Review: Merida Big Nine 300

Zoals alle fietsen uit de Big Nine serie heeft deze Merida 29 inch wielen. Hij wordt geleverd in het bekende appeltjesgroen, zoals we van het merk gewend zijn.

Het frame heeft een relaxte geometrie en voelt zich beter thuis in de categorie fun dan snelheid. De bovenbuis is kort, waardoor je als een heer rechtop op je fiets lijkt te zitten. Met een aanpassing qua stuur en stuurpen is de zithouding goed te beïnvloeden en maak je ook van deze Big Nine een snelle fiets. Het stevige, platte zadel zal in een wat sportievere houding gelijk wat lekkerder zitten, omdat de druk dan beter verdeeld wordt over zadel en stuur.

Het aluminium frame is vrij eenvoudig vormgegeven. De ronde buizen bieden voldoende ruimte voor brede banden. Een deels interne kabelrouting en een extra versteviging bij de zitbuis zorgen voor een lagere standover height, wat vooral bij de kleinere maten frames een pluspunt is. De dikke onderbuis loopt in een rechte lijn naar het balhoofd om voldoende ruimte te maken voor de 100 millimeter Suntour vork. De XCR uitvoering met fijn werkende lockout is maar summier in te stellen en geeft weinig rebound respons. De Rock Shoxvorken uit andere fietsen in deze prijsklasse scoren beter. Om de Merida wielen liggen zeer hoogwaardige 2.2 inch brede Maxxis Ikon banden, die de fiets een vertrouwd gevoel met de ondergrond geven zodra we het bos in schieten – een duidelijk merkbaar verschil met sommige andere bandenmerken.

Schakelprestaties

Qua schakelwerk blijft de Merida wat achter. De 2×10 aandrijving met een mix van vooral Deore-onderdelen en XT derailleur, heeft met de 36/22 voorbladen en 11-36 cassette een beduidend kleiner bereik dan andere testfietsen, waardoor frequent schakelen noodzakelijk is. Tijdens het schakelen is voelbaar dat de Deore shifters wat verouderd zijn. Het gaat alleen soepel met één klikje per keer, wat snel reageren op een onverwachte klim of kort bochtenwerk lastiger maakt. De Big Nine voelt zich het best thuis op lange paden en bij winterse toertochten.