel dat alles mooier klinkt in het Italiaans? Werkplaats Van der Hoek of Officine Mattio: de keuze is niet moeilijk, toch? De berg in het logo is gebaseerd op de Monviso, die even buiten Cuneo ligt, op de grens met Frankrijk. Trotse Italianen menen dat de berg ook model stond voor het logo van Paramount Pictures, maar daar moet je volgens mij wel enige fantasie voor hebben. Vanaf het dakterras van Giovanni’s kantoor is de Monviso in ieder geval duidelijk te zien, vertelt de directeur. Morgen mag ik de productiefaciliteiten bezoeken. Ik ben benieuwd.Carbon & Van BonWe verzamelen in het kantoor. De boel is nog niet helemaal af, maar het ziet er nu al schitterend uit. Het oogt er Italiaans chique en de fietsen die we later mogen testen, glimmen ons nu al tegemoet. De eerste indruk is prima: ze zien er strak uit. Sommige zijn in gewaagde kleuren gelakt, zoals sparkling gold. Maar eerst de fabriek: met de auto rijden we richting Genova en slaan vlak daarvoor links af richting de Turchino. In mijn proftijd was dat nog de eerste beklimming van Milaan- San Remo: de pas die je nam om de kust te bereiken. We draaien een klein weggetje op en komen bij de carbonproductie-locatie: een oude fabriek, verscholen tussen de bergen. Bij binnenkomst zie je carbon zover het oog reikt. En ja, bij carbon komt een hoop handarbeid kijken. Het oogt hier dan ook als een soort moderne ambachtelijke werkplaats. Het wordt een bijzondere fabriekstoer onder leiding van Sergio. Nog zo’n man waar de trots en passie vanaf straalt. Hij laat ons het hele proces zien. Van de verschillende soorten vezelmatten en hoe die worden gesneden, via het plaatsen van het materiaal in de mal tot het afgewerkte frame. Het hele productieproces vindt hier plaats, in dit oude fabriekje.Ik had nog nooit gezien hoe een carbon frame wordt geproduceerd, en ik vind het fascinerend. Meest bijzondere is toch wel om het materiaal in zijn meest rauwe vorm te zien. Als je zo’n slap matje in je hand hebt, kun je je nauwelijks voorstellen dat je je hiermee met honderd per uur van een berg durft te laten storten. Ook interessant om te zien is hoe ze hier aparte buizen aan elkaar maken. Die bevestigingspunten zijn vaak de zwakke schakels in een carbon frame. Officine Mattio heeft inmiddels haar eerste monocoque prototype klaar (een frame uit één stuk), maar dat neemt niet weg dat het merk heilig gelooft in het tube-to-tube-verhaal. Vooral omdat je op deze manier custom frames kunt maken. Fietsen op maat dus.Ik bel hoofdredacteur Edwin om te overleggen: dit fabrieksbezoek is te leuk om zo kort in deze test te behandelen. We besluiten om het hele bouwproces in een online artikel te gieten – aan het slot van dit verhaal vind je een kader met een link.
Lees ook
Officine Mattio, zo maken ze carbon racefietsen op maat
22 april 2021 - Advies
Na de lunch met pizza en focaccia is het tijd voor een testritje en foto’s. Helaas is mijn karretje nog niet klaar, dus krijg ik de fiets van Luca mee, een andere co-founder van Officine Mattio. Ik zeg dit er even bij voor de oplettende lezers: klopt, goed gezien, mijn detailfoto’s zijn niet van dezelfde fiets als de actiefoto’s. Ik rij samen met Ricardo. Hij is ook een oud-prof, maar duidelijk fitter dan ik, en beter geschikt voor het terrein waarop we rijden. Nils is ook van de partij. Het eerste gevoel bij de fiets is goed. Het gevoel klopt meteen. De zit en geometrie zijn aangenaam. Dit is een racer zoals ik ’m graag heb: reactief, maar niet overdreven nerveus. Het echte oordeel komt natuurlijk pas als ik mijn eigen testfiets heb, maar de eerste indruk is positief. Als we een sprintje trekken en ik Ricardo heel eventjes op de pijnbank kan leggen, houdt de Officine Mattio prima stand. Na het sprintje (bergop) moet ik minstens vijf minuten bijkomen, terwijl Ricardo me fluitend voorbijrijdt. Het is een aardige gast met Braziliaanse roots, ik moet de groeten doen aan Thomas Dekker.We rijden naar de top en doen wat herhalingen, om alles goed op de foto te zetten. Daarna volgt de afdaling. Volle bak duik ik naar beneden. De krachten op het materiaal zijn dan enorm. De controle over de fiets hangt voor een groot deel af van de kwaliteit van het materiaal – en een beetje van de bestuurder. Ik houd ervan en ga ervoor. Ricardo volgt perfect en neemt zelfs af en toe over. Puur genieten. Ik denk nog even aan dat matje met carbonvezels van vanmorgen, maar twijfel geen moment. Dit voelt goed, dus ik geniet. De prachtige omgeving helpt ook mee. We stoppen even bij een tunnel. “Hier kwam je vroeger uit”, zegt Ricardo. “Vanaf de top van de Turchino.” Verrek ja, ik herken het. We dalen verder en ik denk terug aan Milaan-San Remo. Die afdaling van toen komt me nu nog steeds bekend voor. We komen uit bij de fabriek, waar we afscheid nemen van Sergio. Terug naar Cuneo.Cadeau voor thuis
De volgende dag heb ik een rondleiding in het kantoor, met aansluitend een bezoek aan de spuiterij. De eigenaar van de spuiterij is ook al mede-eigenaar van Officine Mattio. Trots laat hij zien hoe de kleuren gemengd worden en hoe hij de lak aanbrengt op de fiets. Ook het logo wordt gespoten, superstrak allemaal. Een dame plakt de stickers om het logo op de bidonhouder te spuiten, geduldig en met uiterste precisie. Ik kijk het allemaal vol bewondering aan. Na de lunch is het weer tijd om te fietsen en het halve bedrijf sluit aan. Deze keer krijg ik een stalen fiets uit de collectie mee. Gewoon, om me te laten voelen hoe die rijdt. En omdat ze bij Officine Mattio graag willen weten wat ik ervan vind. Nou, dit is ook een leuke fiets en lekker comfortabel. Het wordt een leuke rit en een mooie afsluiting van de trip. Helemaal leuk is dat ik mijn testfiets meekrijg. Toch nog een beetje Italiaanse passie mee terug in mijn achterbak.Iets speciaals
De Officine Mattio SLX die ik heb meegekregen, ziet er piekfijn uit. Door de ronde buizen en de hoge aanzet van de achtervork oogt hij klassiek. De fabrikant kan in principe elke vorm buis maken, vertelde de designer me: “De enige limiet is je fantasie.” De kabels lopen heel netjes binnendoor en het geheel oogt mooi. De bronsgouden accenten maken de fiets extra chique. Door de lak heen kun je de matjes carbon zien liggen. Ook andere details, zoals de carbon beugel van de voorderailleur, geven de fiets iets heel speciaals. De afwerking is kortom van een hoog niveau. Dat kan ook gezegd worden van de af montage. Campagnolo Record EPS is uit. Ik ben alleen niet zo’n fan ben van 0-offset zadelpennen – waarbij je zadel recht boven je pen zit. Dat zadel is overigens van Selle Italia.De fiets weegt zonder pedalen 7,25 kilo. Dat is redelijk als je bedenkt dat Officine Mattio nog een lichter model heeft. Op de achtervork staat te lezen: ‘Perfetta come l’acqua – solida come la roccia – leggera come il vento’. In het Nederlands: ‘Perfect als het water – solide als een rots – licht als de wind’. Het is het credo dat op alle fietsen van Officine Mattio te lezen valt – net als ‘Prodotto in Italia’ uiteraard. Officine Mattio-fietsen worden in principe voor iedereen custom gebouwd. Mocht je interesse hebben, let dan wel op dat je een goede bikefit hebt gedaan. Anders is je prachtige frame op maat straks niet op maat. Ook qua design kun je er alle kanten op. Naast de standaard kleurstellingen en patronen is het ook mogelijk om een combinatie te maken of helemaal zelf iets bedenken. Met behulp van de online bike-configurator krijg je een heel aardig idee hoe je fiets er straks uit zal komen te zien.Racekarakter
Eindelijk mag ik dan gaan rijden op mijn testfiets. Ik ben inmiddels al in Nederland en doe weer de Limburgse heuvels aan. Als ik wegrij, voel ik meteen dat deze fiets nog net iets fijner is dan de fiets van Luca. Ze vertelden me in Italië al dat er wat verbeteringen waren, maar voor mijn gevoel merk ik die ook echt. Deze SLX is net even strakker dan mijn fiets in Piemonte. De meeste tube-to-tubeframes hebben problemen met de stijfheid, maar dat gevoel heb ik met deze SLX niet. Ik begin met een afdaling en de fiets voelt vertrouwd en stabiel. Ik doe de schudproef: door kort na elkaar het stuur van links naar recht te bewegen, kun je zien hoe strak de voorkant van de fiets is – NIET zelf proberen alsjeblieft. Hij herpakt zich snel en dat is een goed teken.Het gemak waarmee de fiets door de bochten glijdt, is prettig. Hij heeft racekarakter. En dat zie je ook aan de afmontage. De stuurpen zit zo laag mogelijk en is 120 millimeter lang. Dat betekent: diep zitten en gaan. De Campagnolo-groep werkt goed. Ik moet wel weer even ophalen welk knopje voor wat is, maar dat is een kwestie van tijd. Het schakelt soepel. De remmen voelen wat soft aan. Op zich is dat oké, dat maakt zachtjes remmen wat gemakkelijker. Als je echt volle bak wilt remmen en de hendels helemaal aantrekt, dan merk je dat er genoeg remkracht in zit. De Campa-groep oogt ook erg mooi. De vele carbon delen zorgen voor een chique uitstraling. Als ik aanzet en een volgend klimmetje op sprint, wil de fiets wel. Hij is niet superstrak of hard, maar voelt zeer aangenaam. Zo kachel ik nog wat door en geniet ik van de fiets. Omdat ik ook het hele verhaal achter deze fiets weet, krijg ik echt zin om een toevallige passant er van alles over te vertellen. Maar helaas, het is rustig, niemand om naar me te luisteren. Geeft niks, dan vertel ik het nu gewoon aan jullie.Een pareltje
Het is een heel mooie fiets, deze Officine Mattio SLX. Als je zelf in de fabriek hebt gestaan, dan geeft dat wel iets meer aan een fiets dan als je hem gewoon koopt. Zo’n belevenis hebben jullie nu natuurlijk niet. Maar ik kan jullie wel uit eigen ervaring zeggen dat dit een pareltje van vakmanschap is. De passie en trots zitten in deze fiets meegebakken. Al dat ambachtelijke handwerk heeft wel een flinke prijs. Voor de gehele fiets zoals getest betaal je 12.990 euro, voor het losse frame 5900 euro. Exclusief btw. Je zult dus flink verliefd moeten zijn op het merk om dat ervoor over te hebben. Maar het kan, als je ervoor open staat en de trip maakt zoals ik die heb gedaan. Als je dan ziet hoeveel werk en kwaliteit erin inzit, dan vind je het misschien niet eens meer zo’n raar bedrag. Of het ook de beste fiets is? Ik weet ik niet. Hij is goed en je koopt een staaltje Italiaans vakmanschap. Als je daar gevoelig voor bent, dan zou het voor jou zomaar eens de beste fiets kunnen zijn.Hieronder nog wat foto’s.