In Fiets nr.8 testte Thijs 4 fietsen van rond de 2500 euro. Een Massini Stradale, Isaac Vitron Onyx Black, Storck Fascenario.3 Comp en deze Apex Flare 3.0. Hieronder de ervaringen met laatstgenoemde. De complete test kun je nog teruglezen in het augustus nummer. Te bestellen in onze shop, zonder verzendkosten.

Als een medefietser mij tegemoet rijdt, gaat mijn eerste blik altijd direct naar de fiets. Waar rijdt-ie op, waar is-ie mee afgemonteerd? Die bikecheck is er bij mij door de jaren heen ingeslopen. Pas daarna kijk ik naar de eigenaar, om af te sluiten met een groet of instemmend knikje. Wat me de laatste tijd opvalt tijdens die ultrakorte ontmoetingen zijn de investeringen die mensen schijnbaar achteloos hebben gedaan in hun materiaal. Luxe karretjes van 5000, 6000 euro en ver daarboven lijken meer regel dan uitzondering. Heb je dat wel nodig als fanatieke recreatieve wielrenner? En ga je er echt veel harder door? Nee, natuurlijk niet. Is het mooi? Ja, supermooi!

Maar voor deze test kijken we naar fietsen die puur in huis hebben wat je wél nodig hebt. Geen overdaad, maar een degelijke groepset, een strak carbon frame en een paar sterke wielen. De basis moet goed zijn, zodat je niet in mum van tijd weer nieuwe onvoorziene uitgaven moet doen. Een passend zadel of andere upgrades kun je later altijd nog maken. Deze Apex heeft zonder twijfel de meest gelikte styling van het stel. De shimmer blue-lak en diamond white-logo’s maken de fiets een tikje duurder dan normaal, maar het is het geld meer dan waard. Het frame oogt luxe en premium. De uitgebreide keuze aan kleurstellingen en soorten lak geven Apex een absolute meerwaarde.

Je hebt altijd een unieke fiets, in plaats van het zoveelste catalogusmodel. De Flare heeft bovendien een heel prettige geometrie, die een goede middenweg biedt tussen comfort en snelheid – en dat is toch waar de meeste mensen het best mee geholpen zijn. De niet al te lange wielbasis en reach zorgen voor direct stuurgedrag.

De afdekkap van het balhoofd gaat netjes op in het framedesign. Jammer is dan weer wel dat de kabels niet door de stuurpen heen lopen – hoewel dit onderhoud en vervanging een stuk eenvoudiger maakt.

De staande achtervork is laag in de zitbuis geplaatst. Dat geeft de fiets een snelle uitstraling, plus wat extra flex in de zitbuis. Dat laatste komt het comfort van de Flare voelbaar ten goede. Tot zover niets dan lof, maar aandachtspunten zijn er ook. De zadelpenklem zit los in het frame, en bij het verstellen van de zadelpen bestaat het risico dat de klem in het frame valt – wat mij natuurlijk prompt overkwam. Schuddend met het frame ondersteboven kwam hij er gelukkig weer uit. Ook bij de moeren van de steekassen is het oppassen geblazen. Bij het uitnemen van je wiel loop je kans dat de moer uit het frame valt, en in het ergste geval ergens in een put belandt. Altijd even opletten dus!