De toertochten volgen elkaar in rap tempo op. Wat als je er goed voor hebt getraind en benieuwd bent hoe je zo’n tocht eigenlijk in moet delen? Stefan van Klink, talentcoach bij de KNWU, legt uit hoe je zoiets aanpakt.
Hoe je zo’n tocht indeelt hangt een beetje af van wat je doel is. Wil je vooral de tocht uitrijden? Of probeer je zo snel mogelijk de finish te halen? Dat verschilt natuurlijk ook een beetje per evenement. Doel voor doel leg ik uit welke tactiek het beste van toepassing is.
De finish halen
Wanneer je in een toertocht vooral bezig bent met het halen van de eindstreep, dan wil je zo veel mogelijk in je lage trainingszones zitten. Hoe hoger je hartslag/vermogen, hoe meer energie het je namelijk kost. De grootste kans om de tocht uit te rijden is om zo energiezuinig mogelijk te fietsen en dat doe je in de lage trainingszones. Probeer dus waar het kan zo veel mogelijk in D1 te rijden. Met dat tempo kun je een inspanning heel lang volhouden. Maar in een tocht als de KlimClassic of andere klimtochten zitten ook beklimmingen waarbij de kans klein is dat je ze in D1 kunt rijden. Op deze klimmen wil je vooral proberen een strak tempo te rijden, zonder te veel tempowisselingen. Die tempowisselingen betekenen namelijk vaak dat je de verzuring ingaat en dat is precies wat je wilt vermijden. Rijd je met een vermogensmeter, probeer er dan op de beklimmingen op te letten om onder je FTP te blijven. Zo blijf je weg uit de verzuring en zorg je ervoor dat je sneller herstelt na de klim.
Snel finishen
De belangrijkste regel om te onthouden is dat een strak tempo altijd het meest efficiënt is. Net als bij de beklimmingen wil je zo min mogelijk tempowisselingen hebben en vlak onder je FTP blijven. Het verschil bij het proberen een zo snel mogelijke tijd neer te zetten is dat je relatief meer in D3 zult rijden. Wanneer we het hebben over lang en hard rijden is D3 namelijk de perfecte zone daarvoor, vooral in tochten met lange beklimmingen. Op korte, steile beklimmingen zal je er niet aan ontkomen om ook een klein beetje de verzuring in te gaan, maar probeer dit tot een minimum te beperken wanneer je nog ver van de finish bent. Vaak kun je je benen beter iets langer sparen, zodat ze aan het eind van de rit nog fris zijn.
Eten en drinken
Buiten het indelen van een tocht en hoe hard je die wilt rijden, zou ik je ook nog op het hart willen drukken om je voedingsschema goed te volgen. Alles wat ik hierboven heb geadviseerd is niet meer relevant als je te weinig voeding binnenkrijgt. Zorg voor een goed ontbijt en blijf tijdens de rit goed eten en drinken. Dan heb je ook aan het eind nog voldoende energie om je doel te behalen.