“Dat is niet gezond hoor. Klopt het wel?”, zo wordt er regelmatig aan mij gevraagd als iemand hoort dat ik lange tijd heb gesport met een hartslag van zo’n 200 slagen per minuut. Is dat eigenlijk gevaarlijk en komt het vaak voor? En moet je je zorgen maken als je sport met een erg hoge hartslag? Ik vroeg het aan sportarts Edwin Achterberg.

In het rood

Eerst nog even wat duiding. Ik train gemiddeld zo’n vier à vijf dagen per week en heb 6 jaar geleden een sportmedische keuring gedaan. Daar kwam uit dat mijn omslagpunt rond de 185 slagen per minuut ligt en ik een maximale hartslag kan bereiken van 202 slagen per minuut. De afgelopen jaren ben ik daar al een flink aantal keer overheen gegaan. Ik kan best goed afzien (staat in het rapport tenminste) en daardoor lang in het ‘rood’ sporten. Echter, is het niet gevaarlijk dat ik soms wel tientallen minutenlang tegen de 200 slagen per minuut aantik?

Naast de vraag of het wel gezond is, is het ook vervelend om op hartslag te trainen. Ik heb namelijk altijd een hoge hartslag tijdens het sporten. Als ik slaap, daalt mijn hartslag tot de 36/37 slagen, maar als ik eenmaal actief ben, tikt het al gauw de 150 of 160 slagen aan. Trainen in D1 is dus voor mij een hopeloze opgave, want als ik rond de 130 slagen moet trainen sta ik nagenoeg stil.


Een ritje in het rood, al voelde het niet zo.

“De enige manier om je hartslag naar beneden te krijgen is door rustiger te trainen”, legt Achterberg, sportarts in Máxima MC, uit. “Het geeft niet dat er zo’n verschil is”, zegt hij, met als voorbeeld dat hij zijn duurtrainingen beduidend langzamer afwerkt dan zijn wedstrijden. “Ik wil gepolariseerd trainen en dan liggen de snelheden best ver uit elkaar. Het nadeel van te lang en te hard trainen is de kans op blessures. Vaak zijn de mensen niet beperkt wat betreft hart en longen, maar ook de spieren, pezen en gewrichten moeten de belasting aankunnen.”

Hartslagzones grafiek:
Zone 1: hersteltraining
Zone 2: uithoudingsvermogen
Zone 3: intensief duurvermogen
Zone 4: anaerobe drempel
Zone 5: maximale inspanning

Hardlopend is mijn hartslag logischerwijs hoger dan fietsend. Gemiddeld werk ik mijn duurtrainingen af tussen de 150 en 165 slagen. Zittend op de bank zakt het tot zo’n 50 slagen, terwijl ik slapend soms onder de 40 duik. Is er een ondergrens? “Een echt duidelijke ondergrens is er niet”, legt Achterberg uit. “Als het een ritme is vanuit de sinusknoop (gangmaker van het hart, red.) is dat volledig normaal. Bij een hartslagfrequentie van minder dan 60 slagen per minuut spreken we van een bradycardie, dat kan een abnormale bevinding zijn, maar ook een normale. Daar heb je dan een ECG (hartfilmpje, red.) voor nodig.”

“Het hart past zich aan duursport aan, net als alle andere spieren. Het hart neemt daarom toe in grootte. Dat is dus een normale fysiologische aanpassing, dus geen pathologie. Maar in rust pompt het hart evenveel bloed rond als bij ieder ander maar daar heeft-ie dan minder slagen voor nodig.”

Sporttest

Als je een KNWU-licentie aan wil vragen, moet je eerst een sportmedische keuring afleggen (meer informatie vind je hier). Is het ook raadzaam om als niet-lid eens in de zoveel tijd een keuring te doen als je zelfs twijfels hebt over je hartslag? “Dat is de vraag. Als je deze vraag statistisch benaderd dan kun je daar vraagtekens bij zetten. Er zijn namelijk best veel mensen die dan een keuring moet ondergaan om één dode te voorkomen. Dat klinkt nogal hard, natuurlijk. Zo bekeken zijn de kosten erg hoog en is het niet aan te raden. Echter, als jij die ene bent met een afwijking en die wordt daardoor opgespoord waardoor erger kan worden voorkomen, dan was dat al het geld natuurlijk waard.”

“De meeste zorgverzekeraars vergoeden (een deel) van de sportkeuring. Mijn advies is dan ook om een uitgebreide keuring te doen met ademgas-analyse tijdens de inspanningstest. Daarmee kunnen de gezondheid en functie van het hart en longen beter in kaart worden gebracht. Ook kunnen wij daarmee de aerobe en anaerobe drempels bepalen.”

Kortom: het hebben van een hoge hartslag tijdens het sporten is niet raar en het is eveneens niet gevaarlijk om een rusthartslag van 36/37 slagen per minuut te hebben. Wil je efficiënter trainen op basis van je hartslag, dan valt het aan te raden om eens in de twee jaar een sportmedische keuring te ondergaan. Daar ben je minimaal zo’n €130 voor kwijt, maar dat schept wel een hoop duidelijkheid.

Wanneer moet je wel aan de bel trekken? Bij een hartslagfrequentie van 30 slagen of minder moet nader onderzoek verricht worden.