Cannondale wil het geen aerobike noemen, maar alles aan de SystemSix is snel. Frame, stuur en wielen: alle zijn ze zó ontworpen dat de luchtweerstand maximaal wordt gereduceerd. Léon van Bon nam de proef op de som en concludeert dat de racer een topper is. Met een paar kleine aantekeningen, maar daar is overheen te stappen.

Daar is ie dan (eindelijk). De aerobike van Cannondale. Volgens mij heeft zo’n beetje elk merk een aero frame geproduceerd en zijn de eerste modellen al meer dan 10 jaar oud. Cannondale is nu pas wakker geworden. Maar ze zijn wakker, klaarwakker om duidelijk te zijn. De SystemSix oogt niet alleen verpletterend, de beloftes zijn ook nog eens om van te smullen. Opmerkelijk is wel dat het hoofd aerodynamica van Cannondale, Nathan Barry, het geen aerobike wil noemen. Het is volgens hem gewoon een supersnelle racefiets. Het feit dat er vaak compromissen worden gesloten bij een aerobike (bijvoorbeeld door minder stijf te zijn), vindt de man van Cannondale dat afbreuk doen aan de SystemSix. Dus is het gewoon een supersnelle racefiets. Nou ja gewoon, de snelste op de markt volgens eigen metingen van het merk (6 watt sneller dan zijn grootste concurrent.)

Heerlijk chic

Ze hebben me gelijk verwend met het duurste model. De SystemSix Hi-Mod Dura-Ace Di2 kost dan ook 10.499 euro. Als je met mindere specs tevreden bent is er ook al eentje voor 3999 euro. Maar dan heb je ook een prachtige fiets. Qua uitstraling neigt hij naar zijn grootste concurrent, de Specialized Venge. Ik ben benieuwd of hij ook aan de rij-eigenschappen kan tippen.

Ik heb het hooglans matzwart model en dat oogt heerlijk chic. Vriend Bruno had toevallig dezelfde SystemSix maar dan met flutgeel en dat vond ik toch een stuk minder.

De fiets spreekt een en al aero. Schreeuwt is misschien een beter woord. Het frame heeft de bekende lage achtervorkinzet. De voorvork vloeit op een mooie manier over in de schuine buis. Deze vorm is gemaakt om de bidons beter uit de wind te houden en minder werveling te krijgen.

Zo zit het frame vol met aero vormen. Nieuw voor mij is hoe de voorvork een stuk achter de lijn van het balhoofd zit: alles voor de snelheid. Ik vind het wel mooi gedaan. Het stuur is opvallend. Geen kabels te zien, tenzij je een blik werpt onder de cockpit. Daar zie je hoe de kabels lopen. Helemaal binnendoor, waardoor je het stuur niet eindeloos kan draaien. Er zit een duidelijke stop op en ik benieuwd of ik daar last van ga hebben. Het stuur en de stuurpen zijn twee delen en dat geeft je de ruimte om het stuur een aantal graden te kantelen en als het nodig is alleen de stuurpen te vervangen. Beide onderdelen zijn eigen fabricaat en hebben de naam Knøt meegekregen. Knøt betekent knoop en verwijst naar de eenheid van snelheid die wordt gebruikt in de scheepvaart en in de gemotoriseerde luchtvaart.

Eigen fabricaat

De wielen zijn ook eigen fabricaat. Met een patent van HED-wielen hebben ze de Hollowgram Knøt 64 ontwikkeld. Prachtige 64 millimeter hoge velgen. Dat is echter niet het meest opvallende. De 35 millimeter (!) brede velgen zijn redelijk extreem en zijn duidelijk breder dan de banden. De combi van 26 millimeter banden en deze velg zou het snelst zijn. Hoe kan het dan dat ik op de band 23 millimeter zie staan? Volgens Cannondale is het echter zo dat 23 millimeter banden op deze velg 26 millimeter zijn, doordat de binnenmaat van de velg ook breder is dan normaal. Ik pak mijn schuifmaat en inderdaad is de band ruim 26 millimeter.

Ook hebben de wielen een soort snelspanner voor de steekas, waarbij niet de gehele as eruit hoeft zodat je sneller kunt wisselen. Jammer is wel dat het uitstekende deel er niet af kan zoals bijvoorbeeld bij Canyon, volgens mij is dat meer aero.

Ik vergeet te vermelden dat er schijfremmen op zitten. Ik ben het al zo gewend dat het me niet eens meer opvalt. Deze fiets is echter puur en alleen gemaakt voor schijven. Er is geen ruimte op de fiets voor remhoeven en ook zijn de velgen te breed voor velgremmen.

De remmen en het schakelsysteem zijn van Shimano en met Dura-Ace heb je ook hier topmateriaal. Het crankstel is de Cannondale Hollowgram SiSL2 met Power2Max NG eco vermogensmeter.

Hier zit echter een addertje onder het gras, want de powermeter die erop zit, is niet geactiveerd. Hier heeft Cannondale nogal wat commentaar op gekregen. Om hem te activeren moet je 490 euro betalen. Het klinkt vreemd, iets wat al op je fiets zit moet je activeren door ervoor te betalen. Aan de andere kant is dat voor een vermogensmeter absoluut niet veel geld en door hem standaard te monteren zullen de kosten wel flink zakken. Ik hink op twee gedachtes en weet niet zo goed wat ik hiervan moet vinden.

Supersnelle racer

Veel gepraat en nog geen meter gefietst. Hoog tijd dus om deze supersnelle racer te testen. Ze hebben het zadel al netjes op hoogte gezet en het stuur mooi laag geplaatst. Ik zet mijn fietscomputer erop en verbaas me een beetje hoe hoog deze boven het stuur uitsteekt. De houder oogt alsof ze die vergeten waren en alle designers al op vakantie waren gegaan. Het oogt niet alleen raar en niet erg mooi, ik geloof ook niet dat het de meest aerodynamische plaatsing is.

Ik klik mijn schoenen in de pedalen en vertrek. Ik heb de fiets niet heel erg lang, dus het wordt een snelle rit. Ik voel me niet topfit maar ben benieuwd wat de fiets doet. Hij voelt retestrak en snel. Ik rij nog door het dorp dus ik moet me inhouden. Heerlijk vind ik ook het geluid van de hoge velgen. In gedachten brengt dat me altijd terug naar de tijd van mijn echte koersen. Na ongeveer 2 kilometer ben ik het dorp uit. Eindelijk… gas erop. Ik heb een schuin briesje tegen maar het deert me niet. Ik wil snelheid, want ik voel snelheid. De SystemSix wil en zal vooruit. Bochtje naar links, bochtje naar rechts en vol aanzetten. Het is kinderspel voor dit beest. Hij doet me erg denken aan de Specialized Venge. Datzelfde gevoel van gas moeten geven heb ik ook op deze fiets.

Ik rij constant boven de 35 kilometer per uur en met lichte wind tegen vind ik dat prima. Op de klimmetjes trek ik nog even door. Ik denk aan de 6 procent die Cannondale aangeeft als kantelpunt om naar een klimfiets over te stappen. Dus voor de gemiddelde renner is al het klimwerk tot 6 procent stijging sneller met deze SystemSix. Opmerkelijk, want hij weegt 7,8 kilo, dus een kilo meer dan de limiet van de UCI.

Wat me ook opviel tijdens mijn speurtocht is dat beweerd wordt dat dit aero monster in de sprint met drie lengtes zou winnen van een klimfiets. Drie lengtes!

De klimmen zijn hier niet veel steiler dan 6 procent, dus ik zit goed. Ik trek nog eens door als ik boven ben en sprint naar beneden. Deze fiets loopt als een tierelier. Heerlijk dus. Ik voel me super zeker en vertrouwd op deze bolide, ook met deze hoge snelheden. De teller tikt 74,5 kilometer per uur aan. “Helemaal niet slecht’’, denk ik bij mezelf.

Op heel snelle dagen kan ik dit rondje met ruim 36 kilometer per uur afwerken. Vandaag ben ik dan ook constant op de teller aan het kijken of dat erin zit. Ik ben halverwege en het ziet er goed uit.

Hard, stijf en direct

Het gevoel op deze fiets is heel fijn. Het is een echte racer. Hard, stijf en direct. Hij reageert ook als een racer en dat hoort natuurlijk ook zo. Voor langere tochten, lekker op het gemak rondtoeren is hij een stuk minder geschikt want daar hij niet veel comfort voor. Er is wel ruimte voor nog bredere banden waar je comfort mee wint, maar volgens bij is en blijft het een echte racer.

Ik kan er met volle teugen van genieten. Ik leg me plat de fiets voor de laatste 10 km. Ik voel me steeds beter en rij hele stukken boven de 40 kilometer per uur. Zal ik nog even proberen een KOM-metje te pakken? Ach, waarom niet. De finale naar Raalte heeft een leuke kom. Volle bak langs het kanaal. Tunneltje door en sprinten.
Uitgeput zit ik op de bank. Kapot maar voldaan. 37,2 kilometer per uur gemiddeld… hoe ouder hoe gekker… en 2 seconden te langzaam om mijn eigen KOM te verbeteren.

SystemSix is een oude naam die terugkeert in de stallen van Cannondale. Waar vroeger de 6 stond voor Carbon, dat plek 6 in het periodieke stelsel heeft, staat de zes nu voor de zes belangrijkste onderdelen die een fiets snel maken. Frame, vork, zadelpen, stuur, stuurpen en wielen. Het is belangrijk dat niet alleen elk onderdeel aero is, maar dat het gezien wordt als onderdeel van het grotere geheel om de krachten van luchtweerstand te reduceren.

De foto’s heb ik deze keer samen met Bruno gemaakt, die toevallig ook op een Cannondale SystemSix reed. Tijdens wat gespeel kom ik op het idee om te kijken hoe snel ik kan sprinten op deze fiets. “Hierbij nemen we dan in acht dat ik alweer 46 ben en niet erg in vorm, haha”, grap ik er nog achteraan. We proberen het een aantal keer maar uiteindelijk moet vriend Hugo hem voor mij aantrekken om de 65 kilometer per uur te halen. Oké, er was een klein beetje wind mee, maar het is best snel voor een doordeweekse middag.

Bijna gevallen

Tijdens het nemen van foto’s draai en keer je nogal vaak op de weg en daarbij kwam ik een paar keer tot de uiterste draaistand van het stuur, iets waar ik de rest van de rit niets van gemerkt had. Dat klinkt onschuldig, maar ik viel bijna doordat je dan volledig je balans verliest. Je hebt er geen last van, maar je moet je er wel van bewust zijn als je een keer een korte bocht maakt, anders lig je zo op de grond.

De Cannondale SystemSix is gewoon een heerlijke racer. Voor mijn gevoel een topper. Met een paar kleine aantekeningen, dat wel, maar daar is wel overheen te stappen. Ook al kost hij, in deze samenstelling, meer dan 10.000 euro. Veel geld, maar conform de markt heet dat dan, mooi verwoord. Wat voor mij veel belangrijker is, is dat hij geweldig rijdt en voor mijn gevoel waarmaakt wat de fabrikant belooft. Hij is snel, supersnel en dat voel je. Ook al was het een korte kennismaking, het was zeker een prettige ontmoeting. Wat mij betreft had het wel wat langer mogen duren. Topfiets dus.