Waar Steven Kruijswijk vroeger voorzichtig was om zijn ambities hardop uit te spreken, daar is hij nu een stuk duidelijker. De kopman gaat voor niets minder dan het podium, zo laat hij enkele dagen voor de Tourstart weten aan het ANP. “Zeker gezien vorig jaar denk ik dat er dit jaar meer inzit.”

Alle ballen op Steven

Steven Kruijswijk 2019

In Ossendrecht verzamelde de pers zich om in drie kwartier tijd quotes te verzamelen van de Jumbo-renners. Kruijswijk en Groenewegen waren gewild bij de Nederlandse pers, Wout van Aert kon vooral rekenen op Belgische interesse. Niet voor niets zijn zij ook de kopmannen van de Nederlandse ploeg, waar de kopman van vorig jaar (Primoz Roglic, 4de) ontbreekt.

In de Dauphiné reed hij zich vorige maand warm voor de Tour. Het einde haalde hij niet; op een negende plaats in het klassement moest hij opgeven. De reden: hij was niet fit. “Het had geen zin me te forceren. Voor mijn voorbereiding betekende het niet veel”, legt hij enkele weken later uit. Kruijswijk sloeg het NK over en staat nu enkele dagen voor de Tourstart. Hij heeft er veel zin in.

‘Nog niet eerder zo’n zware Tour gezien’

Volgende week donderdag wacht al de eerste bergetappe. Op La Planche des Belles Filles worden de klassementsmannen voor de eerste keer serieus getest. “De laatste kilometer is zelfs onverhard, op een soort skipiste. Meer iets voor Wout”, doelt hij op zijn collega Van Aert. Het belooft een voorproefje te worden op wat komen gaat. “Ik heb nog niet eerder zo’n zware Tour gezien. Zeker door die laatste drie Alpenetappes. Daar gaat de Tour ook pas beslist worden. Zeker in die laatste rit naar Val Thorens gaat nog veel gebeuren.”

Kruijswijk is normaal gesproken in de derde week op zijn sterkst. Mede daardoor acht hij zichzelf kansrijk voor een podiumklassering. “Ik kwam niet als een klassementsrenner naar de profs. Later werd de top tien mijn doel, vervolgens de top vijf. Zeker gezien vorig jaar denk ik dat ik er meer inzit.”