Oltre XR, XR2, XR4 – en nu de XR3. Huh… juist, de XR4 was er dus eerder. De nieuwe Oltre is geïnspireerd door en afgeleid van de XR4, die in nauwe samenwerking met LottoNL-Jumbo werd ontwikkeld. De XR4 is zó goed dat we de renners nog maar zelden op de – op papier – lichtere Specialissima zien rijden.

Waar de XR4 minder dan 1000 gram weegt, is de XR3 net 1100 gram. Daarnaast heeft een XR4 direct mount-remmen, een XR3 heeft standaard remmen. Optisch zie je eigenlijk geen verschil tussen beide modellen. De overwegend celeste kleur waarin de XR3 is gespoten, is zo overweldigend aanwezig dat je goed moet zoeken naar de verschillen. Zaken als de aero zadelpen, de geprofileerde voorvork en licht gebogen bovenbuis zijn dezelfde.

Ons testmodel met de nieuwe Ultegra 8000-groep met bijpassende 53/36 semi-compact en als extra een Fulcrum Quattro-wielset weegt 7,50 kilogram. Wat de XR3 zo goed maakt? Volgens Bianchi is dit vooral de Countervail-technologie. Dat is een carbon composiet-materiaal systeem dat, met speciale vezelarchitectuur, gepatenteerde carbon combineert met viscoelastische hars. Countervail absorbeert 80 procent van de trillingen, terwijl de stijfheid en sterkte van de carbon frames en vorken worden verhoogd. Dit is niet eenvoudig aan te tonen; je moet het maar aannemen. Wat helpt bij het verhogen van comfort – want daar draait het bij Countervail om – is dat een XR geschikt is gemaakt voor de bredere 25 en 28 millimeter banden – die slokken ook veel klappen op. Daarnaast is het zadel, stuur en zelfs het stuurlint ook een stuk verbeterd.

A 11-speed 11/28.
B Aero staande buis.
C Kabels binnendoor.

Conclusie

Net als de duurdere XR4 is de XR3 bepaald geen doetje, maar zeker ook geen knalharde 100 procent aero bak. Net wat steviger, net wat strakker, net wat gemener ook dan bijvoorbeeld de Stevens Xenon. Maar het is en blijft wel een echte Italiaanse racer. Sierlijk is-ie zeker. Kortom: vind je een XR4 te prijzig, dan is een XR3 een prima alternatief.