Specialized Tarmac SL7
Specialized is er zeker in geslaagd om een esthetisch mooie fiets te bouwen. Geen kabels te zien en de meer aerodynamische vormen, veelal geleend van de Venge, geven de fiets een moderne look. De huidige Tarmac is sneller. Hoewel de Venge een tikkeltje meer aerodynamisch is, is de Tarmac lichter en wendbaarder. Daardoor zal de Tarmac in ‘normale’ omstandigheden buiten sneller zijn. Althans, dat beweert Specialized.Hoogstwaarschijnlijk gaat de Venge uit het gamma verdwijnen. De Tarmac SL7 wordt in de wandelgangen dan ook al de Venge Killer genoemd. Hiermee zou er ook geen aparte klimfiets of sprintfiets meer zijn en dus alleen maar de SL7. Wel een stuk makkelijker voor de teams. Ik ben heel benieuwd of we dit in praktijk ook gaan zien.De Specialized Tarmac SL7.Hoewel de SL7 op het eerste gezicht best lijkt op de SL6, zijn ze toch heel verschillend. Elke buis en vorm van het frame is heroverwogen. Veelal met een meer aero vorm als resultaat zonder de Tarmac-eigenschappen te verliezen. De meest in het oog springende kenmerken zijn de genoemde weggewerkte kabels, en de achtervork. Ook bijzonder en onverwacht is de grotere opening tussen het achterwiel en de zitbuis. Mensen reageerden op de fiets met de vraag of dit nu de nieuwe Venge is of de nieuwe Tarmac. Dat geeft precies aan hoe je deze fiets moet zien.Ik heb overigens de iets beter betaalbare Pro-versie van de SL7. Deze is 120 gram zwaarder dan de S-Works. Nog even wat details over het gewicht. Het S-Works SL7-frame is 800 gram (67 gram zwaarder dan de SL6) en zou als complete fiets met Shimano Dura-Ace Di2 6,7 kilo wegen. Deze fiets weegt in deze setup inclusief pedalen (248 gram) en bidonhouders 7,7 kilo.Vernieuwde cockpit
De Tarmac-cockpit is ook vernieuwd met een Specialized aero stuur en stuurpen. De kabels lopen niet door de stuurpen, maar er onderlangs. Hierdoor zijn ze heel netjes weggewerkt, maar is het toch nog mogelijk om iets aan je stuurpositie te veranderen. Specialized is niet de enige die voor deze oplossing kiest: ook merken als Trek en BMC hebben bij de nieuwste modellen verstelbare combo’s. De geïntegreerde computerhouder ziet er ook stijlvol uit. De zadelpen en het zadel komen ook uit eigen huis. De pen heeft een scherpere D-vorm gekregen en de junctionbox voor het Di2-systeem zit nu achterop. Best een gewaagde plek, want dit is zo ongeveer de vieste en natste plaats van een fiets. Het 3D-geprinte Specialized Power Mirror-zadel kende ik al en bevalt me zeker. Je zit er heel stabiel en comfortabel op en hebt totaal niet de neiging om te schuiven.
Specialized Power Mirror-zadel.De Shimano Ultegra Di2-groepset met schijfremmen heeft zich al vaak bewezen. Met een 160 millimeter schijf voor en een 140 millimeter schijf achter heb je een mooie setup. De nieuwe Roval Rapide CL-wielen komen ook van Specialized. CLX is met keramische lagers en aero spaken, deze hebben industriële lagers en single butted spaken. Heel bijzonder aan deze wielset is dat de voorste velg met 35 millimeter breder is dan de band, maar ook breder dan de achtervelg (30 millimeter). Ook verschillen ze in vorm en hoogte. De voorste velg is boller en 51 millimeter hoog. Dat hebben we overigens al eerder gezien bij wielsets van Shimano en Campagnolo. Dit zou stabiliteit opleveren en minder gevoelig zijn voor windvlagen.
Achter is de velg 60 millimeter hoog en is deze platter om de lucht beter te geleiden. Ik ben benieuwd hoe dit in de praktijk werkt. Op de velgen liggen de 26 millimeter Specialized Turbo Cotton-banden met lichtbruine wangetjes. Die heb ik nog speciaal aangevraagd, omdat dit toch veel cooler staat dan volledig zwarte banden.Warming-up
Morgen vertrek ik naar Zwitserland, dus ik doe nog snel even een rondje om alles te controleren. De fiets zit als gegoten en ik herken meteen het heerlijke rijgedrag van de Tarmac. De kleur vind ik overigens ook fantastisch. Vooral het donkerblauw waaronder je de carbon-laag ziet is met een zonnetje erop om van te smullen. De eerste indruk? Wat een machine. Weinig op- en aanmerkingen. Gewoonweg genieten.De volgende dag vertrek ik naar het zuiden om de fiets goed onderhanden te nemen. Vrienden hebben in Andermatt, in het dal tussen de Furkapas en de Gotthardpas, een eco lodge waar we vorige winter ook al waren om te skiën. Een heerlijke uitvalsbasis als je van de bergen houdt. Ik ben dan wel geen rasklimmer, maar ik houd wel van bergen. De eerste rit rijden we de Oberalppas op. Niet te gek en rustig aan. Het is een mooie brede weg en redelijk rustig qua verkeer. De afdaling neem ik gematigd snel. Ik moet de fiets nog wel leren kennen, maar het gaat als een raket. Het is redelijk winderig en dat merk je wel met de hoge velgen. Het voelt niet onveilig, hoewel de teller boven de 70 kilometer per uur komt. Het warming-up rondje is geslaagd.
In actie op de Gotthardpass. Goldfinger
De volgende dag komt het echte werk. Het rondje is slechts 106 kilometer, maar wel met drie cols, de Furkapas, de Nufenenpas en de Tremola (Gotthardpas over de kasseitjes). Niet alleen een prachtige test voor de fiets, maar ook voor mij. Meer dan 3000 hoogtemeters met een paar mooie afdalingen. Ik heb de gang er meteen goed in. Het dal richting de Furka is snel. Ik geef gas en de fiets bolt als een dolle. Heerlijk gevoel hoe elke trap omgezet wordt in snelheid. Het suizen van de wielen en het lichte briesje in de rug. De benen zijn top. De moraal is goed en het materiaal nog beter.
De Furka (12 kilometer à 7 procent) begint en ik rijd lekker. Ik ken wat pr’s van bekenden, dus ben gedreven om stevig door te rijden. De fiets voelt heerlijk, ook als ik dans op de pedalen. Ik haal een stel renners in en ik groet ze in het voorbijgaan. “Hey cheater, you have e-bike,” schreeuwt er één. Ik moet lachen en roep terug “No, no, no.” Maar wel de SL7 denk ik bij mezelf.
Genieten van het uitzicht. Tevreden kom ik boven. Ik maak even een praatje met mijn vriendin, die boven op mij stond te wachten, dan ver- volg ik mijn weg. De afdaling is zeker zo mooi als de klim en met deze prachtige wegen knal ik naar beneden. Hier is nog een beroemde scene uit de James Bond-film Goldfinger opgenomen. In de haarspeldbochten rem ik en daarna zet ik vol aan. Tak tak tak. Achter mij hoor ik motoren die mij volgen. Het is net koers. Natuurlijk besef ik tegelijkertijd dat er nog ander verkeer is en dat risico’s nemen nergens op zou slaan. Bij het beroemde Belvedere hotel wil ik nog een foto maken, maar het is er vergeven van lelijke campers. Jammer…Ik daal verder en geniet.Helikopter
Op de Nufenen neem ik mezelf voor om het rustig aan te doen, maar toch valt de klim van 12,8 kilometer à 9 procent me zwaar. De heerlijke benen zijn ineens een stuk minder. Ik zoek een goed tempo en probeer dat vast te houden. Deze klim is een stuk lastiger. Maar boven kom je wel en naar beneden mag ik weer knallen. Deze afdaling is nog sneller, maar er staat ook meer wind. De fiets reageert nogal op de windvlagen. Die windgevoeligheid is voor mij moeilijk te vergelijken met een andere fiets omdat ik deze situatie niet zo vaak meemaak. Ik schrik me helemaal het apezuur als er net een helikopter opstijgt om een strobaal te verplaatsen. De turbulentie van de wieken is zó heftig dat ik bijna onderuitga. Ik had al wat afgeremd omdat het wel duidelijk was dat er iets aan de hand was, maar hier had ik niet op gerekend. Met de schrik in de benen rijd ik verder.
“Achter mij hoor ik motoren die mij volgen. Het is net koers.”De Tremola is een bijzondere klim. De kasseitjes liggen er veel slechter bij dan ik had gedacht en het is ook veel langer. Zei ik al dat het hard waaide? Ik heb wind tegen… Ik moet elk gootje waar je maar enigszins door kunt rijden hebben gehad om maar niet op die keitjes te hoeven rijden. Toch is het wel een aanrader om een keer te doen, maar dan wel met goede benen. Omdat er ook een geasfalteerde weg omhoog loopt zijn hier alleen liefhebbers op deze weg. Een paar oude sportwagens en wat verdwaalde motoren. Ze houden allemaal heel goed rekening met ploeterende fietsers en dat is altijd prettig. Hoewel mijn snelheid op de keien niet heel hoog was denk ik dat de fiets dat prima zou kunnen. Misschien niet meteen Parijs-Roubaix, maar een semi-klassieker met kasseien moet mogelijk zijn. De afdaling van de Gotthard is nóg sneller. Ik stort me naar beneden en al snel haal ik de eerste auto’s in. Ik houd gepaste afstand, maar in de werveling van de wind die de auto’s veroorzaken zit ik niet op mijn gemak. Dan maar inhalen. Afdalen is voor mij echt genieten en dat gaat ook op voor deze Tarmac. Als ik terugkom bij de lodge ben ik gesloopt. Zo’n inspanning doe ik deze week maar één keer.Balen
Hierna maak ik nog veel ritten op de Tarmac. Ik ga vaker rijden en geniet er extra van. Ik tel de dagen af dat hij weer terug moet naar zijn baasje en weet nu al dat ik hem ga missen. Ook in Nederland is het op en top genieten. Deze fiets stuurt en rijdt gewoonweg heerlijk. Het is alsof hij voor mij gemaakt is. Zouden ze in de VS al bezig zijn met de SL8? Maar hoe moeten ze deze fiets dan overtreffen? Tot die tijd doen we het met deze topper.Dat er een aardig prijskaartje aan deze machine hangt, zal geen verrassing zijn. De fiets zoals getest kost 6.999 euro. Dat is een smak geld, maar het kan nog gekker. De supervette SL7 Sagan Collectie kost bijvoorbeeld 11.499 euro. Maar je kunt ook al op een SL7 rijden voor 4.999 euro. De conclusie lijkt me duidelijk. Ik baal gewoon dat hij weer terug moet. Verder wil ik het er niet meer over hebben…
Speciale spacers verbergen… ja, wat eigenlijk?
Junctionbox voor Di2 achterop.
Léon van Bon op de Gotthardpass.
Wat een uitzicht…
Op de kasseien.
Nog even aanzetten tot boven!